Voorbeeld examenvragen - Statistiek voor bedrijfskunde - resultaat 18/20 - (E. Van Droogenbroeck - 2024)
4 views 0 purchase
Course
Statistiek voor bedrijfskunde - 011713 (011713)
Institution
Vrije Universiteit Brussel (VUB)
Voorbeeld examenvragen statistiek voor bedrijfskunde.
Met deze vragen ken je gegarandeerd de leerstof.
Het bespreekt de verschillende statistische toetsen, uitgebreid de theorie en overige.
Totaal van 150+ meerkeuze vragen die representatief zijn aan het examen!
Meerkeuzevragen Statistiek voor bedrijfskunde - 011713
1. Wat is het doel van de website Stuvia?
A. Het organiseren van examens
B. Het verkopen van samenvattingen en studiemateriaal
C. Het aanbieden van gratis cursussen
D. Het publiceren van wetenschappelijke artikelen
2. Wat is het belangrijkste doel van statistiek in de bedrijfskunde?
A. Het analyseren van woorden
B. Het uitvoeren van interviews
C. Het verzamelen van data
D. Het maken van focusgroepen
3. Wat is de eerste stap in het onderzoeksproces?
A. Resultaten analyseren
B. Een duidelijk geformuleerde vraag genereren
C. Data verzamelen
D. Conclusies trekken
4. Wat is een voorbeeld van een populatie waar een econoom zich op kan
richten?
A. Klanten
B. Dieren in het wild
C. Kleine cellen
D. Planten in een tuin
5. Wat is een variabele in de context van datasets?
A. Een verzameling van één enkel type gegeven
B. Een rij in een dataset
,C. Een constante waarde die nooit verandert
D. Een bron van gegevens uit meerdere variabelen
6. Wat is een voorbeeld van een nominale variabele?
A. Kleur
B. Temperatuur
C. Lengte
D. Leeftijd
7. Wat is een kenmerk van een interval variabele?
A. Het kan geen waarden onder 0 vertegenwoordigen
B. Het heeft een echt nulpunt
C. De intervallen tussen de categorieën zijn gelijk
D. Het heeft geen geordende categorieën
8. Wat is een kenmerk van een discrete variabele?
A. Ze kunnen alleen gehele getallen aannemen.
B. Ze kunnen een oneindig aantal waarden aannemen.
C. Ze zijn altijd kwalitatief van aard.
D. Ze worden meestal verkregen door te meten.
9. Wat is een indirect meetbare variabele?
A. Een variabele die altijd numeriek is
B. Een variabele die direct gemeten kan worden
C. Een variabele die niet direct gemeten kan worden
D. Een variabele die alleen in experimenten voorkomt
10. Wat meet de interne consistentie betrouwbaarheid?
A. De gemiddelde score van de items in de schaal
,B. De variabiliteit van de scores binnen de schaal
C. Of de items in de schaal samen eenzelfde construct meten
D. De tijd die nodig is om de schaal in te vullen
11. Wat voor soort variabele is 'winkel' in de dataset?
A. Kwantitatief
B. Continu
C. Kwalitatief
D. Discreet
12. Wat is de onafhankelijke variabele in het onderzoek naar
klanttevredenheid per winkellocatie?
A. klanttevredenheid
B. winkellocatie
C. verkoop van een product
D. relatie tussen variabelen
13. Wat is een voorbeeld van een niet-representatieve steekproef?
A. Een steekproef van 40-jarige moeders met verschillende
opvoedingsstijlen
B. Een steekproef van alleen gescheiden 40-jarige moeders
C. Een steekproef van willekeurige 25-jarige moeders
D. Een steekproef van alleen 40-jarige moeders
14. Wat is een steekproeffout?
A. Een fout die ontstaat door een te grote steekproef
B. Het verschil tussen de populatieparameter en de geschatte waarde op
basis van de steekproef
C. Een fout die alleen voorkomt bij kwalitatief onderzoek
D. Een type statistische analyse
, 15. Wat is een belangrijk kenmerk van experimenteel onderzoek?
A. Het observeren van natuurlijke gebeurtenissen
B. Het manipuleren van een variabele
C. Het verzamelen van kwalitatieve data
D. Het uitvoeren van enquêtes
16. Wat is het eerste onderdeel van een wetenschappelijk artikel volgens
het beschreven format?
A. Discussie/ Conclusie
B. Abstract
C. Methodologie
D. Referenties
18. Wat is de rol van 'kijken naar gewelddadige televisieprogramma's' in
de context van agressief gedrag?
A. Een afhankelijke variabele
B. Een voorspelde variabele
C. Een onafhankelijke variabele
D. Een interfererende variabele
19. Wat zijn Likert-schalen vaak gebruikt voor in de psychologie?
A. Om de gemiddelde lengte van een groep te berekenen
B. Om een specifiek fenomeen te meten
C. Om nominale data te classificeren
D. Om discrete variabelen te analyseren
20. Wat is het belangrijkste verschil tussen interval- en ratio-data?
A. Ratio-data zijn dichotoom waar interval-data dit niet zijn
B. Ratio-data zijn kwalitatief waar interval-data kwantitatief zijn
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller leersviktor. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.05. You're not tied to anything after your purchase.