100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
College aantekeningen Kunst, cultuur en samenleving $11.21
Add to cart

Class notes

College aantekeningen Kunst, cultuur en samenleving

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

Zeer goed uitgewerkte hoorcollege-aantekeningen (10 hoorcolleges). Ik had een 7,9 voor dit vak.

Preview 4 out of 144  pages

  • January 2, 2025
  • 144
  • 2021/2022
  • Class notes
  • Robbie iimori-voss
  • All classes
avatar-seller
I Cultuur in klassieke sociale theorie
HCI. Cultuur als ideologie -Marx, Levebvre, Altusser.
Wat is cultuur?



I Cultuur: een omstreden begrip
Cultivatie: dat bestond al voor cultuur, in de zin van grond en gewassen. Het in
cultuur brengen van het land. Dus het bewerken en produceren door mensen. De
natuur is een gegeven en de cultuur wordt door mensen gecreëerd.
16e-19e E: verbetering van de menselijke geest en persoonlijke manieren of zeden.
Bv. etiquette. De elite deed alles op de juiste manieren. Een vorm van zelfbeheersing.
Dat gaat van een externe drang naar interne dwang. De elite ziet zich als meer
geciviliseerd en daarvan kwam ellende; zie de kolonisatie. Het overwicht is geldig op
de gekoloniseerde en men voelt zich superieur. ->Er ontstaat dus een civilisatie (incl.
technologie).
Romantiek: geestelijke ontwikkeling in contact met materiele verandering. De
interne ontwikkeling wordt belangrijk. De schone kunsten worden bestudeerd.
Cultuur is niet langer de gewassen en technologie, want het wordt losgekoppeld van
de materiële dimensie.
Laat 19e E: Romantisch nationalisme. Geboorte van de natiestaten. Hierdoor wordt
cultuur verbonden aan nationalisme en binnen het territorium ben je hetzelfde. Je
bent onderdeel van een nationale eenheid. Dat is nog steeds zo, maar als je je niet
aanpast. Worden er maatregelen genomen.
Eind 19e en begin 20e E: Wetenschappelijke behoefte aan beschrijvend en
analytisch cultuurbegrip.

Academici willen geen waarderend cultuurbegrip. Maar wat doet het? Wat is het?
Beschrijvende begrippen worden ook gebruikt in negatieve context: 'Kijk onze cultuur
is beter!'

Uitgangspunt: mensen maken cultuur en ze worden gemaakt door cultuurl In
materiele zin dmv kunst en immaterieel dmv samenleving, universiteit etc. We
worden door cultuur gemaakt. Gesocialiseerd in culturele vormen. Het is dubbel; we
maken cultuur en we worden er tevens door gevormd.




II Karl Marx en het historisch materialisme
!!!!Belangrijk: Wat zegt Marx en de marxisten over ideologie!!!!

, Marx is de meester van het wantrouwen.
De sceptische waarnemer. Paul Rikeur noemt Marx, Freud en Nietsche zo in de 19 e E.
Dominante filosofie en theoretische opvattingen van de Verlichting werden door
Marx op de kop gezet. Freud hield zich bezig met het onderbewuste. Nietsche had
kritiek op de westerse moraliteit. Marx keek naar de werking van macht in
westerse samenlevingen.
De vraag is altijd: welke belangen hebben de betrokkenen? Zijn ze zich van hun
belangen bewust? Waarom is de orde zoals deze is? Ten voordele van wie en ten
nadele van wie? De strijd van het proletariaat tegen de bourgeoisie, waarbij de
arbeiders niet beseffen dat dat de orden niet natuurlijk is. Dat het anders zou kunnen
zijn en ze beseffen niet dat ze worden uitgebuit. Marx heeft een sceptische houding
tav macht. Zijn benadering is om te kijken naar welke maatschappelijke orde dan ook
en dan af te vragen hoe deze orde werkt. Hoe werkt een kapitalistische samenleving
bv vs een feodale samenleving? Ten voordele/nadele van wie? Dus: welke
consequenties heeft dat voor henzelf en anderen?



Methodologie: historisch materialisme
• Materialistische conceptie van geschiedenis.
• De manier waarop mensen in hun materiële behoeften voorzien, bepaalt(?) de
relaties die mensen met elkaar hebben, hun sociale instituties en de dominante
ideeën die ze hebben. Dus hoe hebben we georganiseerd dat iedereen kan eten,
onderdak heeft, veilig is? De antwoorden bepalen de soort relaties die we met
elkaar hebben en de dominante ideeën die we erover hebben. Dwz; bij een
kapitalistische organisatie is het een economische uitwisseling, met kosten en baten
en is het belangrijk -wat kan ik eruit halen? -. Het is een calculerende en
individualistische samenleving met eigen belangen en eigen gewin. Wat als ik het
niet doe, doet een ander het wel. En het dominante idee rechtvaardigt de orde.


Economische structuur:
• Productieverhoudingen: de fabriek is eigendom van bepaalde mensen en van
anderen niet. Dus A. Iemand heeft machines en daarmee verdienen anderen geld.
Daarvoor moeten ze met hun lichaam in de fabriek werken. En dan kun je kopen wat
je zelf maakt bv. B. Je hebt kapitaal nodig/uitwisseling van geld als je wilt
participeren.
• Productiekrachteri: grondstoffen, machines, lichamelijke kracht, dieren, fabrieken.

Legale en politieke structuur:
o Sociaal bewustzijn.

• Macht vloeit voort uit de productieverhoudingen.

, • Om te begrijpen wat cultureel domein is, moeten we naar de onderbouw
kijken. Daarom is de notie van vrije markt zo ontstaan (volgens Marx). Een
arbeider kan zich vrij maken van werkgever en ander zoeken, maar je kunt niet
zonder een werkgever als je niet zelf een fabriek kunt hebben. Er ontstaat dus
een ideologische cultuur die ons doet geloven dat deze orde goed is en zo moet
zijn.
• Waar komt dat vandaan? Dat komt door de manier waarop we
productiekrachten hebben georganiseerd: Historisch materialisme. Marx wilde
revolutie, namelijk de productieverhoudingen veranderen.



Waarde
e De waarde van een product (ontleende hij van Adam Smith).
A. De gebruikswaarde: is het nut. Een hamer heeft voor een verbouwing een
hoge waarde en in een collegezaal een lage waarde het is dus relatief. B. De
ruilwaarde: waarde bij de uitwisseling van iets anders.

Marx was voor socialistische en communistische economie en Smith was een groot
klassiek econoom en liberaal.

o In het kapitalisme wordt geproduceerd voor de ruilwaarde van producten. Bv. je
verkoopt hamers voor geld en koopt er zelf weer een auto van.
-> Twee producten met een verschillende nutwaarde worden uitgewisseld.
-> Een bepaalde hoeveelheid hamers staat voor energiewaarde van een mens op
een werkdag. Dus: mensen verruilen voor objecten -> dat was een zorg van Marx
en bedacht door Smith.

Mensen kunne worden uitgebuit en dat had Smith niet bedacht. Mensen raken
vervreemd en losgekoppeld van zichzelf; alienation. Dat vinden we normaal; je
koopt arbeiders voor een x-aantal uur per dag.
De vervreemding is dat je wordt losgekoppeld van wat van nature van jou hoort
te zijn, van jezelf. En dat geef je 8 uur per dag aan je werkgever.

, Fetish karakter van de waarde: De gebruikswaarde en ruilwaarde. (tekst)


Fetishism of commodities-> value
Hoe kan het dat het object een objectieve waarde lijkt te hebben?
De clue van de tekst: het product dat we uitwisselen voor geld, maskeert op het moment
dat je het neemt, je in contact staat met bv. de cacaoboeren elders (door chocolade te
kopen). Er vindt een interactie plaats tussen mensen. Op dat moment heb je een band
met een cacaoboer. Door de geldeconomie zien we dat niet meer. Daarom voelen we ons
niet meer solidair met cacaoboeren.
Als er nood is, doneren we en brengen we empathie op. Marx was een humanist en hem
ging het om het menselijke




Ideologie
• Cultuur fungeert als een dominante ideologie; de dominante ideeën die we in de
samenleving hebben, is de cultuur volgens Marx. Dat rechtvaardigt de
samenleving zoals deze is. Dat is cultuur.

Bv. Basisinkomen. De criticus zegt dat het gratis geld is. Waar komt het vandaan, want jij
chilt en ik werk. Dat is een dominant en ideologisch idee. Je blijft geloven in de
natuurlijkheid wat we al hebben. Geld kost geld. We kunnen het niet gratis weggeven.
Dan had je maar

moeten studeren-> individualiseren. De dominante ideologie zorgt voor rechtvaardiging.

Levebvre: dominante ideologie reflecteert de ideeën en belangen van de heersende
klasse. Dat zegt Marx ook. De heersende klasse wil aan de macht blijven (geen
samenzwering).

Het is een automatische manier van je comfortabel voelen in een dominant systeem. lk
erf grond, zet er een fabriek op en ik zorg voor werk. Nu moet ik wel meer belasting
betalen, waarom? lk zorg toch voor werk?? Het zorgstelsel/wet reflecteert de belangen
van de heersende klasse. Het legitimeert hun belangrijke positie. Dat is waar ideologie
over gaat.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marieboots. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $11.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

48756 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$11.21
  • (0)
Add to cart
Added