Dit is een samenvatting van de cursus 'Management en organisatie, M. Calu, W. Konings'
Hogeschool Vives
samenvatting van de volledige cursus
uitgebreide informatie + uitleg bij de begrippen
Inleiding:
Als mens zijn we allemaal lid vn een organisatie
o Geven ons leven vorm
Maatschappij waarin we leven = georganiseerde samenleving
Ook meeste andere aspecten in ons leven spelen zich af in een organisatie
o Vb: school, sportclub, religie, muziekvereniging, winkel, bedrijf, gezin,…
1.1 ORGANISATIES
Organisatie:
= sociale vereniging/menselijke groepering, gevormd en aangepast om bepaalde
doeleinden te realiseren
o Gedefinieerd door Amerikaans socioloog
Geheel vd relaties die mensen bewust met elkaar aangaan om een
gemeenschappelijk doel te bereiken
o Gedefinieerd door Keuning en Eppink
Veel definities, maar 2 dingen keren altijd terug: mens en doel
Er moet een plan gemaakt worden om een doel te kunnen realiseren
o Vb: trainen voor goede prestaties, repeteren voor goed optreden,…
Bedrijf zal ook goed productieapparaat moeten opzetten , gekoppeld met goede
marketing om producten te verkopen
Middelen nodig om doel te bereiken
o vb: sportzaal, repetitielokaal
o productiebedrijf; gebouwen om machines in te zetten
1.1.1 FORMELE VERSUS INFORMELE ORGANISATIES
Formele organisaties (vb: bedrijf/school):
Op voorhand vastgelegde structuur
o Met richtlijnen en procedures die opgevolgd moeten worden
Informele organisaties (vb: groep vrienden):
Ontstaan spontaan
Zonder vooropgesteld plan
Slechts nadien waar te nemen
Ene organisatie sluit de andere niet uit:
Binnen formele organisatie kunnen informele organisaties ontstaan
Informele organisatie kan een formele organisatie steunen, corrigeren of
tegenwerken
o Onvoorziene situaties bij informele organisaties kunnen een grote rol
spelen
,1.1.2 BEDRIJVEN EN ONDERNEMINGEN
Organisaties zijn een samenwerkingsverband tussen mensen, waarbij een bepaald
doel wordt nagestreefd
Als een organisatie bepaalde kenmerken heeft -> bedrijf/onderneming
Bedrijf:
Gebruik van arbeid en kapitaal in een organisatie
Product of dienst kan vanalles zijn
o Bv: wagen, muziekles, hulpverlening, reis
Onderscheid tss al dan niet winstgericht
o Bedrijven zoals bv Rode Kruis bieden diensten of producten aan door
arbeid en kapitaal te gebruiken, hebben niet als doel winst maken
non-profit-organisaties
Onderneming:
Indien hoofddoel bedrijf is om winst te maken
= bedrijf dat naar winst streeft
Profit-organisaties
Vb: supermarkten, autoconstructeurs, bakkers,…
Kenmerken:
Doel: Lange termijn winst nastreven.
Belangrijk voor continuïteit en stabiliteit.
Bestemming van winst:
Hogere lonen voor werknemers.
Hogere dividenden voor aandeelhouders.
Reserveren voor toekomstige investeringen.
Uitbreiding of oprichting van nieuwe afdelingen.
Meer personeel aannemen.
Investeren in onderzoek en ontwikkeling.
Maatschappelijke Rol
Leveren van goederen en diensten.
Creëren van werkgelegenheid.
Bijdragen aan de welvaart en het welzijn van de samenleving.
1.2 MISSIE, VISIE EN DOELSTELLINGEN
1.2.1 MISSIE
Definitie:
De kernreden waarom een organisatie bestaat.
o ‘waarvoor de organisatie staat’
, Maatschappelijke functie van het bedrijf
o ‘mission statement’
Kenmerken:
Motiverend voor medewerkers, ervoor zorgen dat iedereen weet waarvoor men
werkt
Geeft waarden van het bedrijf weer.
Onderscheidt zich van andere organisaties.
Helpt focus te behouden en middelen efficiënt in te zetten.
Wijzigt nooit veel
Nut:
Basis voor visie en doelstellingen.
Vermijdt verspilling van tijd en middelen.
1.2.2 VISIE
Definitie:
Lange termijn doel van de organisatie.
o ‘waar de organisatie naartoe wil’
Hoe de organisatie haar missie wil uitvoeren in de toekomst.
Kenmerken:
Moet inspirerend en gewaagd zijn.
Brengt medewerkers op één lijn richting een gezamenlijke toekomst.
1.2.3 DOELSTELLINGEN
Definitie:
Resultaten die op korte termijn willen bereikt worden
o Komen voort uit missie
Moeten meetbaar, haalbaar en concreet zijn (SMART-principe).
, SMART-principe:
Specifiek: Duidelijke beschrijving van het doel.
Meetbaar: Resultaten in cijfers uitdrukken.
Acceptabel: Aanvaardbaar voor alle betrokkenen.
Realistisch: Uitvoerbaar binnen de mogelijkheden.
Tijdsgebonden: Heldere deadline.
Varianten:
SMARTER: Voegt "Ecologisch" en "Relevant" toe.
SMARTI: Voegt "Inspirerend" toe.
Soorten Doelstellingen
1. Strategische doelstellingen:
o Tijdshorizon: 2-5 jaar.
o Geven globale richting aan.
2. Tactische doelstellingen:
o Tijdshorizon: 1-2 jaar.
o Specifieker dan strategische doelen.
3. Operationele doelstellingen:
o Tijdshorizon: Weken tot enkele maanden.
o Kortetermijnacties op de werkvloer.
1.3 KSF EN KPI
Kritische Succesfactoren (KSF): Belangrijke factoren die bepalend zijn voor het
lange-termijn succes van een organisatie.
Key Performance Indicators (KPI): Meetbare gegevens (financieel en niet-
financieel) die de prestaties van KSF’s monitoren.
1.3.1 KSF
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller norevdb06. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $17.64. You're not tied to anything after your purchase.