1. Vloeistofcompartimenten in het organisme................................................................................ 1
1.1 Verdeling van water............................................................................................................... 1
1.2 Samenstelling lichaamsvloeistoffen....................................................................................... 2
1.3 Meten van jet volume van lichaamsvloeistoffen....................................................................2
2. Celmembraan............................................................................................................................. 2
2.1 Structuur............................................................................................................................... 2
2.2 Transport doorheen celmembraan......................................................................................... 3
2.2.1 Passieve diffusie.............................................................................................................. 3
2.2.2 Gespecialiseerde mechanisme........................................................................................ 3
2.3 Membraanpotentiaal (Em)...................................................................................................... 4
2.3.1 Rustmembraanpotentiaal................................................................................................ 4
2.3.2 Actiepotentiaal................................................................................................................ 5
2.4 Ionenkanalen......................................................................................................................... 7
2.4.1 Algemeen........................................................................................................................ 7
2.4.2 Karakteristieken van ionenkanalen.................................................................................. 7
2.4.3 Belang van ionenkanalen................................................................................................ 8
3. intercellulaire communicatie....................................................................................................... 8
4. Cellulaire signaalstransductie..................................................................................................... 8
5. Algemene homeostatische mechanismen.................................................................................. 9
5.1 Terugkoppelingsmechanismen............................................................................................... 9
5.2 Soorten terugkoppelingssytemen........................................................................................ 10
5.3 Pathologie en stellen van diagnose..................................................................................... 10
6. Enkele belangrijke anatomische begrippen.............................................................................. 10
6.1 Zijden.................................................................................................................................. 11
6.2 Vlakken................................................................................................................................ 11
6.3 Posities................................................................................................................................ 11
6.4 Richting............................................................................................................................... 11
6.5 Gebieden ter hoogte van het abdomen, hoofd en hals........................................................12
1. Vloeistofcompartimenten in het organisme
1.1 Verdeling van water
Organisme is samengesteld uit:
1
, 18% proteïnen
7% mineralen
15% vet
60% water
o 40% intercellulaire vloeistof (ICV)
o 20% extracellulaire vloeistof (ECV)
Cellen nemen hieruit zuurstof en nutriënten op en lozen hierin metabole afvalstoffen
ECV bestaat uit
15% interstitiële (intercellulaire) vloeistof (ISV)
5% vasculaire vloeistof (=plasma)
1.2 Samenstelling lichaamsvloeistoffen
Plasma en ISV: nagenoeg identiek, behalve eiwitten (plasma>ISV)
Grote verschillen ECV-ICV
o ECV: voornamelijk Na+ & Cl- ionen
o ICV: voornamelijk K+, fosfaten (Fosf-) en eiwitten (Prot-)
o Ca2+-concentratie in ECV veel hoger dan in ICV
Homeostase van de samenstelling van de lichaamsvloeistoffen is essentieel
1.3 Meten van jet volume van lichaamsvloeistoffen
Distributievolume = totale hoeveelheid toegediend / concentratie in staal
Volume lichaamscompartiment meten door toediening van een bepaalde hoeveelheid van een
molecule die zich enkel homogeen verdeelt over bewuste compartiment en concentratie te
meten na verspreiding.
Hieruit berekent met over welk volume de molecule zich heeft verdeeld (= distributievolume van
molecuul)
Hoeveelheid lichaamswater: distributievolume meten van D2O (deuteriumoxide zwaar
water) / aminopyrine
Plasmavolume: moleculen die in bloedbaan blijven (bv. Kleurstoffen die op eiwitten in plasma
binden / radioactief gemerkt albumine)
Volume extracellulaire vloeistof (ECV): met inuline
moeilijk want weinig stoffen blijven excl. Extracellulair en worden snel homogeen verdeel
in alle extracellulaire vloeistoffen
Volume interstitiële vloeistof (ISV): onmogelijk om rechtstreeks te meten moleculen die
zich verdelen in interstitiële vloeistof komen ook in plasma voor
berekenen: volume ECV – plasmavolume
Volume intracellulaire vloeistof (ICV): onmogelijk rechtstreeks te meten
Berekenen: totale lichaamswater – volume ECV
2. Celmembraan
2.1 Structuur
Celmembraan opgebouwd uit lipiden en proteïnen
Lipiden: dubbele laag fosfolipiden opgebouwd uit:
o Polair hydrofiel gedeelte (fosfaatgroep): richt zich naar waterig milieu
o Apolair hydrofoob gedeelde (vetzuurketens): richt naar midden membraan
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller eekelookjara. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.69. You're not tied to anything after your purchase.