Dit document bevat 318 zelfgemaakte oefenvragen over het hele vak Bronnen & beginselen, waaronder ook een paar vragen die de prof zelf vermeldde tijdens de hoorcolleges. Bij deze vragen zijn geen antwoorden, de vragen staan op volgorde van de cursus.
1) Wat is het subjectieve recht?
2) Wat weet je over Wesley Hohfeld?
3) Wat is ‘rechtssubject, rechtsobject, rechtsfeit en rechtsgevolg’?
4) Geef de visies van Hobbes, Locke & Rousseau op sociale contracttheorieën (+
eeuwen, beroepen..)
5) Bespreek de 4 voorwaarden voor rechtszekerheid & zeg wat rechtszekerheid is.
6) Wat zijn de 4 uitgangspunten van wetspositivisten volgens Peeraer?
7) Wat weet je over de Rassenwetten van Nazi-DL?
8) Welke democratiebenaderingen zijn er?
9) Wat weet je over Hans Kelsen?
10) Wat weet je over Aristoteles?
11) Wat weet je over het natuurrecht(sdenken)?
12) Wat was het effect van de geschriften die Cicero introduceerde in het Romeinse
recht?
13) Wat weet je over de Historische School?
14) Wat weet je over Habermas?
15) Wat is het egalitarisme?
16) Wat weet je over Rawls?
17) Wat zijn descriptieve regelgeoriënteerde theorieën & welke persoon & idee horen
hierbij?
18) Leg de Radbruch-formule uit.
19) Welke soort regels/bepalingen zijn er?
20) Bespreek het verbindende karakter van regels in publiekrecht & in privaatrecht.
21) Wat is het Wagons-lits arrest en wat voor effect had het?
22) Geef een voorbeeld van publiekrecht wetgeving van openbare orde & van
privaatrecht wetgeving van openbare orde.
23) Geef een voorbeeld van dwingend recht + artikel & leg uit wat dwingend recht is.
24) Geef een voorbeeld van suppletief-aanvullend recht & leg uit wat het is.
25) Leg de theorie van Hart uit.
26) Wat is het Hart-Fuller debate?
27) Wat betekent het begrip ‘rechtsvinding’? Situeer in de cursus.
28) Wat was het begin van staatssoevereiniteit? Leg ook het begrip
staatssoevereiniteit uit.
29) Wat betekent het dat ons rechtssysteem ‘rechtspluralistisch’ is? En is dit
absoluut?
30) Wat betekent ‘nemo judex in causa sua’ & situeer in de cursus.
31) Wat zijn onvolkomen rechtsregels & geef een voorbeeld.
32) Wat is de Code van Hammurabi?
, 33) Leg uit waarom rechtsontwikkeling historisch gezien vooral een bottom-up
ontwikkeling was.
34) Welke rechtsfamilie-onderdelingen werden er al gemaakt, door wie & obv welke
criteria?
35) Wat weet je over de Corpus Iuris Civilis?
36) Wat deed Irnerius & wat was het effect hiervan op Europa?
37) Wat is codificatie & welke 3 ‘voordelen’ heeft dat teweeg gebracht?
38) Wie is er voor de codificatie, wie is er tegen? Leg uit.
39) Wat is het deductieve denken & situeer in de cursus.
40) Wat zijn de 3 factoren die het succes van de wet als rechtsbron verklaren? Leg uit.
41) Welke 3 oplossingen zijn er voor de kritiek ‘teveel wettelijke regelingen’?
42) Wat is het inductieve denken & situeer in de cursus.
43) Leg de ontwikkeling van de geschilbeslechting in de Anglo-Amerikaanse
rechtsfamilie uit.
44) Wat zijn ‘form of action’ en ‘writs’ & geef een voorbeeld van een writ.
45) Wat is het verschil tussen ‘ubi remedium, ibi ius’ en ‘ubi ius, ibi remedium’?
46) Hoe ontwikkelde de equity law zich?
47) Geef de 3 rules of precedent.
48) Wat kan een nadeel zijn van precedenten & welke oplossing kwam hiervoor in
1966?
49) Waar vinden we nog gedragsregels terug die gericht zijn op het tot stand brengen
van orde & rust in de SL? (buiten het recht)
50) Waarom zijn richtlijnen & voorschriften zoals de bijbel & evangelies verschillend
van rechtsregels?
51) Wat wordt er gezegd over de visie van het christendom en de islam op de
scheiding van Kerk & Staat?
52) Wat zijn de negatieve & positieve verplichtingen van de Staat tov godsdienst +
voorbeelden?
53) Geef 2 voorbeelden van beperkingen die België stelt aan godsdienstige
praktijken.
54) Bespreek de 2 plaatsen waar sprake was van rechtspluralisme & hoe dat is
uitgedraaid.
55) Wat zijn de 4 verschillen tussen recht & moraal? Licht deze ook toe.
56) Wat zeggen positivisten & natuurrechtsdenkers over de vraag ‘als recht strijdig is
met moraal, is dat dan nog wel recht?’?
57) Wat weet je over het ethisch minimum & het ethisch maximum? Wat is de rol van
het recht hierin?
58) Wat zijn gewetensbezwaren? Geef een voorbeeld. Zijn deze gewetensbezwaren
absoluut?
59) Wat is rechtsdogmatiek?
60) Om welke 2 redenen heeft de indeling in rechtstakken nut? Bespreek deze.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Rechtenstudent2024. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.23. You're not tied to anything after your purchase.