100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Hoorcollege 6 Geschillen in de Onderneming $7.02   Add to cart

Class notes

Hoorcollege 6 Geschillen in de Onderneming

 21 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Het bestand bevat uitgebreide collegeaantekeningen.

Preview 2 out of 6  pages

  • April 6, 2020
  • 6
  • 2018/2019
  • Class notes
  • Malva driessen
  • All classes
avatar-seller
Hoorcollege 6 Geschillen in de onderneming
Stakingsrecht 21 mei 2019

Opbouw college
 Juridisch kader
 Het begrip staking
 Rechtmatigheid en grenzen
 Bescherming collectieve actie
 Inkomenspositie stakers en werkwilligen

Plaatsbepaling
 2010: 58,000 stakingsdagen
 2011: 22,000 stakingsdagen
 2012: 219,000 stakingsdagen
 2013: 19,000 stakingsdagen
 2014: 41,000 stakingsdagen
 2015: 48,00 stakingsdagen
 2016: 19,000 stakingsdagen
 2017: 306,000 stakingsdagen
 2018: 239,000 stakingsdagen

Juridisch kader
 Jurisprudentierecht:  In Nederland bestaat er geen stakingswet. We hebben geen wettelijke regeling
die de staking beheerst. Als je kijkt naar de geschiedenis, dan zie je dat het een jurisprudentierecht is.
 Beheerst door regels van Europees en Internationaal recht  Het wordt beheerst door de regels van
Europees recht, dus niet door het nationale recht.
 (H)ESH (art. 6 (4) jo. art. G): Vooral het ESH is daarin leidend. We gaan kijken naar artikel 6 lid
4 van het ESH. Hierin staat het recht op collectief onderhandelen als een beschermd recht
opgenomen. Artikel G geeft daar beperkingen aan.
 EVRM (art. 11): Ook het EVRM heeft een kader. Artikel 11 is een bepaling waarnaar we gaan
kijken als het gaat over het stakingsrecht.
 EU-(werkings)verdragen en art. 12 (vrijheid van vereniging) en art. 28 (recht onderhandelen en
cao) Handvest Grondrechten EU.  Als we het hebben over het ESH, dan hebben we het over
verdragen in het kader van de Raad van Europa. Dit moet je onderscheiden van EU recht.
Raad van Europa ziet meer op het sociale beleid en kent meer lidstaten. Als je gaat kijken naar
EU recht, dan regelt dat voor een groot gedeelte ook economisch rechtsverkeer terwijl raad van
Europa zich meer op sociaal verkeer focust.

Ontwikkeling
 Strafrechtelijk verbod  Begin 19e eeuw bestond er nog een strafrechtelijk verbod op collectief staken.
Dit was voor de industriële revolutie. Je zag dat het stakingsrecht zich in de EU verder ontwikkelde
meegaand met de industriële revolutie. De positie van de werknemers en werkgevers veranderde.
 Wanprestatie / onrechtmatige daad  Na het strafrechtelijke verbod, kreeg je de afmeting van de
staking o.b.v. onze privaatrechtelijke normen: OD en de wanprestatie. Een individuele werknemer die
besloot om te staken, deed niet waarvoor is hij was ingehuurd, namelijk het leveren van arbeid. Hij
kwam zijn afspraak niet na en dat betekende verbintenisrechtelijk een tekortkoming in de nakoming;
wanprestatie. De vakbond die opriep tot een staking, pleegde in beginsel een onrechtmatige daad. De
jurisprudentie van eind 19e eeuw / begin 20e eeuw speelde zich af in die bandbreedte. Dus staken
leverde een onrechtmatige daad op voor een vakbond en de individuele werknemer maakte zich
schuldig aan wanprestatie. Als je als werknemer beticht werd voor het leveren van een wanprestatie,
dan kon dat leiden tot ontslag op staande voet. De vakbonden werd onrechtmatige daad opgelegd en de
schade kon op hen worden verhaald.
 Panhonlibco
Dan komt er op enig moment een panhonlibco staking. De afkortingen staan voor de landen in het geschil. Veel
schepen kozen ervoor om onder de vlag van een van deze lidstaten te varen, want dat betekende dat de
bemanning van de schepen betaald werd naar de staat waaronder de vlag werd gevoerd. Het kon gaan om
Nederlandse rederijen die onder de panhonlibco vlaggen voeren. Op een gegeven moment werd door een
vakbond opgeroepen om de schepen die onder de panhoblico vallen voerden, niet meer te laden en te lossen. Dit
was een solidariteitsstaking voor het personeel op die schepen. De zaak kwam op een gegeven moment bij de
Hoge Raad te liggen. De Hoge Raad koos voor een beperkte opvatting. Oproeping tot zo’n staking is een
onrechtmatige daad en de werknemers maakten zich schuldig aan wanprestatie. De vakbonden konden met
deze uitkomst niet leven. Er kwam een wetsvoorstel, maar het wetsvoorstel heeft nooit de status van wet
gekregen.
Het stakingsrecht heeft zich hierna ontwikkeld.
 (G)een wettelijke regeling
 NS-arrest


1

,  Staking erkend als grondrecht (art. 6 lid 4 ESH)  Dit arrest gaat over een staking bij
de spoorwegen. De staking had een politieke achtergrond en kwam voor de Hoge
Raad te liggen. Wat baanbrekend was aan de uitspraak van de Hoge Raad, was dat er
rechtstreekse werking werd toegekend aan artikel 6 lid 4 ESH. Vanaf dat moment
werkt die bepaling dwingendrechtelijk door in de Nederlandse rechtsorde en kan het
worden ingeroepen door personen die baat kunnen hebben bij die bepaling. Verder
ontwikkelde de Hoge Raad een aantal doctrines. Een van de doctrines was de
doctrine die betrekking had op rechten en keren van een staking. Je kunt een staking
hebben die is gericht tot de werkgever en zich ook keert tegen de werkgever. Je wilt
iets gedaan krijgen van je werkgever en daarmee valt het rechten en keren in één
hand. Je hebt echter stakingen waarin de staking zich keert tot de werkgever, maar
zich richt tot iets anders. Dus dat het niet één op één rechten en keren tegen de
werkgever is. Ook indien rechten en keren niet in één hand valt, valt het volgens het
NS-arrest onder de werkingssfeer van artikel 6 lid 4 ESH.
 Nederlandse rechter volgen eigen lijn: spelregels  Binnen het bereik van dat artikel
moeten rechters hun lijn bepalen. Dat doen ze aan de ene kant door te kijken naar de
beperkingen van artikel 31 (nu artikel G). Ze kunnen daar ook hun eigen regels
opstellen. Dat hebben rechters daarna ook gedaan. Ze zijn zich gaan houden aan de
spelregels. De spelregels zijn in het NS arrest genoemd maar zijn daarna nader
uitgewerkt in het Douwe Egberts-arrest. Uit dit arrest is naar voren gekomen dat we
spelregels hebben. Deze spelregels spelen zich af in een bepaald spectrum.
Voorbeelden van spelregels zijn: je past het stakingsrecht pas toe als je hebt
aangezegd, als het een ultimum remedium etc.




Ontwikkeling 2
 Bijna iedere staking voorgelegd aan rechter (rechtmatigheidstoets vooraf)
In Nederland wordt bijna iedere staking aan de voorkant neergelegd bij de rechter. Stakingsrecht wordt
ontwikkeld door kortgeding rechtspraak. Er wordt een staking aangekondigd en de werkgever gaat kijken of hij de
staking kan voorkomen. Dus de werkgever gaat proberen om al aan de voorkant de rechtmatigheid te laten
beoordelen en de staking te voorkomen.
 ECSR: macht rechterlijke macht te groot
 Alleen beperking via G-grond: De belangrijkste spelregels zijn: Ultimum remedium
beginsel  Hierbij wordt de vraag gesteld of een staking wel het laatste redmiddel is.
En of aan de aanzegging wel is voldaan. Voorheen was het zo dat aan de hand van de
spelregels al aan de voorkant door de rechter bepaalt kon worden dat de staking
onrechtmatig was (dus in strijd met artikel 6 lid 4). Het comité zei echter dat het niet
mocht, maar de rechters bleven het doen.
 Enerco en Amsta: rechtmatigheid uitgangspunt; beperkingen via G; stel- en bewijslast
De Hoge Raad heeft in eerste instantie gezegd dat een collectieve actie in beginsel rechtmatig is, maar dat het
mogelijkerwijs beperkt kan worden o.b.v. het G artikel in het ESH. Spelregels mogen niet leidend zijn, maar een
van de beperkingsgronden waaraan je ook zou mogen toetsen. De spelregels zitten niet aan de voorkant van het
proces, maar worden herhaald in de staking die als zodanig onrechtmatig is. Dus eerst kon aan de voorkant al
worden gezegd dat de staking onrechtmatig is, omdat het niet voldeed aan de spelregels. Nu is het zo dat de
staking in beginsel rechtmatig is, tenzij het niet voldoet aan de rechtmatigheid.

Art. 6 lid 4 ESH
 Teneinde etc…
 En erkennen
(4): het recht van werknemers en werkgevers op collectief optreden in gevallen van
belangengeschillen, met inbegrip van het stakingsrecht, behoudens verplichting uit hoofde van
reeds eerder gesloten collectieve arbeidsovereenkomsten
 Toezicht
ESH is tot stand gekomen in het kader van Raad van Europa. De Raad van Europa ziet op de sociale / culturele
rechten en dus niet op de politieke en burgerlijke rechten. De manier waarop toezicht wordt gehouden, gaat niet
via hof. Het toezicht op het ESH gaat via de weg van de landenrapportages. Iedere lidstaat rapporteert eens in de
zoveel tijd over de afzonderlijke artikelen van het ESH aan het ESH. Daar zit een comité van deskundigen. Het
zijn onafhankelijke deskundigen uit een aantal lidstaten. Die beoordelen de landenrapporten en geven er hun
oordeel over. De oordelen van het Europees commité zijn niet bindend, maar ze zijn gezaghebbend.
Als je kijkt naar artikel 6 lid 4, dan zie je;
Belangengeschil: het moet gaan om belangengeschillen, een simpel rechtsgeschil is dus niet voldoende.



2

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maastrichtuniversiteit1996. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.02. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.02
  • (0)
  Add to cart