- Schriftelijke taalvaardigheden leren kinderen niet spontaan.
- Niet alle kinderen kunnen zelfstandig een bepaald niveau van taalvaardigheid eigen
maken.
- Op school leer je een ander soort taalgebruik dan in het dagelijks leven. ]
- Bepaalde taalvormen leer je alleen met behulp van het taalonderwijs.
- Als je kinderen plezier in het lezen van boeken wilt bijbrengen, dan moet je daar apart
aandacht aan besteden.
- Zelfhandhaving, zelfsturing, sturing van anderen, structurering van het gesprek.
Conceptualiserende of cognitieve functie
- Rapporten, redeneren, projecteren.
Expressieve functie
- Uiting van gevoelens en emoties.
De communicatieve -competentie
Grammaticale competentie= Alle kennis van taal (regels) die nodig zijn om adequaat te
communiceren.
Tekstuele competentie= De kennis van gesproken en geschreven taal.
Strategische competentie= Het vermogen om strategieën te hanteren om bepaalde doelen te
bereiken.
Functionele competentie= het vermogen van de taalgebruiker om zijn taalgebruik aan te passen
aan een specifieke situatie.
, Niveaus van taal
- Fonologisch= Uitspraak
- Morfologisch= Opbouw van woorden
- Syntactisch= Volgorde van woorden
- Semantisch= Betekenis
- Pragmatisch= Gebruik
- Orthografisch= Spelling
Hoofdstuk 8
Het schrijfproces
- De kennis van de schrijver over het onderwerp en taalsysteem.
- De communicatieve situatie waarin schrijven zijn werk doet, voor wie schrijf je?
- Het eigenlijke schrijfproces, plannen, schrijven, reviseren.
Schrijfstrategieën
- Denkend schrijven= Ervaren schrijver, denkt na over de opdracht.
- Vertellend schrijven= Beginnende schrijver, gaat meteen schrijven.
“De motorische vaardigheid is essentieel voor het schrijven.”
Stellen
1. Bepalen van het doel, publiek en de tekstsoort.
2. Verzamelen, selecteren en ordenen van de inhoud.
3. Structureren van de tekst.
4. Formuleren
5. Reviseren
6. Verzorgen van de tekst, lay-out.
7. Reflecteren op het schrijfgedrag.
Tekstdoelen
- Amuseren
- Informeren
- Overtuigen
- Instrueren
Tekststructuur
- Stapelstructuur, boodschappenlijstje.
- Verhaalstructuur, personages en chronologisch.
- Betoogstructuur, mening, standpunt en argumenten.
Stileren = Het hanteren van een bepaalde schrijfstijl.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maikejillissen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.82. You're not tied to anything after your purchase.