Samenvatting van samenvatting
Core idea Burt; structural holes: Social capital is de advantage die iemand krijgt
van zijn positie in een network. Social capital wordt volgens Burt verkregen door
een structural hole. Structural holes in netwerken is een leegte tussen twee
nodes; er is geen tie. Er is dan iemand in een brokerage positie die ze indirect
verbindt. Als je de broker bent, heb je information en control benefits en heb je
toegang tot non-redundant information. Dit geeft hen dus social capital en er is
sprake van tertius gaudens: the third who laugs. .
Core idea Granovetter; the strength of weak ties: het is belangrijk om weak ties
te hebben. Weak ties (bv. acquintances; less intensive en frequent contact) zijn
meestal de bridge want met strong ties heb je vaak overlapping connections. Via
weak ties krijg je dus toegang dat andere components. De tie strength heeft
invloed op micro- en macro-outcomes. Bv. strong ties zorgen voor cohesion
(micro) en fragmentation (losse componenten; macro). Weak ties zorgen voor
belangrijke resources (micro) en coherent clusters (macro).
Core idea Uzzi; the paradox of embeddedness: embeddedness of ties (arms
length vs. embedded) heeft invloed op micro-level en macro-level outcomes.
Arms length zijn market relationships (geen reciprocity of collaboration).
Embedded relationships gekenmerkt door trust en personal ties. Embedded
relationships hebben drie componenten: trust, fine-grained information transfer
en joint problem-solving arrangements. Embeddedness kan zo een fit met de
environment creeren. Echter is er een paradox want de organisatie’s ability to
adapt kan ook minder worden te veel embeddedness kan bedrijven isoleren
van nieuwe informatie en kwetsbaar maken voor externe schokken.
Embeddedness zorgt voor economies of time door besluitvorming en
samenwerking te versnellen. En het creëert allocative efficiency, waarbij
middelen efficiënter worden verdeeld door nauwe samenwerking.
Core idea Powell (1990); neither markt nor hierarchy: network forms of
organization. network als vorm van governance: Governance gaat over de
coordination of human activities. Hij challenged het idee dat er maar twee
vormen van governance zijn: hierarchy (make) en market (buy). Hij zegt dat er
een derde vorm is: networks. Networks worden gekarakteriseerd door reciprocity,
trust en resource sharing. Networks kunnen een primary mode of organization
zijn door functional necessities, reduction of transaction costs, institutional
expectations en reduction of uncertainty en dependency. Deze vorm van
governance is vooral gebruikt als flexibility, innovation en collaboration de key
zijn.
Core idea Powell (1996); Inter-Organizational Collaboration and the Locus of
Innovation: Een network serves als een locus of innovation (plek waar innovatie
gebeurt), end us niet binnen organisaties, omdat het timely access to knowledge
en resources provides die anders unavailable zijn, while testing internal expertise
and learning capabilities. Organisaties die effectively networken, leren meer dan
organisaties die dat niet doen. Locus of innovation bevat het idee dat internal
capability en external collaboration niet exclusive zijn, maar tegelijkertijd
performed moeten worden om innovation te laten emergen. Concepten zoals
absorptive capacity (het vermogen om externe kennis te herkennen en te
,benutten) en path dependency (hoe eerdere samenwerkingen toekomstige
acties beïnvloeden), en learning by doing spelen hierbij een belangrijke rol.
Core idea Provan & Milward; A preliminary Theory of Interorganizational Network
Effectiveness: Inter-organizational Network effectiveness kan verklaard worden
door verschillende structural en contextual factors van interorganizational
relationships: centralized integration (structure), non-fragmented external
control, system stability en resource munificence.
- Network integration: Samenwerking en coördinatie binnen het netwerk
(gemeten door density en centralization) meer centralisatie is
makkelijker coördineren (+)
- Non-fragmented external control: De mate waarin externe partijen
zoals de overheid controle hebben over het netwerk. (+)
- System stability: stabiliteit van het netwerk over tijd. als je weet wat
je kan verwachten is er meer effectiveness. (+)
- Resource munificence: Beschikbaarheid van middelen als je veel
middelen hebt dan meer effectiveness. (+)
,Part I. General overview, network as a form of governance
Lecture 1.1
Exploring the field
What is a network?
We kunnen netwerken beschrijven als 1) een social structure, 2) perspective en
empirical tool, 3) form of governance, en 4) theory.
1. Network as a social structure
Definitie: ‘Een network is gedefineerd als een set van nodes en de set van ties
representing some relationship, or lack of relationship, tussen de nodes. Nodes
kunnen individuals, teams, units, organizations … zijn’ network is een social
structure want het zijn niet alleen losse actoren maar er zijn interacties tussen hen.
Serendipitous vs. engineered IONs
- Serendipitous Networks: geen common goal, joint identity of conscious
knowledge over elkaar. Vaak ontstaat door spontane interacties.
- Designed/Engineered (purpose-oriented) networks: Inter-organizational
networks die consciously (bewust) zijn gecreëerd om samen doelen te bereiken
die organisaties niet alleen kunnen bereiken.
Wat is een interorganizational relationship?
Verschillende levels of analysis in relaties: individual, group, department,
organizational, inter-organizational. Kunnen similarities hebben als locatie,
membership of attributes. Kunnen social relations hebben als kinship, other (bv.
friend/student/competitor), affective (likes/hates) en cognitive (knows as). Interacties
als sex, praten, helpen etc. Flows als informatie, beliefs, resources etc.
We kunnen de verschillende soorten interconnecties om social structure te analyseren:
Interorganizational relationship: relatie tussen twee autonome organisaties
om hen doelen efficiënter en effectiever te bereiken.
Waarom werken organisaties samen met andere organisaties (collaborate)?
- Strengthening their own power position (Social Network Theory) door
samen te werken met powerful organizations krijg je zelf een sterkere positie
(bv. als start-up).
- Gaining and managing legitimacy (Institutional Theory) meer
acceptatie door bv. Samen te werken met bedrijven die goede reputatie
hebben.
- Reduce uncertainty (Resource Dependence Theory) bv. Vaak
samenwerken met dezelfde suppliers versterkt je relatie en dus je positie.
(tijdens corona bv. is goede relatie belangrijk).
- Increasing efficiency (Transaction Cost Theory) bv. Door
schaalvoordelen te bereiken.
- Access to knowledge and ressources (Resource Based View) meer
toegang tot kennis, vaardigheden etc. Geen één organisatie kan alles zelf
produceren/doen.
Overall goal: Enhancing effectiveness verhogen van goal achievement
en als samenwerking daarbij helpt dan doen ze dat.
Managerial functions with regard to IOR
MANAGEMENT PRACTICES voor beheer van IORs:
, - Selection and deselection of partners selecteren en deselecteren van
partners voor samenwerking. Keuze heeft invloed op succes van de
samenwerking.
- Allocation and reallocation of tasks, resources and responsibilities
between partners belangrijk om te bepalen na het aangaan van een
samenwerking wie welke middelen, taken en verantwoordelijkheden op zich
neemt.
- Regulation: Negotiation and renegotiation of rules for collaboration
belangrijk om samenwerking eerlijk te laten verlopen
- Evaluation of exchange relationships regelmatig evalueren van de
prestaties van de samenwerking. Of de doelen worden bereikt, of partners
verplichtingen nakomen etc.
2. Networks as a perspective and as an empirical tool
Eerste stuk ging over inter-organizational relationships. Nu over network.
Core assumptions and ideas
Social network analysis is gefocust op uncovering the patterning of people's
interaction.
Belangrijk omdat de samenleving is gegaan van focus op individuen en families
naar organisaties die samen gaan werken.
The study of social networks
Core Ideas and Key Debates van social network research:
- Social Relations (in contrast to attribute-oriented approaches) Het
gaat om de interacties en verbindingen tussen mensen of organisaties, niet om
hun individuele eigenschappen. beïnvloedt het gedrag van mensen.
- Embeddedness (economic transactions occur in context of social
relationships) Individuele sociale relaties zijn dyadisch, ze zijn embedded in
een breder netwerk van relaties, wat hen relatie ook beïnvloedt (relatie jij-zus
beïnvloedt door vader-zus).
- Structural Patterning Netwerken hebben specifieke structuren en
patronen, zoals wie er met wie samenwerkt en hoe vaak interacties
plaatsvinden. Dit bepaald wie toegang heeft tot belangrijke informatie of
middelen, en wie er invloed uitoefent binnen het netwerk.
- Utility of network connections (opportunities and constraints that
affect outcomes important to actors) network connections zorgen voor
zowel kansen als beperkingen voor de actoren binnen het netwerk. Goede
positie binnen: toegang tot belangrijke informatie en resources. Slechte positie
kan dit beperken (constrain).
The study of social networks: assumptions
- Key assumption: Relations zijn minstens even belangrijk voor de verklaring
van social, political en organizational phenomena als attributes (individuele
karakteristieken).
- Actors en hen actions worden gezien als interdependent i.p.v.
independent, autonomous units. hun acties en beslissingen worden beïnvloed
door hun interacties met anderen binnen het netwerk.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ilvademeijer. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.17. You're not tied to anything after your purchase.