Samenvatting Marketing, de essentie.
Hoofdstuk 1:
Marketing: een sociaal en managementproces waarin individuen en
groepen verkrijgen waaraan zij behoefte hebben en wat zij wensen, door
producten en waarde te creëren en deze met andere uit te wisselen.
Doelen:
1. Nieuwe afnemers aantrekken door toegevoegde waarde te bieden.
2. Bestaande afnemers behouden door hen tevreden te stellen.
Winstgevende relaties
Marketingproces:
Stap 1 : de behoeften en wensen van de afnemers en
de markt moeten doorgrond worden. Kijken naar de
volgende kernbegrippen: behoeften, wensen en vraag,
aanbod (producten, diensten en ervaringen), waarde en
tevredenheid, ruil, transacties en relaties, markten. Het
begint met doorgronden van behoeften, dit wordt omgezet
in wensen, bv. behoefte aan voedsel en rijst wensen. Daarna
kan dit omgezet worden naar vraag. Marketeers kijken
verder dan eigenschappen van producten/diensten, ze
creëren merkbekendheid (brand awareness), merkbetekenis
(brand equity of brand value) en merkbeleving (brand
experience) voor klanten.
Behoefte: besef van een persoon dat hem aan iets ontbreekt: fysieke-,
sociale- en individuele behoeften.
Wensen: concrete vormen die menselijke behoeften aannemen,
afhankelijk van de cultuur en het persoonlijk karakter.
Vraag: op grond van wensen en middelen willen mensen producten met
eigenschappen die hun de meeste waarde en behoeftebevrediging
bieden.
Ruil: mensen verkrijgen het gewenste product door zelf iets anders aan te
bieden.
Transactie: twee partijen ruilen iets van waarde.
Markt: groep bestaande en potentiële afnemers van een product.
Marketingaanbod: een combinatie van producten, diensten, informatie of
belevingen die wordt aangeboden op de markt om een behoefte of wens
te vervullen.
Producten: fysiek.
, Diensten: activiteiten en benefits (voordelen) die te koop worden
aangeboden, in wezen immaterieel zijn en niet leiden tot eigendom.
Marketingbijziendheid: meer aandacht besteden aan specifieke producten
dan aan de voordelen en ervaringen die deze producten opleveren. Alleen
kijken naar bestaande wensen, de achterliggende klantbehoeften uit het
oog verliezen.
- Stap 2 : Voor een winnende strategie, moeten de volgende
drie belangrijke vragen worden beantwoordt:
1. In welke behoeften willen wij voorzien?
2. Welke klanten gaan we bedienen? (Wat is onze doelmarkt?)
3. Hoe kunnen we deze klanten het best bedienen? (Wat is ons
waardeaanbod/value proposition?)Markt opdelen in
klantsegmenten (=marktsegmentatie) en dan segmeenten
kiezen waarop je gaat richten (=doelgroepkeuze). Er moet
bepaald worden op welke klanten gericht gaat.
worden (bij demarketing). Kijken hoe je gaat differentiëren en positioneren.
Bedrijven onderscheiden zich door het waardeaanbod.
Marketingmanagement: het selecteren van doelmarkten en het daarmee
opbouwen van winstgevende relaties.
Demarketing: er is een te grote vraag, het is nodig om het aantal klanten te
verminderen of de vraag tijdelijk of blijvend te verleggen.
Differentiëren: onderscheiden van concurrentie.
Positioneren: hoe het door afnemers wil worden gezien in relatie tot de
andere aanbieders. Waardeaanbod: de serie benefits of waarden die het
belooft te leveren aan klanten om hun behoeften te bevredigen.
marketingsysteem: elke partij voegt
waarde toe voor de volgende partij in
het schema:
Stap 3 : aan de hand van de
strategie van de stappen 1 en 2
kun je een
marketingprogramma
opstellen. Het vertaalt de strategie in actie en bouwt zo
klantenrelaties op. Het bestaat uit de marketingmix. Verzamelen,
analyseren en gebruik data is enorm belangrijk, ook
communicatiekanalen zijn complexer geworden. Bedrijf,
duurzaamheid, authenticiteit en gezondheid erg belangrijk. Ook
internationaler. Ook neemt rol toe van ontastbare eigenschappen bij
aankoop; beleving, imago en bv. leveringsbepalingen en
dienstensector. Marketingmix: de marketinginstrumenten die het
bedrijf gebruikt bij de implementatie van de strategie.
Marketinginstrumenten:
, • Product : marketingaanbod creëren dat een behoefte bevredigd.
• Prijs : bepalen hoeveel je rekent voor het aanbod.
• Plaats : hoe stel je het aanbod beschikbaar aan de klant.
• Promotie : voordelen van het aanbod aanprijzen bij de doelgroep.
• Proces : wijze waarop het aanbod tot stand komt.
• Personeel : medewerkers die een rol spelen.
- Stap 4 : winstgevende klantrelaties opbouwen. Door internet
kunnen afnemers steeds beter oriënteren. Differentiatie,
positionering en databasemanagement onmisbaar. Vaak een-
opeenrelaties.
Management van klantrelaties: belangrijkste concept van moderne marketing.
Het totale proces van het opbouwen en onderhouden van winstgevende
klantrelaties door buitengewoon goede klantwaarde en tevredenheid te leveren.
CRM-Systemen ondersteunen hierbij. Met specifieke marketinginstrumenten kan
de band versterkt worden. Kan ook met financiële voordelen.
Loyaliteitsprogramma: korting geven aan bv. vaste gasten.
Belangrijke trends
• Relaties met zorgvuldig geselecteerde klanten: minder massamarketing,
juist voorkeur aan minder klanten die meer winst opleveren. Er
wordt winstgevendheidanalyse uitgevoerd om klanten te filteren
die verlies opleveren.
Massamarketing: gestandaardiseerd verkopen aan elke klant die
zich aandient.
Duurzame (langdurige) relaties: winstgevende klanten moeten gevonden worden, deze
behouden en uitbreiden.
• Direct contact: bedrijven willen intensiever contact, maar ook naar
directer contact. Sommige bedrijven doen dit zelfs uitsluitend,
andere als aanvulling op hun andere communicatie- en
distributiekanalen.
- Stap 5 : de resultaten van het creëren van klantwaarde:
Klanttrouw: als klanten tevreden zijn, zijn ze trouw en loyaal.
Klantretentie: zorgen dat klanten tevreden blijven.
Klantaandeel: het deel van aankopen in hun productcategorieën dat de
klant bij hen doet. Klantvermogen: de totale levenslange waarde van alle
klanten (customer lifetime value)van een bedrijf.
Marktaandeel: hoe vaak wordt jou product verkocht in een bepaalde
productcategorie. en aandeel in klanten.
Marketing 1.0: oude vorm, 1-1 reclame en hopen dat iemand het leuk vindt.
Marketing 2.0: gericht op 1-op-1 relaties.
Marketing 3.0: consument communiceert ook terug naar organisatie
, Customer life value: wat geeft de klant in zijn
leven uit binnen een bepaalde organisatie. Bv.
60 euro per week gedurende 5 jaar bij één
supermarkt.
Marketingmanagementconcepten
• Productieconcept : de consument geeft de voorkeur aan producten die
beschikbaar en betaal zijn. Nuttig als de vraag groter is dan het aanbod en
wanneer de kosten van het product te hoog zijn en de productie verbeterd
moet worden om deze te verlagen. Vooral vroeger. Doel: zo hoog
mogelijke productie tegen zo laag mogelijke kosten.
• Productconcept : de consument geeft de voorkeur aan producten die de
beste kwaliteit, prestaties en innovatieve functies bieden. Dus continue
productverbeteringen. Hier geen onderzoek naar de marktvraag/behoefte.
• Verkoopconcept : consumenten nemen alleen genoeg van de producten af
als het bedrijf zeer actief is op verkoop- en promotiegebied. Toegepast op
unsought goods: producten waaraan kopers normaliter niet denken (bv.
verzekeringen). Veel moeite doen om klanten te overtuigen.
• Marketingconcept : een bedrijf kan zijn doelstellingen alleen bereiken als
het de behoeften en wensen van de doelmarkten kent en de gewenste
bevrediging beter kan leveren dan concurrenten, klantfocus en
klantwaarde leidt tot verkoop en winst. Het gaat erom om de juiste
producten te vinden voor je klanten.
Klantgerichte marketing: onderzoek verrichten naar bestaande klanten om meer
te weten te komen over hun wensen om ideeën op te doen voor nieuwe
producten en diensten, en om eventuele productverbeteringen te testen.
Klantgestuurde marketing: de klantbehoeften nog beter doorgronden dan de
klanten zelf doen, en producten of diensten maken die tegemoetkomen aan
bestaande behoeften, nu en in de toekomst.
Maatschappelijke marketingconcept : stelt de vraag of het zuivere
marketingconcept mogelijke conflicten tussen klantwensen op de korte termijn
en het welzijn van klanten op de lange termijn over het hoofd ziet.
Overwegingen: winst voor het bedrijf (profit), wensen van de klanten (people), en
belangen van de samenleving (planet).
Hoofdstuk 2:
Strategische planning: het bepalen van de algehele bedrijfsstrategie voor
overleving en groei op de lange termijn. Het gaat erom dat de
organisatiedoelen en -capaciteiten voortdurend blijven afstemmen op de
veranderende kansen en bedreigingen op de markt. Jaarplan/langetermijnplan:
de actuele activiteiten komen aan de orde.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller emldehaan. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.59. You're not tied to anything after your purchase.