VZ 4.1 Wat weet jij over dementie?
Verschillende benaderingswijzen benoemen in de zorg voor mensen met dementie.
Uitleggen waaruit de verpleegkundige zorg bestaat in het ondersteunen, begeleiden en
verzorgen van de oudere dementie en zijn individuele zorgbehoeften.
Benoemen welke rol en taken de verpleegkundige heeft in het begeleiden van
mantelzorgers bij zorgvragers met dementie.
Dementie = geen ziekte, maar een syndroom (aantal met elkaar samenhangende verschijnselen).
Sterke achteruitgang in het verstandelijke functioneren met geheugenstoornissen en sociale
functioneren is hierdoor verstoord.
Symptomen (verlopen geleidelijk, progressief en soms grillig):
Verlies oriëntatie tijd, plaats, persoon.
Problemen (abstract) denken, logische conclusies trekken, plannen en organiseren.
Afasie = problemen met gebruiken en/of begrijpen van taal.
Apraxie = problemen met uitvoeren van alledaagse handelingen.
Agnosie = problemen met herkennen van voorwerpen, geluiden en geuren om je heen.
Veranderde persoonlijkheid
Psychiatrische stoornissen (depressie, wanen, hallucinaties)
Gedragsveranderingen
Drie soorten geheugen
1. Sensorisch geheugen = als we iets horen, zien of voelen (blijft hier 3-5 sec).
2. Werkgeheugen = informatie opslaan
3. Langetermijngeheugen = om langer informatie te kunnen onthouden, van werkgeheugen
naar langetermijngeheugen.
Belevingsgerichte benadering = doel: dat de cliënt met dementie zo veel ondersteuning ervaart
bij de aanpassing aan gevolgen van zijn ziekte, dat hij zich geborgen voelt en zo veel mogelijk in
staat is zijn gevoel van eigenwaarde te behouden.
Bestaat uit integratie van diverse methoden die gelijktijdig en naast elkaar worden gebruikt. De
keuze welke benadering, wordt bepaald door functioneren cliënt. Daarnaast hulpmiddelen: poppen,
foto’s, knuffels etc. Verschillende methodes:
1. Realiteit Oriëntatie Benadering (ROB) = herhaaldelijk aanbieden realistische informatie met
als doel verwardheid te verminderen. Vooral geschikt in beginnend stadium van dementie.
2. Validation (Namomi Feil) = belevingswereld van cliënt wordt als werkelijkheid bevestigd.
Vier stadia: bedreigde ik, verdwaalde ik, verbogen ik, verzonken ik.
3. Warme Zorg (Bolwby – hechtingstheorie) = scheppen van omgeving waarin cliënt zich veilig
voelt (belangrijkste emotionele behoefte) om bescherming, warmte en veiligheid te krijgen.
- Rekening houden persoonlijkheid
- Bieden van vaste structuur
- Omgevingszorg
- Maaltijden afgestemd op behoefte
- Huisdieren
- Activiteiten afgestemd op behoefte
4. Snoezelen/zintuigelijke activering = prettige zintuigelijke indrukken opdoen en ontspannen,
beroep op zien, horen, ruiken, proeven en aanraken.
5. Muziek = kan belangrijke ingang zijn om aan te sluiten bij belevingswereld cliënt. Kracht
van muziek om herinneringen en emoties op te roepen blijft veel langer intact. Middel om
te communiceren, contact te maken en om emoties en herinneringen op te roepen.
6. MiMakker = is als ware een grensganger tussen de mens zonder en de mens met een
cogniteve handicap. Clown, zielzorger, de nar, de geliefde en het maatje.
7. Reminiscentie = herinneringen en bijbehorende emoties worden opgehaald, hierop
concentreren. Fam./naasten belangrijke rol en foto’s/muziek/gedichten/voorwerpen.
, 8. Passiviteiten van het dagelijks leven (PDL) = in laatste stadium is er sprake van grote
passiviteit tijdens verzorging. Hulpmiddel is bijv. aangepaste kleding om verzorging zo
prettig mogelijk te laten verlopen.
9. Omgevingszorg = cliënten moeten zich, ook in beschermde woonomgeving, zichzelf kunnen
zijn om betekenisvol te blijven leven. Omgeving wordt zo ingericht dat de cliënt zich veilig
en vertrouwd voelt.
De opbouw van hersenen in vier lagen/niveaus
1. Vierde laag = veratnwoordleijk voor complex materiaal zoals ‘geweten en medeleven,
gevoel voor decorum, organiseren en plannen.
2. Derde laag = informatie koppelen aan emties
3. Tweede laag = prikkels herkennen en ordenen, gaat onbewust.
4. Eerste laag = zit in diepere lagen in de hersenen. Gedrag reflexmatig aanwezig. Problemen
op dit niveau: verslikking, insulten, verlammingen.
De vier fasen van ik-beleving
1. Fase 1 Het Bedreigde ik = cognitieve fase, begin fase. Bedreigd voelen door geheugen en
denkstoornissen, eigen leven niet meer goed organiseren, houdt schijn op, omgeving
schuld geven als iets mis gaat, achterdochtig, houding stijf en gespannen spieren, begrip
en communicatie over algemeen nog vrij goed.
2. Fase 2 Het Verdwaalde ik = emotionele fase. Steeds meer gedesoriënteerd in tijd, plaats,
persoon, niet meer bedreigde angstige indruk maar zoekend, schouders voorover, blik is
helder maar ongericht en soms doelloos, niet lang concentreren, verminderde werking
zintuigen.
3. Fase 3 Het Verborgen ik = psychomotorische fase. De ik-beleving verdwenen, verdwijnt in
tijdloze innerlijk wereld, weinig/geen contact omgeving, ogen gesloten of ongericht, moeilijk
te verstaan, schuifelend lopen en schouder voorover, veel cliënten rolstoel, eindeloos
herhalende bewegingen en geluiden.
4. Fase 4 Het Verzonken ik = zintuigelijke fase. Vorige fase loopt ongemerkt over in deze
laatste fase, geen doelgericht gedrag of oogcontact meer, cliënten liggen vaak in bed, leeft
vanuit primaire behoeften, emoties moeilijk waar te nemen.
Omgangsadviezen dementie:
Vergeet nooit dat cliënt een volwassene is, met eigen geschiedenis en eigen gevoelens.
Respect!
Spreek eenvoudig, duidelijk en langzaam.
Houd in je achterhoofd dat wij onz kunnen aanpassen en de cliënt meestal niet.
Ga niet in discussie, wijzen op fouten.
Zorg voor orde en regelmaat.
Ga cliënt niet uittesten, niet in situaties brengen die boven niveau gaan.
Pas omgeving aan.
Stimuleer activiteiten, sociale contacten en lichaamsbeweging.
Houd rekening met het feit dat cliënten met dementie (nog) onbewust kunnen leren.
VZ 4.2 Schei uit over uitscheiding
Aan de hand van casuïstiek aangeven welke verpleegkundige zorg wordt verwacht bij
ondersteuning bij de uitscheiding.
Een vochtbalans berekenen.
Verschillend incontinentie materiaal en materiaal voor stomaverzorging herkennen en
toepassen in casuïstiek.
Klinisch redeneren:
KR 4.1 Verpleegkundige overdracht
De rol van overdracht binnen het verpleegkundig proces beschrijven.
Verwoorden wat het belang is van het gebruik van (elektronische) overdracht.
Overdragen = verantwoordelijkheid voor een activiteit van de ene persoon naar de ander
overbrengen
Verpleegkundige overdracht = schriftelijke eindevaluatie van het zorgproces
,Verslaglegging is van belang voor het vaststellen, verlenen, voortzetten, evalueren, overdragen en
controleren van de zorg.
Doel: continuïteit en kwaliteit van zorg en van goede samenwerking, kunnen reconstrueren van een
gang van zaken, voorkomen van fouten, honoreren rechten cliënt en verantwoording afleggen voor
handelen.
Elementen overdrachtsrapportage:
Beschrijving verleende zorg.
Aan wie de zorg wordt overgedragen.
Door wie de zorg wordt overgedragen.
Per wanneer de zorg wordt overgedragen.
De actuele ondersteuningsvragen, zorgproblemen en verpleegkundige diagnoses en
beoogde resultaten/doelen.
Redenen van overplaatsing of ontslag naar huis en redenen voortzetting van zorg.
Met cliënt gemaakte afspraken, bij wie de cliënt na ontslag terecht kan met vragen.
KR 4.2 Incideren in de wijk & langdurige zorg
Op basis van doelstellingen/beoogde resultaten (multidisciplinaire) interventies selecteren.
Vanaf 1 januari 2015 is de wijkverpleegkundige verantwoordelijk voor het stellen van de indicatie
en de zorgtoewijzing, niet meer het CIZ. De wijkverpleegkundige stelt een diagnose en geeft de
indicatie voor zorg. Is vastgelegd in Zorgverzekeringwet.
Zes normen uit het normenkader V&VN (grondbeginsel)
1. Indiceren en organiseren van zorg vindt plaats o.b.v. professionele autonomie.
2. Indiceren en organiseren van zorg wordt gedaan door een bachelor of master opgeleide
verpleegkundige.
3. Indiceren en organiseren van zorg is gericht op versterken van eigen regie en
zelfredzaamheid van cliënten en cliëntensysteem.
4. Besluitvorming rond indiceren en organiseren van zorg vindt plaats o.b.v. het
verpleegkundig proces.
5. De verslaglegging voldoet aan de V&VN richtlijn voor verslaglegging.
6. De verpleegkundige overdracht voldoet aan de V&VN standaard voor overdracht van zorg.
,
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller thirzahuisintveld. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.93. You're not tied to anything after your purchase.