Functioneren binnen een team
H1. De mens in relatie met zijn wereld: sensatie,
perceptie en het geheugen
Sensorische psychologie:
○ Alles start bij de zintuigen
○ Sensatie: Vroeg stadium v/n perceptie waarin neuronen van een
receptor - stimulus omzetten in een patroon van zenuwimpulsen.
Examenvraag!
➔ Eerste gewaarwording
➔ Stimulus - vorm die de hersenen kunnen begrijpen
➔ perceptie = proces van waarneming
1.1 Hoe veranderd een stimulatie in een sensatie:
Het waarnemingsproces: 3 fasen:
○ Sensatie/ gewaarwording
○ Organisatie tot geheel
○ Betekenisverlening
○ Bottom up = prikkels v/n buitenaf beïnvloeden ons.
- bv. kijken naar een voorwerp dat beweegt zonder dat we er een
betekenis aan geven.
○ Top-down-processen = We organiseren deze info en geven hieraan
een betekenis.
Stimulatie verandert er in perceptie:
Wat is transductie: Examenvraag!
○ Fysische energie - licht en geluidsgolven - omzetten in neurale
impulsen. Begint wanneer sensorische neuronen een fysieke stimulus
gaan ontvangen. Bereikt deze het bijpassende zintuig? dan gaan de
receptoren in dat zintuig worden geactiveerd → omgezet in een
zenuwimpuls. Vervoert sensorische info in gecodeerde vorm naar
1
, hersenen. → Plaats die gespecialiseerd is in verwerking v/n zintuiglijke
indrukken. Info halen over elementaire kenmerken v/d stimulus.
- De stimulus komt niet verder dan de receptor + zenuwstelsel verplaatst
info in de vorm v/n neurale impuls.
Sensorische adaptatie: vb. muziek in de auto.
○ Afname v/n gevoeligheid indien de prikkels steeds blijven en
terugkeren.
○ In staat om te bepalen waar we onze aandacht op moeten richten
○ Beperkingen bij intense prikkels
○ Zintuigen gericht op nieuwe omstandigheden.
Differentiatie drempel of verschildrempel leg uit:
○ Kleine verschil fysiek verschil tussen twee stimuli dat je nog een
verschil hoort.
○ Hoor je verschil → overstijging v/d verschildrempel.
○ Kleinste verandering = juiste waarneembaar verschil.
○ Wet van weber examenvraag!
Signaaldetectietheorie:
○ variatie voor de gevoeligheid v/d prikkels.
➔ Schommelingen in waarneming.
○ Variatie over mensen & omstandigheden.
○ Sensatie = afhankelijk v/d kenmerken v/d stimulus, achtergrond
stimulus en detector.
Er zijn 3 aspecten:
1. Kenmerken v/d stimulus
➔ Respons Criterium - zwakke/sterke stimuli.
2. Achtergrond Stimulus
3. Detector
➔ Sensitiviteit, eigenschappen v/d waarneembare persoon, rol van
verwachtingen.
1.2. Waarin lijken zintuigen op elkaar? Waarin verschillen ze?
Sensorische cortex: Homunculus = gebieden in de hersenen die instaan
voor sensatie. Examenvraag!
○ Elk zintuig pikt zijn eigen info op en stuurt die naar gespecialiseerd
verwerkingsgebied in de hersenen.
1.3. Wat is de relatie tussen perceptie en sensatie?
2
, ○ Perceptie geen spiegel v/d realiteit.
○ Taak: sensorische input aan de omgeving te onttrekken en te
organiseren tot stabiele betekenisvolle percepties.
○ Percept = betekenisvolle productperceptie.
○ Perceptuele verwerking = binnenkomende info vergeleken met
gelijkende info uit geheugen.
Kenmerken detectoren: groepen gespecialiseerde cellen toegelegd op detecteren
Occipitaalkwab.
○ Wanneer je valt op je hoofd ‘zie je sterretjes’ omdat je occipital cortex
gekneusd is.
Bottum-up en top-down verwerking:
Bottom-up: perceptuele analyse, nadruk op kenmerken v/d stimulus.
Top-down: Perceptuele analyse, nadruk op verwachtingen,
concepten,herinneringen en andere cognitieve factoren.
➔ bv. volgen van een beweeglijke bal.
Perceptuele constanties:
Vermogen hetzelfde voorwerp in verschillende omstandigheden, zoals
veranderingen in verlichting, herkennen van afstand en omgeving.
○ Grootteconstantie
○ Kleurconstantie
○ Vormconstantie
○ Plaats Constantie
Perceptuele blindheid en veranderingsbeleid:
PB: Waarnemingsfout gebeurt indien het door selectieve aandacht niet lukt
om als persoon iets waar te nemen.
VB: perceptuele fout waarbij veranderingen die gaan plaatsnemen in iemands
visuele veld niet worden waargenomen.
➔ bv. Als iemand ineens een andere haarkleur heeft.
Selectieve aandacht
Info die eruit springt hier richten we onze aandacht op voor onszelf,gevaar
betekent,..
1 boodschap selecteren uit twee/meer boodschappen.
Perceptuele ambiguïteit en vervorming: Doel perceptie: accurate waarneming om
te overleven.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller gudrundb. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.13. You're not tied to anything after your purchase.