STUDIEVRAGEN – hoofdstuk 1: begrippenkader rond opvoeding en begeleiding
*’de gegeven casus’ = casus die je krijgt op het examen
** zorg dat je de termen steeds volledig bespreekt
*** zorg dat je bij elke term steeds een duidelijk voorbeeld kan geven
1. In de les bespraken we de term ‘pedagogische civil society’.
leg uit en geef een eigen voorbeeld
it takes a village to raise a child.’ = het belang van een sociaal netwerk bij het grootbrengen van kinderen
te ondersteunen.
•Gemeenschappelijke activiteiten
•Goede onderlinge betrokkenheid
•Formele en informele netwerken
Bv. informeel: ouders aan de schoolpoort
Bv. formeel: leerkracht en ouders
Onze maatschappij is geïndividualiseerd, mensen in armoede ervaren ook stress door geen (weinig
netwerk)
2. Opvoeden is met elkaar in relatie gaan en een proces starten.
leg uit en geef een eigen voorbeeld
Het is een complex proces dat verweven is met alle andere aspecten van het gezinsleven: van
opstaan, school gaan. De kern van dit proces zijn de veelvuldige interacties tussen een kind en een
opvoeder. Het gaat om mensen die op elkaar betrokken zijn en iets voor elkaar betekenen.
Hellinckx geeft 4 categorieën van met elkaar in relatie gaan
leg uit en geef een eigen voorbeeld
1. Verzorgen = van bij de geboorte tot op het moment dat het kind een zelfstandig leven gaat leiden
draait in de interacties tussen ouders en kind veel rond verzorging. (onderdak, warmte/affectie,
dokter, eten, kledij).
2. Leren en werken = leren kan slaan op leren in brede zin gaande van zelfstandig leren eten, schools
leren. Werken slaat op de huishoudelijke taken en karweitjes die van het kind al dan niet worden
verwacht. (Educatie, taakjes in huis, omgaan met mensen, plannen).
3. Spelen en ontspanning = slaat op de aspecten van het gezinsleven waar de ouders ‘spelen’ met hun
kinderen. Gezinsactiviteiten die onder ontspanning vallen zoals uitstapjes, op vakantie gaan. (Sport,
activiteiten, bezoek)
4. Spreken en met elkaar omgaan = het samenleven van ouders en kinderen bestaan uit tal van
overgangsmomenten waar noch ouders noch kinderen iets bepaalds aan het doen zijn, waar ze
elkaar wel tegenkomen en er interacties ontstaan. (Belangrijkste!!!)
3. Opvoeden is elkaar wederzijds beïnvloeden.
leg uit en geef een eigen voorbeeld
Opvoeders beïnvloeden het proces door veranderingen uit te lokken en te stimuleren, maar worden ook
op hun beurt beïnvloed. Het gedrag van het kind en de aanpak van de ouders beïnvloeden elkaar
wederzijds.
Bv. Een kind leert zijn ouders omgaan met computers, iPad.
4. Opvoeden doet men steeds met een doel.
leg uit en geef een eigen voorbeeld
, Ouders of begeleiders en kinderen of cliënten willen iets bereiken ook al is dat niet altijd even bewust.
Alle betrokkenen geven mee vorm aan de doelen. We gaan er vanuit dat de beïnvloeding tussen
opvoeders en kind wederzijds is en dat ook het kind in deze relatie zich inzet en ergens zijn best voor
doet.
Bv. Je voedt je kind beleefd op, je doel is dat je kind beleeft en respectvol is naar anderen.
Volgens Kok zijn er 3 categorieën met opvoedingsdoelen.
Leg uit en geef een eigen voorbeeld.
1. Zelfontplooiing en zelfbepaling op eigen maat = zelfontplooiing houdt verband met het ontwikkelen van
eigen mogelijkheden en kwaliteiten’ zelfredzaamheid. Zelfbepaling verwijst naar het zelf vorm kunnen
geven aan het eigen leven (zelfontplooiing= hobby’s, zelfbepaling = eigen studie).
2. Sociaal verbonden zijn en deelnemen aan de samenleving = sociaal verbonden zijn hangt samen met
de omgang met anderen. Nauw verbonden hiermee is kunnen deelnemen aan de samenleving en
een rol hebben in de sociale groep. (Vrienden laten kiezen).
3. Geluk en welbevinden = geluk heeft alleszins te maken met het leven dat je leidt. (Fysiek, materiaal ,
emotioneel, zakgeld en eigen kamer)
Ouders gebruiken opvoedingsmiddelen om hun doelen te bereiken.
Leg uit en geef een eigen voorbeeld.
opvoedingsmiddelen zijn werkwijzen die ouders, opvoeders en begeleiders inzetten om een bepaald doel
te bereiken en situaties te hanteren.
de wijze waarop ouders tussenkomen (of niet) in tal van situaties (straffen of belonen)
Bv. vriendelijk vragen, uitleg geven en regels stellen
Wanneer spreekt men over een goed opvoedingsmiddel?
1. aangepast aan de ontwikkelingsleeftijd (je verwacht van een baby, peuter niet hetzelfde als van een
lager schoolkind)
2. afgestemd op de eigen aard van kind/jongere/volwassene ( je moet als volwassen ontdekken welke
aanpak het beste is voor dit kind)
3. aangepast aan de situatie (je gaat anders reageren tijdens in een situatie in de winkel dan thuis)
Wat is de link tussen een opvoedingsmiddel en het klimaat?
leg uit en geef een eigen voorbeeld
opvoedingsklimaat en opvoedingsmiddelen zijn twee verschillende aspecten van opvoeding. De
manier waarop opvoeders en begeleiders reageren, zal mee de sfeer bepalen van de gewone,
dagdagelijkse omgang.
Bv. Wanneer je een kind straft, omdat hij iets gedaan heeft wat niet mag dan kan de sfeer van de
dagdagelijkse omgang veranderen. Je kind kan verdrietig zijn en jij boos.
Ouders hebben nood aan voldoende pedagogisch besef.
Leg uit en geef een eigen voorbeeld.
pedagogisch besef: hoe ouders betekenis geven aan het gedrag van hun kind en hoe zij hun eigen
handelen hiernaar richten en vorm geven. Ouders met voldoende pedagogisch besef weten wat in het
belang van het kind en wensen dit belang te dienen
bv. als hun baby huilt, zullen ze zich afvragen of hij honger of koud of warm of buikpijn heeft, maar niet
denken ‘dit kind is nu eens nooit tevreden, het huilt zeker om mij te pesten.’
Wat is de link tussen pedagogisch besef, klimaat?
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lottevb235. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $22.24. You're not tied to anything after your purchase.