Collectief arbeidsrecht = deel van arbeidsrecht dat betrekking heeft op de collectieve aspecten van
arbeid (+ zie document op Ufora).
Enkel bespreking van het collectief arbeidsrecht in private sector
• Andere regeling voor publieke sector
• In de praktijk : groot, praktisch belang voor werkgevers en werknemers
Het gaat over bvb Audi: daar is een grote hoeveelheid van werknemers tegenover de werkgever die
geconfronteerd worden met het feit dat er geen nieuw model gaat worden geproduceerd en dit heeft als
gevolg dat er veel ontslagen zullen vallen.
Enkele definities:
• Partijen bij het collectief overleg : de ‘sociale partners’
• Instellingen van collectief overleg tussen werkgevers en werknemers
• Drukkingsmiddelen bij collectief overleg : staking en lock-out
• Resultaat van collectief overleg : de collectieve arbeidsovereenkomst
Wij zijn een land waar overleg heel erg ingebakken is in het systeem. Er kan structureel overleg worden
gepleegd tussen vakbonden van werknemers en werkgevers.
Als men collectief overleg pleegt en men bekomt een akkoord, dan zet men dat om in een cao op
verschillende niveaus. Dit is heel belangrijk als individuele werknemer om zijn rechten te kennen.
PARTIJEN BIJ COLLECTIEF ARBEIDSRECHT OF ‘DE SOCIALE PARTNERS’
WIE ZIJN DE SOCIALE PARTNERS?
1. Werknemerszijde
Bij de werknemerszijde zijn het de vakbonden (representatieve werknemersorganisatie).
Iedereen kan in België een vakbond oprichten.
De overheid heeft een keuze gemaakt om sommige vakbonden een voorkeursbehandeling te geven door
ze representatief te verklaren. Ze krijgen een aantal taken/functies.
De voorwaarden om representatief te zijn, zijn de wet vastgelegd:
1) Actief zijn in heel België
2) Als vakbond moet je interprofessioneel zijn. Als vakbond moet je alle beroepen en
bedrijfssectoren bevatten
3) Je moet minstens 50.000 leden hebben
4) Je moet zetelen in de nationale arbeidsraad (NAC) en centrale raad voor het bedrijfsleven (CRB).
Het is de minister die beslist wie mag zetelen in de NAC.
1
Sociaal recht – academiejaar 2024-2025
,Drie representatieve vakbonden in België: ACV, ABVV en ACLVB. Een representatieve vakbond mag in de
plaats van de werknemer een juridische procedure opstarten.
NCK (nationale confederatie voor de kaderleden) → probeert om een representatieve vakbond te worden.
Dit is een vakbond voor de kaderleden. NCK voldoet aan de eerste 3 voorwaarden, maar ze zijn niet als
representatief erkent. De minister heeft hen geen plaats gegeven om te zetelen in NAC en CRB.
Welke rechtsvorm geef je een vakbond?
→ Je kan kiezen voor een vzw, want het is niet de bedoeling dat de vakbonden worden uitbetaald. De
vakbonden hebben tot nu toe gekozen om geen rechtsvorm aan te nemen.
Ze doen dat niet, want:
1) Als je een rechtsvorm aanneemt, dan is het zo dat je veel meer formaliteiten moet naleven. Als
vzw moet je een ledenlijst neerleggen en niet iedereen wil dat zijn naam wordt bekendgemaakt.
2) Boekhouding
3) Vandaag de dag is er een beetje een probleem als je wil procederen. Je kan ze moeilijk
dagvaarden wanneer schade wordt ondervonden door staking, want de vakbonden hebben geen
rechtspersoonlijkheid. Je gaat naar de fysieke personen moeten zoeken.
Zowel WN als WG organisaties kunnen cao’s sluiten.
2. Werkgeverszijde
Bij de werkgeverszijde zijn er werkgeversverenigingen. Er bestaan meerdere representatieve verenigingen.
Voorbeelden zijn: VBO, Unizo, Voka,...
Deze zijn verschillend van de vakbonden van de werknemers.
Deze hebben meestal wel rechtspersoonlijkheid. Er is minder een probleem van het publiceren, want de
werkgeversorganisaties hebben betrekking op de sector en niet op politieke voorkeur.
Verschillende wettelijke opdrachten.
REPRESENTATIEVE ORGANISATIES
Werknemerszijde:
• ACV = koepelorganisatie (1,6 miljoen leden)
• ABVV= koepelorganisatie (1,5 miljoen leden)
• ACLVB (‘maar’ 300 000)
Werkgeverszijde:
• VBO = koepelorganisatie
• UNIZO
• Boerenbond
• Vele andere organisaties, meestal per bedrijfstak
ACV en ABVV zijn een koepelorganisaties. Binnen deze vakbonden zijn er verschillende organisaties van
verschillende beroepsactiviteiten: bedienden, arbeiders.
2
Sociaal recht – academiejaar 2024-2025
,GROEP VAN 10 (= ‘TOP’ VAN DE SOCIALE PARTNERS)
Geven advies aan de overheid en proberen een consensus te vinden over grote problemen. Ze zijn
eigenlijk met 11. De voorzitter is degene die aan het hoofd is van het VBO.
Er zijn werknemersvertegenwoordigers en werkgeversvertegenwoordigers (namen worden niet gevraagd).
INSTELLINGEN VAN SOCIAAL OVERLEG
1. NATIONAAL: NATIONALE ARBEIDSRAAD
Op nationaal niveau is er de Nationale Arbeidsraad. Daar zitten de vertegenwoordigers van
representatieve WN en WG organisaties.
Wat doet de Nationale Arbeidsraad?
1. Adviezen geven: deze zijn niet bindend. Het zijn maar adviezen en de regering kan ze naast zich
neerleggen. Als de Nationale Arbeidsraad unaniem iets beslist, dan wordt daar meestal wel naar
geluisterd.
Om de 4 jaar zijn er sociale verkiezingen. Om de 4 jaar gaat de Nationale Arbeidsraad wanneer de
verkiezingen nabij komen, wijzigingen adviseren aan de regering.
→ Vb: elektronisch stemmen ipv op papier
2. Cao’s sluiten
Tot nu toe zijn er 172 cao’s. Deze gelden voor gans België. De cao’s gaan over zeer belangrijke
onderwerpen (bv. tijdskrediet, behoud van rechten bij overgang van onderneming, motivering bij ontslag,
...).
Cao nr. 109 (staat op ufora en mag worden meegenomen op het examen) → een WN die wordt ontslagen
door zijn WG moet weten waarom deze wordt ontslagen. Als de WN wordt ontslagen voor motieven die
van de pot zijn gerukt, dan mag deze schade aanvragen.
2. ECONOMISCHE ACTIVITEITEN WORDEN INGEDEELD IN BEDRIJFSSECTOREN
Ons land is opgedeeld in verschillende sectoren. Per bedrijfssector is er een paritair comité. Een paritair
comité wordt opgericht door een KB. Vaak wordt er een onderscheid gemaakt tussen arbeiders en
bedienden.
De paritaire comités kunnen verschillen voor arbeiders en bedienden. We doen dit, omdat er een
fundamenteel verschil wordt gemaakt tussen bedienden en arbeiders. Sinds 2014 is er naar individueel
arbeidsrecht weinig verschil tussen arbeiders en bedienden. Maar in collectief arbeidsrecht wordt er wel
nog een verschil gemaakt.
• Paritaire comités met nr. 100 → arbeiders
• Paritaire comités met nr. 200 → bedienden
• Paritaire comités nr. 300 → er wordt geen onderscheid gemaakt tussen arbeiders en bedienden
3
Sociaal recht – academiejaar 2024-2025
, Opdrachten van de paritaire comités:
• Cao’s sluiten die arbeidsvoorwaarden van werknemers vastleggen
o arbeidsvoorwaarden verschillen van paritair comité tot paritair comité (bv. pc 201 (=
kleinere kleinhandel) heeft minder gunstige voorwaarden dan pc 202 (=grotere
kleinhandel)
• Bemiddelen in geschillen
• Adviezen geven → beperkter dan de Nationale Arbeidsraad
• Allerhande door de wetgever toevertrouwde taken
3. ONDERNEMINGSRAAD (OR)
In ondernemingen met minstens 100 werknemers.
Paritaire samenstelling
• Werknemersvertegenwoordigers verkozen door werknemers bij de ‘sociale verkiezingen’, die om
de 4 jaar doorgaan (in 2024)
• Werkgeversvertegenwoordigers aangeduid door werkgever onder leidinggevenden
• Je moet werken in de onderneming
• Je wordt opgedragen door de vakbond. Er worden lijsten gemaakt.
4. VAKBONDSAFVAARDIGING (V.A.)
= 3de orgaan in de onderneming
Dat is een orgaan dat geen wettelijke basis kent, maar er is wel een cao (nr. 5). In elke onderneming moet
de mogelijkheid bestaan dat een WN of meerdere, de werknemers mogen verdedigen.
De regelgeving van vakbondsafvaardiging varieert tussen de paritaire comités.
Het is geen paritair overlegcomité.
Voorwaarden voor oprichting V.A. verschillen van sector tot sector
Enkel werknemers, aangeduid door vakbonden of verkozen door de werknemers
Taak :
• Onderhandelen over cao’s
• Controle op naleving van sociaal recht
• Tussenkomst bij geschillen
• Geïnformeerd worden (indien geen OR/CPBW)
4
Sociaal recht – academiejaar 2024-2025
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Canvan123. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.29. You're not tied to anything after your purchase.