Dit is een samenvatting van 'Grammaire de base' van de leerstof van het 2e jaar leerkracht lager onderwijs. (Alle onderdelen die aan bod zijn gekomen in de les + extra aanvullen vanuit het boek.) Onderaan het document zijn ook nog onderdelen van het eerste jaar toegevoegd, omdat deze als gekende le...
1.2 L’adjdectif
L’adjectif s’accorde avec le substantif ou le pronom qu’il accompagne >> Het bijvoegelijk naamwoord komt overeen met het
zelfstandignaamwoord waar het bij staat.
Le féminin des adjectifs >> De vrouwelijke vorm van bijvoeglijke naamwoorden
Règle générale : féminin = masculin +e
→ La prononciation change souvent. >> De uitspraak verandert vaak.
Brun/brune, fort/forte, grand/grande
Les adjectifs de couleur
Suivent la règle générale >> volg de algemene regel
1
, - Féminin + e
- Pluriel + s
Ils s’accordent avec le nom qu’ils accompagnent. >> komt overeen met het zelfstandig naamwoord waar ze bij
staan.
Dans deux cas, les adjectifs de couleur restent invariables >> In twee gevallen blijft de kleur onveranderbaar.
- Adjectifs composés >> twee achter elkaar.
→ Des vestes vert clair, une robe vert foncé, …
- La couleur existe aussi comme substantif >> de kleur bestaat ook als een zelfstandignaamwoord
→ Orange = appelsien
La place de l’adjectif
Règle générale
Derrière le substantif >> Achter het zelfstandig naamwoord
!!quelques exceptions : devant le substantif !!
- Beau = joli
- Bon → mauvais
- Jeune, nouveau → vieux
- Petit → grand
- Haut, long, gros
- Dernier
- Les nombres ordinaux (premier, deuxième, …)
1.2 L’adverbe
L’adverbe employé avec un verbe, un adjectif, un autre adverbe. >> Het bijwoord dat wordt gebruikt met een werkwoord, een bijvoeglijk
naamwoord, een ander bijwoord.
Règles particulières :
Adjectif qui terminent par une voyelle --> adjectif masculin + ment
Adjectif en -ent --> emment
Adjectif en -ent --> amment
L’adjectif est employé comme adverbe >> in sommige gevallen wordt een bijvoegelijk naamwoord als bijwoord gebruikt.
- Coûter cher
- Peser lourd
2
, - Sentir bon
- Sentir mauvais
- Chanter faux
- Chanter juste
- Voler bas
- Travailler dur
- Parler haut
- Parler bas
- Crier fort
Pour parler du temps, on emploie un adjectif >> Als we praten over het weer gebruiken we een bijvoegelijk naamwoord.
GDB p.40
2. LE PRONOM DEMONSTRATIF
Singulier Pluriel
Deze (hier), die (daar) Die (hier/daar)
Masculin Celui Ceux
Celui-ci Ceux-ci
Celui-là Ceux-là
Féminin Celle Celles
Celle-ci Celles-ci
Celle-là Celles-là
Remplace un substantif.
S’accorde avec le substantif qu’il accompagne.
3. LE PRONOM POSSESSIF
= voornaamwoord
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller coralycromheeke. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.43. You're not tied to anything after your purchase.