Hoorcollege 6 - College aantekeningen en literatuur
Tax Accounting (Universiteit van Amsterdam)
StudeerSnel wordt niet gesponsord of ondersteund door een hogeschool of universiteit
Gedownload door Lilian Palliser (lpalliser@hotmail.nl)
, lOMoARcPSD|1137712
Hoorcollege 3 – Tax accounting
Wanneer is waarderen van incourante aandelen van belang
1. Aanmerkelijk belang: Vooral in het geval van ictieve vervreemdingen (art. 4:16 wet IB). Er
is dan geen daadwerkelijke prijs tot stand gekomen, maar er moet wel een waarde aan de aandelen
toegekend worden.
2. Box 3: In box 3 worden bezittingen en schulden in aanmerking genomen tegen de waarde in het
economische verkeer.
3. Successiewet: Erf- en schenkbelasting
Waarde economische verkeer
1. WEV = beurskoers, tenzij (Er zijn dus uitzonderingen; De beurskoers van een aandeel was
€ 11,25 op moment dat de directie overleed. Voor de erfbelasting was dit niet het bedrag dat moest
worden gehanteerd. Een aantal negatieve punten waren nog niet verwerkt in de koers. Er werd een
formule gehanteerd: 2 x discounted cashlow + 1 x beurskoers)
2. Geen transparante markt: Er is geen transparantie (hierdoor is sprake van manipulatie en
voorkennis; de verkopende partij weet meer dan de kopende partij)
3. Grote pakketten aandelen: Waarde drukkend- of waarde verhogend efect?
Indien 20% van de aandelen € 100 waard is. Maakt de omvang van belang uit?
(Hoofdregel=)Bij meerderheidspakketten (meerderheidsbelang) werkt een pro rata
methode.
(Uitzondering=) Indien 49,9% (minderheidsbelang) en 50,1% (meerderheidsbelang). 0,2%
is relatief veel waard (doorslag tussen wel en geen zeggenschap).
1. 1% (nul zeggenschap) vs. 99% (alle zeggenschap). 1% heeft voor beide partijen redelijk weinig
waarde
2. 1% vs. 49,5%. 1% heeft voor beide partijen redelijk veel waarde
Hierdoor kan er niet altijd worden uitgegaan van de standaardregels.
4. Beursintroductie in voorbereiding: Is dit een bijzondere omstandigheid? Werkt dit waarde
verhogend of waarde verlagend? Met het aantrekken van nieuw vermogen, zal het resultaat stijgen.
Dus het heeft een waarde verhogend efect.
Waarde in het economisch verkeer
1. Prijs is wat er tot stand is gekomen / waarde is wat het daadwerkelijk waard is (niet aan elkaar
gelijk, maar wel kleine houvast)
2. Economisch waarde begrip; kijken naar de toekomst / boekhoudkundig waarde begrip;
kijken naar de jaarrekening (kijken naar de winst in de voorafgaande jaren)
3. Prospectief; het is van belang wat er in de toekomst gebeurd/ retrospectief; terugkijken
Tussen verschillende methoden zitten verschillende uitgangspunten
1. Minderheidsbelangen rendementswaarde (praktijk) of discounted cashlow
2. Intrinsieke -en rendementswaarde kijken naar de achterliggende onderneming (door de
onderneming heen)
3. Liquidatiewaarde is waarde indien onderneming geliquideerd zou worden (geen going concern
wordt toegepast)
4. De verschillende methoden leiden tot andere uitkomsten
Hoofdstuk 3 – De te hanteren begrippen
WEV: Prijs die de meest biedende gegadigde bij de beste voorbereiding onder goede
omstandigheden zal bieden. 1) Meest geschikte wijze 2) beste voordbereiding 3) aan de hoogst
biedende partij.
Disconteringsvoet: De disconteringvoet bestaat uit
i) Risicovrije rente: Rente op staatsobligaties. Binnen de EU zijn verschillen tussen de
landen. Indien de koper actief is in de gehele EU ligt een gemiddelde van de landen voor
de hand. Indien alleen actief in Nederland, dan ligt de rente op de Nederlandse
Gedownload door Lilian Palliser (lpalliser@hotmail.nl)
, lOMoARcPSD|1137712
staatsobligaties voor de hand. In de praktijk wordt vaak gekozen voor de risicovrije
rente in de het gebied waar de ondernemer actief is of, indien dat gebied groter is, het
gebied waar de potentiële koper actief is, mits dat tot een lagere risicovrije rente zal leiden.
De laatste beperking is noodzakelijk omdat een hogere risicovrije rente tot een lagere
waarde zou leiden. Daarnaast moet worden gekozen voor een rente op staatsobligaties met
min of meer gelijke looptijd als de voorspellingshorizon.
ii) Risico opslagen (ERP): Beursindex (marktrisicopremie) * Bèta (correctie van de
branche). De bèta wordt bepaald o.b.v. een analyse van grotere (beursgenoteerde)
ondernemingen. Daarnaast kunnen er nog drie speciieke risicopremies worden bijgeteld
1) Small irm risk premium (investeringen in kleine ondernemingen is risicovoller)
2) Bedrijfsspeciieke risicopremie (onderneming is bijvoorbeeld afhankelijk van een
afnemer of een personeelslid)
3) Landenrisico (Niet in Nederland, wel in Syrië)
Indien de incourantheid tot uitdrukking wordt gebracht in de disconteringsvoet, kan de
uiteindelijke waarde niet ook nog eens worden verminderd een incourantheidspercentage
WACC: Percentage waarmee toekomstige kasstromen contant worden gemaakt bij de DCF
methode.
WACC = KEev x EV/TV + Kvv (1-b) x VV/TV
(1) Intrinsieke waarde: Op peildatum aanwezige vermogen
1. Balans is het uitgangspunt; zichtbaar intrinsieke waarde volgens de balans
2. Zichtbare intrinsieke waarde = € 50 (zegt niks over de waarde van de onderneming, want zegt
niks over de WEV; er moet rekening worden gehouden met stille reserves en goodwill)
3. + aanpassingen i.v.m. stille reserves
Activa: Actuele vervangingswaarde
Voorraden: Actuele waarde op de inkoopmarkt
Passiefzijde: Vreemd vermogen moet bijvoorbeeld op contante waarde worden
gewaardeerd. Daarnaast moet ook rekening worden gehouden met niet gepassiveerd
verplichtingen, zoals pensioenverplichtingen (onderneming had zich niet verplicht tot het
uit keren van pensioen, maar er bestond wel een bestendige gedragslijn om dit wel te doen.
Hierdoor was er een morele verplichting; die stond niet op de balans)
WEV Pand € 400 en WEV deelneming € 300, hierdoor is zichtbaar intrinsieke waarde € 400
4. + (of veelal -/-) latente belastingen. Er dient rekening te worden gehouden met de latente
vennootschapsbelasting op de in de bv aanwezige stille reserves. Indien het pand van de
onderneming in de toekomst wordt verkocht, zal er namelijk belasting betaald moeten worden.
Bij een deelneming hoeft hier meestal geen rekening mee gehouden te worden, want die valt onder
de deelnemingsvrijstelling. Er moet wel rekening worden gehouden met belastinglatenties ter zake
van deelnemingen waarop de deelnemingsvrijstelling niet van toepassing is. De latentie dient
contant te worden gemaakt. De periode waarover contant moet worden gemaakt is afhankelijk van
het iscale winstnemingsmoment. In de praktijk wordt vaak 20% gehanteerd.
Voorbeeld
Een BV heeft een goodwill van € 200.000. Indien deze goodwill zou zijn geactiveerd zou op basis
van art. 3.30 lid 2 wet IB € 20.000 per jaar kunnen worden afgeschreven. Het VPB tarief bedraagt
20%. Dit betekent dat gedurende 10 jaar jaarlijks € 20.000 x 20% = € 4.000 extra aan
vennootschapsbelasting is verschuldigd ten opzichte van de situatie waarin de goodwill wel
geactiveerd zou zijn. Bij een disconteringsvoet van 10% bedraagt de contante waarde van het
vennootschapsbelastingnadeel: € 24.578. De latentie wordt opgenomen tegen:
Gedownload door Lilian Palliser (lpalliser@hotmail.nl)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ljp2. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.97. You're not tied to anything after your purchase.