Exam (elaborations)
oefen tentamenvragen inleiding belastingrecht icl. antwoorden
- Course
- Institution
oefen tentamenvragen inleiding belastingrecht met antwoorden
[Show more]
Seller
Follow
tanni
Content preview
• Bron van inkomen bronnentheorie• Vereisten onderneming
• Vereisten loon uit dienstbetrekking
• Vereisten uit overige werkzaamheden
• Omkeerregel
• Dubbele progressie
• Beginselen van goedkoopmans gebruik (5)
Stap 1 bron? Zo ja, hoe te kwalificeren?
Er is een bron van inkomen, omdat er (1) een deelname is aan het economisch verkeer
(privésfeer overstijgen, bekendheid naar buiten) en (2) er voordeel redelijkerwijs beoogd en
verwacht wordt (pokerspeler).
Stap 2 is er sprake van onderneming?
- Een duurzame organisatie van arbeid en geld
- Deelname aan het economisch verkeer
- Voordeel verwachten en beogen
* reclame, meerdere klanten etc.
Stap 3 is er sprake van een ondernemer art. 3.4 Wet IB
Een ondernemer is een persoon voor wiens rekening een onderneming wordt gedreven. De
belastingplichtige voor rekening (en risico) van wie een onderneming wordt gedreven en die
rechtstreeks wordt verbonden voor verbintenissen betreffende die onderneming. De
belastingplichtige voor rekening (en risico) van wie een onderneming wordt gedreven.
Stap 4 ondernemersfaciliteiten
3a. Een kenmerk van een analytisch stelsel is dat tussen de boxen - op een enkele uitzondering na -
schotten staan. Een negatief inkomen in box 1 is dan ook niet te verrekenen met een positief
inkomen in box 3. Uitzonderingen hierop zijn:
• Art. 6.2 Wet IB 2001: de persoonsgebonden aftrek wordt ‘over de boxen’ heen verrekend. Eerst
box 1, dan box 3 en dan box 2. Pga wordt in mindering gebracht op het inkomen.
• Art. 4.53 Wet IB 2001: een verlies uit aanmerkelijk belang in box 2 is onder omstandigheden
verrekenbaar met de verschuldigde belasting in box 1. Belastingkorting in box 1.
, Beginselen van goed koopmansgebruik art. 3.25 wet IB
De fiscale winst wordt bepaald door je jaarrekening. Ondernemers zijn vrij in
het opstellen van een winstrekenstelsel, maar ze zijn wel geboden aan de
beginselen van goed koopmansgebruik. à welk jaar winst nemen en in welk
jaar verlies toerekenen, dynamisch begrip, HR begrip tot op heden ruim
uitgelegd.
1. Realisatiebeginsel à winst behoeft pas te worden genomen op het moment
van realisatie. Jaarwinst moet worden vastgesteld op basis van de realiteit.
2. Voorzichtigheidsbeginsel à je moet voorzichtig omgaan met het hebben van
winsten en verliezen en daar mag je pas iets mee doen als het zeker is dat het
resultaat daadwerkelijk is behaald.
3. Veroorzakingsbeginsel à baten en lasten moeten worden toegerekend aan
de jaren waarop zij betrekking hebben.
4. Matchingbeginsel à kosten moeten zo veel mogelijk worden toegerekend aan
de jaren waarin de opbrengsten worden verantwoord.
5. Eenvoudsbeginsel à gekozen systeem van winstbepaling moet praktisch
hanteerbaar zijn voor de belastingplichtige, maar ook controleerbaar voor de
Belastingdienst
Oefenopgave belastbaar inkomen box 1 berekenen bij winst van 70.000 euro
Diederik de Groot geniet winst uit onderneming, hij exploiteert sinds 2011 een Web-winkel
in design meubelen. Over het jaar 2019 geniet hij een winst uit onderneming vóór
toepassing van ondernemersfaciliteiten van € 70.000.
Hij doet dit jaar een investering van €10.000 welke in aanmerking komt voor de KIA
(kleinschaligheidinversteringsaftrek). Hij werkt fulltime als ondernemer en heeft geen
andere bronnen van inkomen of vermogen en maakt gebruik van de FOR (fiscale
oudedagsreserve).
Bereken de inkomstenbelasting en premies volksverzekeringen welke Diederik de Groot
over het jaar 2019 verschuldigd is. Motiveer uw antwoord
Er is al gegeven dat er sprake is van een onderneming.
De winst is 70.000 euro. Ingevolge art. 3.40 wet IB kan er van de winst
investeringsaftrek afgetrokken worden,
§ KIA: art. 3.41 wet IB. het investeringsbedrag is 10.000 euro.
10.000 euro x 28% = 2800 euro. Dit bedrag kan van de winst afgetrokken
worden. 70.000-2800= 67.200 euro.
§ FOR art. 3.67 wet IB, de ondernemer die aan het urencriterium (art. 3.6 wet
IB) voldoet bij het bepalen van de winst kan geld gereserveerd worden voor de
oude dag ten laste van de winst.
Art. 3. 68 wet IB: bedrag bedraagt 9,44% van de winst. Maar niet meer dan
9.395 euro.
67.200 euro – (67.200 x9,44%) = 60.856,32 euro
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tanni. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.62. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
53249 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now