• 1990: Tim Berners-Lee introduceert HTTP (zoekprincipe om pagina’s op het web op te
roepen) = basis voor www (world wide web)
• Eerst vooral voor wetenschap en Amerikaanse leger
• Daarna ook uitgerold als kennisnetwerk
• Hogescholen, universiteiten en grote bedrijven
• Vanaf 1995 ook thuisgebruiker (sneller en inbellen betaalbaarder)`
• Websites in HTML (HyperText Markup Language) en CSS
• 1994: Tim Berners-Lee richt W3C (World-Wide Web Consortium) op
• Standaardisering van programmeercode
• Code testen op http://validator.w3.org
• Apple, Google, Samsung en Microsoft werken aan eigen standaarden
• Vooral zenden, online presenteren en linken
• Weinig interactie, statische inhoud
Soorten websites
- Flash websits
- Portaalsites
Eerste zoek machines
- Lycos
- Altavista
- Google (1997)
E-commerce
- Amazon, Ebay (1995)
- Paypal (1998)
Communicatie email
- Eerst vooral universiteiten, hogescholen en grote bedrijven
- Gratis webbased e-mail Hotmail (1996)
- Spam in Oxford English Dictionary (1998)
Adverteren
- Banners
- Popup ads
1991: eerste website
1995: mosaic, eerste browser
--- --- --- ---
,Web 2.0; interactie
• Na barsten internetbubbel in 2000
• Interactief medium: niet enkel downloaden maar ook uploaden
• Websites in php, json, ajax, mysql (dynamische inhoud)
• User generated content
• Minder macht voor media en meer voor consument
• Opkomst van online bankieren, bloggen, podcasts en social media
- Internetencyclopedie Wikipedia (2001)
- > 2 miljoen artikelen in NL taalversie
Online gaming en social games
- Farmville (2009)
• Opkomst SEO (Search Engine Optimisation)
• Keyword stuffing
Adverteren: interactief
- Banner blindness
- Google AdWords (2000) PPC (Pay Per Click) advertising
- 2002 first ad blocker
--- --- ---
, Web 3.0; personalisatie
• Websites in HTML5 (responsive design)
• Ontstaan semantisch web (lerend web)
• Web wordt data driven (big data)
• Informatie en diensten afgestemd op gebruiker
• 2010: iPad zorgt voor tablet revolutie à meer en meer mobiel surfgedrag
• Meer social media gebruik (of verslaving?)
• Contentmarketing
Semantisch web:
- informatie uitwisselen tussen machines zonder menselijke tussenkomst
Big data:
- alle data verzameld in databases
• Gebruiker traceerbaar: Google Analytics, AWStats, W3Counter
• Van big data naar profielverrijking
• Privacy? à GDPR (2018 )
• Mobiel gebruik neemt snel toe`
2007 introductie iPhone
2010 introductie iPad
• Multichannel en crosschannel: mix van kanalen en media
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller s127521. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $16.80. You're not tied to anything after your purchase.