100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Anatomie samenvatting biomedische technologie module 1 jaar 1 $6.85
Add to cart

Summary

Anatomie samenvatting biomedische technologie module 1 jaar 1

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

In de eerste module van het eerste jaar van de bachelor biomedische technologie aan de Universiteit Twente krijg je het vak anatomie. Dit is een samenvatting van de stof die je voor het tentamen anatomie moet weten.

Preview 3 out of 22  pages

  • Yes
  • January 7, 2025
  • 22
  • 2024/2025
  • Summary
avatar-seller
Anatomie samenvatting

Algemeen
Oriëntaties
Deze termen worden gebruikt om de ligging van organen ten opzichte van elkaar
te beschrijven:
- Ventraal/anterior  aan de buikzijde van het lichaam. Bijv; de ogen liggen
ventraal van de hersenen, meer naar de buikzijde van het lichaam dan de
hersenen.
- Dorsaal/posterior  aan de rugzijde van het lichaam. Bijv; de hersenen
liggen dorsaal van de ogen, meer naar de rugzijde van het lichaam dan de
ogen.
- Craniaal/superior  aan de kant van het hoofd. Bijv; het hart ligt craniaal
van de darmen, het hart ligt meer aan de hoofdzijde van het lichaam dan
de darmen.
- Caudaal/inferior  aan de kant van de staart. Bijv; de darmen liggen
caudaal van het hart, de darmen liggen meer aan de staartzijde van het
lichaam dan het hart.
- Mediaal  dicht bij het midden. Bijv; het hart ligt mediaal van de longen,
het hart ligt dichter bij het midden dan de longen.
- Lateraal  aan de zijkant. Bijv; de longen liggen lateraal van het hart, de
longen liggen
- meer naar de zijkant dan het hart.
- Proximaal  dichter bij het centrum van het lichaam. Bijv; het
schoudergewricht ligt
proximaal van het ellebooggewricht, het schoudergewricht ligt dichter bij
het centrum van het lichaam dan het ellebooggewricht.
- Distaal  verder van het centrum van het lichaam. Bijv; het
ellebooggewricht ligt distaal van het schoudergewricht, het
ellebooggewricht ligt verder van het centrum van het
lichaam dan het schoudergewricht.
- Dexter/dextra/dextrum  rechts
- Sinister/sinistra/sinitrum  links
- Sub  onder of beneden
- Retro  achter
- Intra  binnenin
Vlakken
Deze termen worden gebruikt om doorsnedes of scans van het lichaam te
beschrijven.
- Transversale/axiale vlak  staat dwars op lichaamsas, verdeelt het
lichaam in craniaal en caudaal (boven en onder) (Transversaal – Top to
bottom)
- (mid)Sagittale vlak  loopt van dorsaal naar ventraal verticaal door het
lichaam, verdeelt het lichaam in links en rechts. (Sagitaal – Side to Side)
- Frontale/coronale vlak  loopt van links naar rechts door het lichaam,
verdeelt het lichaam in ventraal en dorsaal deel (voor en achter) (Frontaal
– Front to back)

,Lichaamsholtes
- Thoraxholte  borstholte, holte waarin de longen, hart, grote bloedvaten,
trachea (luchtpijp), de oesophagus (slokdarm) en de thymus liggen.
- Hartholte  holte in de thorax waarin het hart zich bevindt. Om het hart zit
het pericardium (hartzakje)
- Longholte  holte in de thorax waarin de longen zich bevinden.
- Abdominale holte  buikholte, bevat o.a. de maag, lever, galblaas, nieren,
milt, dunne darm en alvleesklier.
- Peritoneale holte  peritoneum is buikvlies dat groot gedeelte van de
spijsverteringsorganen omhult, door de ligging van dit vlies ontstaat er een
peritoneale holte, deze is op te delen in drie groepen;
o Intraperitoneaal  organen in de peritoneale holte; maag, dunne
darm, gedeelte dikke darm, lever, gedeelte alvleesklier en milt.
o Retroperitoneaal  organen achter het peritoneum; nieren,
bijnieren, twaalfvingerige darm, gedeelte dikke darm, gedeelte
alvleesklier.
o Subperitoneaal  organen onder het peritoneum; blaas, prostaat,
eierstokken, baarmoeder, eileiders en vagina.
- Bekkenholte  alle organen in het bekken; geslachtsorganen, rectum en
bekkenbodem.
Borst + buik + bekken + rug = romp = truncus

, Hart-vaatstelsel
Het hart-vaatstelsel wordt ook wel het cardiovasculaire systeem genoemd, of
tractus circulatorius in het Latijns. Het is een orgaansysteem dat ervoor zorgt dat
het bloed (zuurstof, voedingstoffen, afvalstoffen en andere stoffen) door het
lichaam worden vervoerd. Het systeem bestaat dan ook uit je hart en bloedvaten.
Termen
- Vena  ader
o Vervoeren bloed naar het hart toe  O2 arm en CO2 rijk
o Dunnere wand
o Weinig voedingsstoffen / veel afvalstoffen (uitzondering; longader /
poortader)
- Arteria/arterie  slagader
o Vervoeren bloed van het hart weg  O2 rijk en CO2 arm
o Dikke wand, die moet bestemd zijn tegen de hoge druk waarmee
het bloed door slagaders stroomt
o Veel voedingsstoffen / weinig afvalstoffen (uitzondering;
longslagader)
- Capillairen  haarvaten; de kleinste bloedvaten van het lichaam.
- Vena cava superior  bovenste holle ader
- Vena cava inferior  onderste holle ader
- Aorta  grote lichaamsslagader, op te delen in 4 delen; aorta ascendens,
arcus aortae, aorta descendens en abdominale aorta.
- Arcus aortae  aortaboog
- Truncus  stam, oorsprong van twee of meerdere bloedvaten of zenuwen.
- Valva  klep
o Atrioventriculaire klep  tussen rechter boezem – rechter kamer
(tricuspidalisklep/valva tricuspidalis) en linker boezem – linker kamer
(mitralisklep/valva mitralis)
o Semilunaire klep  halvemaanvormigekleppen, tussen aorta en
linkerkamer (aortaklep) en tussen rechterkamer en longslagader
(pulmonaalklep)
- Thorax  borstkas
- Mediastinum  ruimte tussen de longen, ventraal wordt dit begrensd door
het sternum (borstbeen), dorsaal door de wervelkolom. In het mediastinum
liggen; hart, trachea (luchtpijp), oesophagus (slokdarm), grote bloedvaten
van hart en longen, zenuwen, thymus en lymfeklieren.
- Cor  hart
o Hartwand
 Epicardium  op het hart
 Myocardium  muscle heart, spierlaag om het hart
 Endocardium  in het hart
o Atrium  boezem
 Interatrial septum  scheidt de atria van elkaar
 Rechterboezem  heeft drie aderen via waar bloed
binnenstroomt;
 Superior vena cava  bloed van lichaamsdelen boven
het diagram

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller djoekeseverijnen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.85. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

51292 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$6.85
  • (0)
Add to cart
Added