100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
College vragen Nederland binnen Europa en de Wereld $3.21
Add to cart

Class notes

College vragen Nederland binnen Europa en de Wereld

 4 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Naast het lezen van de toetsstof is het toepassen van het recht zeer belangrijk om te kunnen. Om deze reden hier nog wat oefenvragen.

Preview 1 out of 4  pages

  • December 10, 2024
  • 4
  • 2024/2025
  • Class notes
  • ?
  • 5
avatar-seller
Vraag 1

Welke van de onderstaande beweringen is juist als het gaat om de organisatie en de
beginselen waarop de Europese Unie is gegrondvest?

I. Het subsidiariteitsbeginsel uit art. 4 VEU houdt in dat lidstaten niets doen wat
strijdig is met het verdrag en trouw alle verplichtingen uitvoeren die uit het Europees
recht voortvloeien.
II. Het gelijkheidsbeginsel behelst een verbod op discriminatie op grond van
nationaliteit. Het idee daarachter is dat de interne markt optimaal kan functioneren en
aan iedereen dezelfde kansen en mogelijkheden worden geboden.

a. I en II zijn onjuist.
b. I en II zijn juist.
c. I is onjuist en II is juist.
d. I is juist en II is onjuist.

Vraag 2

Welke van de onderstaand beweringen is juist als het gaat om (de grondslag van) het
Europees recht?

I. Onder het begrip primair Europees recht wordt verstaan (de verdragen) ‘VEU’ en
‘VWEU’.
II. Het evenredigheidsbeginsel houdt in dat de lidstaten zoveel mogelijk zelf bepalen.
Pas als het gezamenlijk beter geregeld kan worden, is de EU bevoegd.

a. I en II zijn onjuist.
b. I en II zijn juist.
c. I is onjuist en II is juist.
d. I is juist en II is onjuist.

Vraag 3

Beoordeel de juistheid van de volgende beweringen met betrekking tot het secundair
Europees recht (art. 288 VWEU):

I. Het Verdrag gaat in alle gevallen vóór ten opzichte van verordeningen en richtlijnen.
II. Verordeningen en richtlijnen moeten binnen de daarvoor staande
implementatietermijnen worden omgezet in nationaal recht.

a. I en II zijn onjuist.
b. I en II zijn juist.
c. I is onjuist en II is juist.
d. I is juist en II is onjuist.

Vraag 4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller quintyk20. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53340 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21
  • (0)
Add to cart
Added