Indeling naar vorm
Lange beenderen met diafyse, 2 epifysen en een centrale mergholte
Korte beenderen
Platte beenderen
Onregelmatige beenderen
Macroscopische bouw
Lange beenderen met diafyse, 2 epifysen en een centrale mergholte
2 types beenweefsel: substantia spongiosa (netwerk van balkjes en holtes in
epifyse en mergholte) en substantia compacta (wand diafyse + rond
spongieus bot)
Het bot is omgeven door periost en van binnen bekleed met endost
Microscopische bouw
Beide types beenweefsel bevatten botcellen (osteocyten, osteoblasten en
osteoclasten) en lacunen
Lamellen zijn dunne laagjes gecalcificeerde matrix onderling verbonden met
canaliculi
Compact bot (substantia compacta)
o Het osteon is eenvoudigste functionele eenheid dat botcellen bevat
rond een centraal kanaal van Haver (bevat bloedvaten)
o Lamellen van elk osteon vormen concentrische cilinders rond centraal
kanaal
o Verbindingskanalen van Volkman zorgen ervoor dat de bloedvaten ook
perioste en mergholte verbinden
Spongieus bot (substantia spongiosa)
o Geen rangschikking in osteon
o Lamellen vormen trabecula (botbalkjes) die een vertakt netwerk vormen
,Botvorming en botgroei
Botten vormen door ossificatie (verbening, beenvormend proces)
2 manieren
Rechtstreeks botaanmaak uit mesenchymcellen
Onrechtstreeks via de tussenstap van kraakbeen
Mesenchymale beenvorming of intramembraneuze verbening
Rechtstreeks uit mesenchymcellen ontstaat osteoblasten
Mesenchym = embryonaal bindweefsel (het deel van het mesoderm waaruit
het bindweefsel en het vaatweefsel ontstaat)
Osteoblasten vormen de collagene matrix (bestaat uit botbalkjes waarlangs
collageenvezels liggen)
Osteoïd = nog niet gemineraliseerde botmatrix
o Als hierin Calcium en fosfaat worden afgezet ontstaat bot
De intramembraneuze verbening vindt plaats bij de vorming platte botten
Vb schedelbeenderen
o Voornamelijk in embryonaal stadium maar ook na botfractuur
Echondrale beenvroming
Bot ontstaat uit kraakbeen
Echondraal bot wordt gevormd door hyalien kraakbeenweefsel
(chondroblasten = kraakbeencellen)
Moedercel kraakbeencel = mesenchymcel
o Maar nu is er een tussenstap van hyalien kraakbeen
Tijdens en na foetale ontwikkeling vormen zich ossificatiekernen (=
verbindingskernen) in het skelet (bestaat bijna volledig uit hyaliene kraakbeen
bestaat)
Hyaliene kraakbeen wordt langzaam omgezet in beenweefsel
Postnataal wordt het epifysaire kraakbeen van de lange pijpbeenderen
vervangen door osteoïd, waarin calciumfosfaat wordt afgezet
Bij echondrale verbening neemt de botlengte toe
De botdiameter neemt toe via appostionele groei
Remodellering
= het proces waarbij botweefsel continu wordt afgebroken en opnieuw gevormd. Dit
proces is essentieel voor het behoud van de sterkte en integriteit van het bot
Osteoclasten: Deze cellen breken oud of beschadigd botweefsel af door zuren
en enzymen vrij te geven die het botmateriaal oplossen.
Osteoblasten: Deze cellen bouwen nieuw botweefsel op door collageen en
mineralen af te zetten, zoals calciumfosfaat, wat leidt tot de vorming van nieuw
bot
, Homeostatische processen
= de mechanismen waarmee het lichaam de balans van mineralen en de structuur
van de botten handhaaft
Omvat:
Calciumhomeostase
Botaanmaak en afbraak
Vitamine D (helpt bij behoudt van juist calcium en fosfaatniveaus in het bloed)
Effect veroudering beenderstelsel
Botdichtheid neemt af
Verminderde botmassa
Veranderede mineralenbalans (calcium en fosfor)
Kraakbeenverlies (slijtage)
Langzamere genezing door verminderde bloedtoevoer
Verminderde flexibiliteit (stijvere gewrichten door verlies elastine en collageen)
Artrologie
= botverbindingen bestaan op alle plaatsen waar 2 botten tegen elkaar aan liggen
Synartose: onbeweeglijke botverbindingen
Sutura = tussen 2 schedelbeenderen
Junctura cartilaginea (gekarteld doordat botten ze aan elkaar gegroeid zijn)
Amfiartose: weinig beweging
Syndesmose = bewegen via banden (bindweefsel) vb tussen de tibia en fibula
Tibia en fibula of radius en ulna
Symfyse = verbindingen via kraakbeen vb tussen 2 wervels en de symysis
pubica = junctura synovialis
Bursa synovialis = slijlbeurzen die wrijving tussen pees en bot verhinderen
Synoviaal vocht = vloestof in de holte dat de wrijving tussen de botoppervlaktes
verminderd
Diartrose = gewrichten die vrije beweging van botten toestaan bv elleboog, knie
Synchondrose = stijve kraakbeenverbinding bv sternum en bovenste ribben
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lenkadeloose. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.96. You're not tied to anything after your purchase.