H1: Leren en onderwijzen vandaag
Gevoel van De overtuiging van een leraar dat hij/zij zelfs moeilijke leerlingen kan
effectiviteit bereiken om hen te helpen leren. Kan de prestaties van leerlingen
voorspellen.
Danielson’s Kader voor lesgeven met vier domeinen: planning en voorbereiding,
Framework for klasomgeving, instructie, professionele verantwoordelijkheden.
Teaching
TeachingWorks Nationaal project gericht op het verbeteren van de onderwijspraktijk
Measures of Onderzoekspartnerschap tussen docenten en onderzoeksteams
Teacher gericht op het bouwen en testen van maatregelen voor effectief
Effectiveness onderwijs.
Just Common Gewoon gezond verstand: veel principes die door
Sense onderwijspsychologen n.a.v. onderzoek worden opgesteld klinken als
gezond verstand wat iedereen kan bedenken.
Correlatiestudie De sterkte en richting van de relatie tussen twee variabelen
beoordelen; zodat je voorspellingen kunt doen.
Experimentele Om oorzaak-gevolg relaties te identificeren, zodat je mogelijke
studie verklaringen voor effecten van testen kunt vinden
ABAB Experiment Om de effecten van een behandeling of interventie voor een of meer
individuen te identificeren
Casestudies Om een of enkele individuen of situaties diepgaand te begrijpen
Etnografie Ervaringen begrijpen vanuit het oogpunt van de deelnemers: wat is
hun betekenis?
WIllekeurige Elke deelnemer heeft een gelijke kans om in een groep te zitten
deelname
Quasi- Bestaande groepen nemen deel aan het experiment. Een bepaald
experimentele aspect wordt veranderd om te zien of deze verandering of
deelname behandeling een verwacht effect heeft.
Longitudinale Proefpersonen worden vele jaren bestudeerd en gevolgd
onderzoeken
Microgenetische Hebben als doel cognitieve processen intensief te bestuderen, terwijl
studies de verandering zich daadwerkelijk voordoet. Zo kunnen
onderliggende mechanismen van veranderingen worden uitgelegd
Gemengde Complexe vragen stellen over oorzaken, betekenissen en relaties
methoden (mixed tussen variabelen, om zowel diepte als breedte in onderzoeksvragen
methods) na te streven
Empirisch Gebaseerd op onderzoek
,H2: cognitieve ontwikkeling
Ontwikkeling Bepaalde veranderingen die zich bij mensen of dieren voordoen
tussen conceptie en dood en die op een ordelijke manier verschijnen
en voor een redelijk lange periode blijven bestaan.
Continue proces Proces waarin men zijn vermogens vergroot (bijv. verbetering
uithoudingsvermogen)
Discontinu proces Proces waarin sprongen worden gemaakt naar nieuwe stadia waarin
vermogens daadwerkelijk veranderen (bijv. vermogen in de puberteit
om zich voort te planten
Hersenstam Basisfuncties zoals hartslag, ademhaling en bloeddruk, evenals
niveaus van opwinding
Cerebellum (kleine Coördineert balans en soepele, bekwame bewegingen, speelt ook
hersenen) een rol bij hogere cognitieve functies zoals leren.
Hippocampus Cruciaal bij het oproepen van nieuwe en recente ervaringen
Amygdala Stuurt emoties en agressie
Thalamus Belangrijk voor het verzamelen van nieuwe (verbale) informatie. Is
ook betrokken bij de motoriek, en geeft informatie door vanuit het
cerebellum
Corpus Callosum Verbindt twee hersenhelften om communicatie tussen hen mogelijk
(hersenbalk) te maken voor complexe mentale verwerking
Frontale kwab Het gebied dat mensen onderscheidt door ons in staat te stellen
informatie te verwerken voor plannen, onthouden, beslissingen
nemen, problemen oplossen en creatief denken.
Neuronen (grijze Gespecialiseerde zenuwcellen die informatie verzamelen en
stof van de doorgeven, in de vorm van elektrische activiteiten, in de hersenen en
hersenen) andere delen van het zenuwstelsel.
Axonen Geven informatie door aan spieren, kleuren of andere neuronen
Dendrieten Ontvangen informatie en geven deze door aan de neuroncellen zelf
Synapsen Deze raken elkaar niet. Neuronen delen informatie door elektrische
(vezeluiteinden) signalen te gebruiken en door chemicaliën vrij te geven die over de
synapsen springen.
Synaptische De kracht van de synaptische verbindingen is dynamisch, het
plasticiteit verandert naarmate het leren plaatsvindt. Dit is een heel belangrijk
concept voor opvoeders.
Gliacellen Bestrijden infecties, regelen bloedstroom en communicatie tussen
neuronen en verschaffen mueline-coating rond axonvezels
Myelinisatie De coating van axonneuronvezels met een isolerende vettige gliale
bekleding, beïnvloedt het denken en leren.
Limbische systeem Betrokken bij emoties en gedrag dat op zoek is naar
Prefrontale kwab Betrokken bij oordeel en besluitvorming
Plasticiteit Het vermogen van de hersenen voor constante verandering in
neuronen, synapsen en activiteit.
Biologische rijping Het ontvouwen van de biologische veranderingen die genetisch
geprogrammeerd zijn.
Activiteit Het onderzoeken, testen, observeren en uiteindelijk organiseren van
informatie, verandert onze denkprocessen
Evenwicht / Volgens Piaget kunnen organiseren, assimileren en accommoderen
equilibratie / worden gezien als een soort complexe evenwichtsoefening.
cognitief evenwicht
Organisatie Het combineren, ordenen, opnieuw combineren en
herschikken van gedragingen en gedachten in coherente systemen.
Schema’s Psychologisch gestructureerde systemen om de wereld te begrijpen
en ermee om te gaan
Assimilatie We proberen iets nieuws te begrijpen door het in te passen in wat
we al weten door onze bestaande schema’s te gebruiken (inpassen
van nieuwe kennis in het oude kennisbestand).
Accomodatie Wanneer we bestaande regelingen moeten wijzigingen om te
reageren op een nieuwe situatie (het aanpassen van al bestaande
kennis).
Transfer Geleerde toepassen in nieuwe situaties
Sensomotorische 0-2 jaar. Het kind begint te denken dat te maken heeft met zien,
fase horen, aanraken, proeven, bewegen enzovoort.
Objectpermanentie Het begrip dat objecten in de omgeving bestaan, ook als ze even uit
het zicht zijn
Pre-operationele 2-7 jaar. Schema’s worden verbonden aan mentale acties (bijv.
fase symbolen vormen en gebruiken zoals woorden, gebaren, tekens,
etc.)
Semiotische functie Het vermogen om concepten door middel van gedachten te
representeren
Concreet 7-11 jaar. Logische stabiliteit van de fysieke wereld, het besef dat
operationele fase elementen kunnen worden veranderd of getransformeerd en toch
veel van hun oorspronkelijke kenmerken behouden, en het begrip
dat deze veranderingen ongedaan kunnen worden gemaakt.
Classificeren Het vermogen om zich te concentreren op een enkel kenmerk van
objecten in een set (bijv. kleur) en de objecten te groeperen op basis
van dat kenmerk.
Seriation Het proces van het rangschikken van items in volgorde van groot
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anouk2000. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.37. You're not tied to anything after your purchase.