Lucht = stikstof en zuurstof (zie je niet) mengsel
Haren = eiwitten
Lichaam= bevat veel water
Mengsel: bestaat uit 2 of meer stoffen. (bijv: lucht (stikstof en zuurstof), melk, zeewater)
Zuivere stof: bestaat uit 1 stof (bijv: suiker)
Dagelijks leven meer mengsels dan zuiver stoffen
Elke stof heeft zijn eigen unieke eigenschappen. Je kijkt naar die eigenschappen maar ook naar de
veranderingen van stoffen naar andere stoffen. Die veranderingen van stof naar stof heet een
chemische reactie. Met chemische reacties worden ook weer andere stoffen geproduceerd. (bijv.
stoffen van je kleding, iPad, telefoon, medicijnen)
Stofeigenschappen:
Je kijkt naar stoffen als je ze voor een bepaald doel wilt gebruiken. Dit noem je stofeigenschappen.
Als twee stoffen 1 of meer verschillende stofeigenschappen hebben dan zijn het dus verschillende
stoffen.
Voorbeelden van stofeigenschappen:
Kleur
Smaak
Oplosbaarheid
Brandbaarheid
Fase bij kamertemperatuur
Stoffen die je met een
Smeltpunt = temperatuur waarbij de stof smelt (water = 0 graden)
getal kan aangeven,
Kookpunt = temperatuur waarbij de stof kookt (water = 100 graden)
gevolgd door een
Dichtheid = hoeveel er van een bepaalde stof in een ruimte kan
eenheid is stofconstante
Bijv: stofeigenschappen van suiker zijn, wit + vaste stof + goed oplosbaar in water + smaakt zoet
, Dichtheid:
Stoffen kunnen ook eigenschappen hebben die geen stofeigenschappen zijn.
Voorbeeld van eigenschappen die geen stofeigenschappen zijn:
Massa
Volume grootheden
Beide geven ze niet aan welke stof iets is, want elke stof kan elke massa/volume hebben (bijv: een
glas water en een zwembad water, bij een zwembad is de massa of volume veel groter, maar toch
blijft het dezelfde stof: water)
Grootheden = WAT je meet (massa en volume)
Eenheden = WAARIN je het meet (kilogram, liter)
Kilo is een voorvoegsel en betekent 1000
Milli is een voorvoegsel en betekent 1 duizendste 0.001
Dichtheid is combinatie van massa en volume
Massa
Dichtheid =
volume
Dichtheid = kg/m³
Massa = kg
Volume = m³
Voorbeeld 1
Soms bij wetenschappelijke notaties gebruik je machten van 10 om grote of juist kleine getallen
korter te schrijven.
Bijv:
5000 = 5 x 10 x 10 x 10 = 5 . 10³
0,005 = 5 : 10 x 10 x 10 = 5 . 10 -³
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller veerleheijnneman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.35. You're not tied to anything after your purchase.