Dit document bevat een samenvatting van het vak Nier 1 dat gegeven wordt in tweede bachelor geneeskunde. Deze samenvatting bevat afbeeldingen om de leerstof beter te begrijpen en te vergemakkelijken. De verschillende processen zijn ook gestructureerd samengevat met formules.
Anatomy-GI secretions (Part 1) - Salivary and gastric secretions
Human physiology an integrated approach 8th edition silverthorn test bank
Physiology complete summary
All for this textbook (13)
Written for
Universiteit Antwerpen (UA)
Geneeskunde
Nier 1 (1012GENGE2)
All documents for this subject (39)
Seller
Follow
bernaemin
Content preview
Nier 1
Normale histologie van het nefron
De nier bestaat uit 2 onderdelen:
- Nierbekken: deze bevatten de uitmonding van de calyces majores en minores.
- Macroscopische doorsnede:
• Merg
• Schors = cortex
• Mergpiramiden
De bloedvoorziening van de nier:
- A. Renalis komt van de aorta. De arteria renalis splitst zich in:
• Interlobulaire arterieën splitsen zich in aa. Arcuatae en
deze splitsen zich in:
▪ Aa. Interlobulares:
De glomerulus is geplaatst tussen 2 arteriolen -> de glomerulus
heeft de mogelijkheid om bij de ingang en uitgang de filtratiedruk te
bepalen.
Contractie van de afferente arteriole -> druk daalt.
Concentratie efferente arteriole -> druk stijgt.
De volgorde is: afferente arteriole – glomerulus – efferente
arteriole.
▪ Peritubulaire capillaire plexus: deze netwerk volgt op de efferente
arteriole.
▪ Vasa recta: dit zijn venen die rechtstreeks ontstaan uit peritubulaire
capillaire plexus. ALLEEN bij de juxtamedullaire nefronen.
Functie: constant houden van osmotische gradient.
Er zijn 2 soorten glomeruli: diegene die bij het kapsel liggen en
diegene op de overgang cortex-merg liggen (= juxtamedullaire
nefronen).
• Vv. arcuata
- V. Renalis
Bij afsluiting van de ureter -> druk in de nier -> spanning op het kapsel
,GLOMERULUS
Functie: Productie van primaire urine
Een glomerulus hangt samen met zijn tubulussysteem en eindigt in de
ductus collagens (= verzamelbuis).
Nefron = glomerulus + tubulussysteem
De glomerulus is een arteriolair vaatkluwen en heeft een filtratieruime (= ruimte van
Bowman).
- De filtratieruimte wordt omgeven door kapsel van Bowman met visceraal en
parietaal blad. (Het visceraal blad van het kapsel van Bowman = podocyten:
hebben contractiele functie; en het kapsel van Bowman is epitheel).
Bij verdwijning van glomerulus: door hoge bloeddruk gaat glomerulus kapot -> ontstaan
litteken -> het tubulussysteem die aan het glomerulus hing, gaat ook verdwijnen. ->
littekenweefsel tussen de tubuli -> fibrose tussen tubuli.
De glomerulus bevat 2 kanten:
- Vasculaire pool: de plaats waar het bloed aankomt via afferente
arteriole, en de plaats waar het bloed vertrekt via efferente arteriole.
- Urinaire pool: dit is de plaats waar de ureter vertrekt.
Zwarte pijl = buikwand van de glomerulus, dit zijn epitheelcellen van
de viscerale Bowman
Rode pijl = mesangiumcellen: zorgen ervoor dat de glomerulus
samengehouden worden.
Rode sterren = doorsnede van capillaire lumina
Gele pijl = endotheelcellen
Het glomerulaire filter bestaat uit:
- Het endotheel bevat fenestrae (= gaatjes en geen diafragma): houden
cellen tegen.
- Het basaalmembraan is negatief geladaden: afstoting van andere negatief
geladen deeltjes en doorlaten van positieve deeltjes.
, - Podocyten = het viscerale blad van kapsel van Bowman die primaire en
secundaire uitlopers vormt. Tussen de voetjes zijn er filtratiespleten die
afgesloten wordt met dun diafragma: vertraagt passage van moleculen.
Het mesangium is een intraglomerulaire structuur, die de lussen bij
elkaar houden. Het litteken dat ontstaat bij het afsterven van de
glomerulus wordt aangemaakt door het mesangium.
Er zijn 2 soorten nefronen:
Corticale nefronen Juxtamedulaire nefronen
Ligging Buitenste deel cortex Op grens cortex-merg
Lus van Henle Korte Lus van Henle en gaat niet Lange lus van Henle tot in merg
tot in merg
Netwerk Efferente glomerulaire arteriole Efferente glomerulaire arteriole
wordt peritubulair capillair daalt in merg als Vasa recta
netwerk
Er zijn verschillende soorten tubulus:
- Tubulus contortus primus: komt meteen na de glomerulus
• Afgelijnd met relatie kubisch epitheel
• Kenmerken:
▪ Veel microvili (dienen voor oppervlaktevergroting. Deze tubulus
maakt als eerste contact met urine -> veel reabsorptie en hiervoor
is oppervlak en energie nodig)
▪ Veel mitochondria
▪ Basloaterale interdigitaties (deze zorgen ook voor
opervlaktevergroting maar aan de onderkant zodat het urine weer
weg kan)
• Functie: diffusie glucose en aminozuren, natrium-pomp en
energievoorziening
- Tubulus contortus secundus
• Afgelijn door enlarging kubisch epitheel
• Kenmerken: geen microvili, maar wel basolaterale interdigitaties en
mitochondria
- Ductus colligens: deze komt als laatste.
• Eenlagig kubisch epitheel
De ductus colligens bevat 2 celtypes:
, • Hoofdrollen: dit zijn heldere cellen met duidelijke celgrenzen.
▪ Functie: absorberen natrium en water + secreteren van kalium
• Geintercalleerde cellen
▪ Functie: secreteren van waterstofionen en bicarbonaationen +
spelen een rol in de zuur-base huishouding.
- Lus van Henle: ligt tussen Tubulus contortus primus en Tubulus contortus
secundus. De lus van Henle best at uit een dik opstijgend deel en een dun dalend
deel. Bij het dalend deel gebeurt er alleen diffusie.
Dik, opstijgend deel Dun dalend deel
Epitheel Eenlagig kubisch epitheel Eenlagig afgeplat eptiheel
Kenmerken -geen microvilli -geen microvilli
-basolaterale interdigitaties - geen basolaterale interdigitaties
-veel mitochondria -heel weinig mitochondria
Functie -geen gefaliteerde diffusie - geen gefaliteerde diffusie
-natrium pomp - geen actief transport -> alleen diffusie
-energievoorziening - lage energiebehoefte
Het laatste stukje van het nefron is de ductus papillaris. Deze mondt vervolgens uit in de
Calyx.
Juxtaglomerulaire apparaat:
- Macula densa heeft een sensorfunctie en kijkt de osmolariteit van urine
en natriumconcentratie na
- Extraglomerulaire mesangiumcellen: deze liggen tussen de
Juxtaglomerulaire cellen.
- Juxtaglomerulaire cellen = de spiercellen in de arteriolen
Fysiologie van de nier
De nier bevat 6 functies:
1. Uitscheiding van afvalstoffen:
2. Endocriene functie: aanmaak van hormonen
3. Homeostatische regulatie pH
4. Regulatie osmolariteit
5. Regulatie extracellulair volume en bloeddruk
6. Behoud van ionen balans
Uitscheiden van afvalstoffen
Stoffen die moeten uitgescheiden worden:
- Ureum: afbraakproduct in voeding
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller bernaemin. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.72. You're not tied to anything after your purchase.