Volledige en gehele samenvatting Verbintenissenrecht. Bestaat uit inhoudsopgave, uitwerkingen van alle bijeenkomsten en casussen, stappenplannen, aantekeningen en samenvatting. A.d.h.v. deze samenvatting ben ik meteen geslaagd voor dit rechtsgebied.
Art. 3:33 BW: sprake zijn van een wil en een verklaring. Bij afwezigheid; rechtshandeling
komt niet tot stand.
Wilsverklaring: art. 3:37 BW. De verklaring moet de uitdrukking zijn tot een wil. Er
Moet een verklaring en een wil zijn.
Rechtshandeling en overeenkomst
Een overeenkomst is een meerzijdige rechtshandeling. Voor de totstandkoming van een
overeenkomst zijn twee eenzijdige gerichte rechtshandelingen vereist: aanbod en
aanvaarding.
Voorbeeld: Wanneer iemand bij wijze van grap verklaart een brood te willen kopen voor
€ 10.000, komt in beginsel geen rechtshandeling tot stand, omdat een met de verklaring
corresponderende wil ontbreekt. Hetzelfde geldt als een verklaring foutief wordt
overgebracht (bijv. schrijffout in brief). Indien iemand een op rechtsgevolg gerichte wil niet
openbaart, kan logischerwijs ook geen rechtshandeling tot stand komen, omdat de vereiste
verklaring ontbreekt en de wil dus niet kenbaar is.
De wilsverklaring
- Is vormvrij (tenzij anders bepaald, art. 3:37 lid 1 BW) en kan zelfs stilzwijgend
geschieden.
- Heeft, indien gericht (zie nr. 3), pas werking indien zij de geadresseerde bereikt, tenzij
het niet bereiken krachtens art. 3:37 lid 3 BW voor rekening van laatstgenoemde
komt.
- Kan worden ingetrokken indien de intrekking de geadresseerde eerder bereikt dan de
in te trekken verklaring zelf (art. 3:37 lid 5 BW).
Gerechtvaardigd vertrouwen voor alternatieve grondslag:
Uitgangspunt: voor een rechtshandeling zijn een wil en de daarmee
overeenstemmende verklaring nodig (art. 3:33 BW).
Uitzondering: een rechtshandeling kan ook tot stand komen als de
geadresseerde gerechtvaardigd vertrouwt op de gewekte schijn dat de verklaring die
hem heeft bereikt, de wil van de afzender representeert (art. 3:35 BW jo. art. 3:11 BW;
de geadresseerde moet te goeder trouw zijn).
, Voorbeeld: 'Wanneer in een enkele jaren oude gewone personenauto een
bordje hangt waarop staat ‘te koop voor € 3.000’, kan de eigenaar van de auto een
aanvaarding van dit aanbod niet afweren met een beroep op het ontbreken van een
overeenstemmende wil, omdat de aanvaardende partij erop mag vertrouwen dat het
aanbod met de wil van de verkoper overeenstemt. Dit is anders als de eigenaar van
de auto per ongeluk ‘€ 3’ op het bordje had geschreven: dan ontbreekt het
gerechtvaardigd vertrouwen. Soms kunnen redelijkheid en billijkheid aan een beroep
op gerechtvaardigd vertrouwen in de weg staan. Zie Westhoff/Spronsen.
Vereisten voor het tot stand komen van een rechtshandeling op de alternatieve grondslag
art. 3:35 BW:
- Verklaring of gedraging van afzender.
- Deze wordt op een bepaalde wijze door geadresseerde opgevat.
- Geadresseerde mocht deze verklaring of gedraging op genoemde wijze opvatten
(geadresseerde is te goeder trouw in de zin van art. 3:11 BW).v
o Kijken omstandigheden van het geval:
o Handelingsbekwaamheid
o Geestelijke stoornis
o Westhoff/ Spronsen: onderzoeksplicht
Er werd betoogd dat er geen wil was, wilsontbreken
Werkgever beroep op gerechtvaardigd vertrouwen
Beroep wordt hierop gehonoreerd, maar de werknemer kan
Kijken naar het nadeel aan de kant van de nolence hoe
nadeliger de rechtshandeling voor de nolence
Hoe voordeliger voor de fidence
Hoe groter de reden tot twijfel ontstaat aan de kant van de
fidence
Kijken welke personen ermee te maken hebben
Redelijkheid en billijkheid:
- Nolence beroep doen op redelijkheid en billijkheid art. 6:2 en 6:248 (2) BW
- Hoe groot is dat nadeel; bepalend zijn dus de gegeven omstandigheden.
o Saladin/HBU: Bij het beantwoorden van bijvoorbeeld de vraag of een beroep
op een beding waarin aansprakelijkheid wordt uitgesloten, naar maatstaven
van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is, zijn onder meer relevant de
mate van schuld aan de betreffende schade, de aard en de verdere inhoud van
de overeenkomst waarin het beding voorkomt, de maatschappelijke positie en
de onderlinge verhouding van partijen, de wijze waarop het beding tot stand
is gekomen, en de mate waarin de wederpartij zich de strekking van het
beding bewust is geweest
- Zijde fidence, als de RH in stand blijft, ondervindt de fidence dan nadeel of juist een
voordeel en wat nou als die RH niet in stand blijft. Ondervindt de fidence dan nadeel,
zo ja, hoe groot is dit?
o S/MS
Wat gebeurt er als wil en verklaring niet overeenkomen:
- Nietig op grond van art. 3:33 BW non-existent
, - Soms beroepen op gerechtvaardigd vertrouwen ex art. 3:35 BW
o Fidens = degene die verklaring heeft ontvangen mag beroep doen op
gerechtvaardigd vertrouwen
o Nolence = degene die de verklaring heeft gegeven
o Dubbele grondslag
Primair:
Subsidiair: wil en verklaring lopen uiteen doordat de wederpartij
beroep kan doen op gerechtvaardigd vertrouwen
Geestelijke stoornis 3:34
Voorwaarden geestelijke stoornis:
- Geestelijke stoornis (‘feitelijke onbekwaamheid’) bij handelende.
- Deze stoornis belette een redelijke waardering van de betrokken belangen of heeft
invloed gehad bij de verklaring.
Gevolg: de overeenkomst is vernietigbaar.
(1) Onder invloed van een geestelijke stoornis sluit Jacob een koopovereenkomst met
betrekking tot een speedboot. De geestelijke stoornis is niet kenbaar voor de
verkoper. Bij zinnen gekomen wil Jacob de koopovereenkomst vernietigen. De
verkoper doet een beroep op gerechtvaardigd vertrouwen in de zin van art. 3:35 BW.
a. 'In geval 1 slaagt het beroep van de verkoper, want art. 3:35 BW beschermt
tegen het ontbreken van een met de verklaring overeenstemmende wil in
geval van gerechtvaardigd vertrouwen.
(2) De onder curatele gestelde Willem sluit eenzelfde overeenkomst. Zijn curator wil deze
vernietigen. Opnieuw doet de verkoper een beroep op vertrouwen in de zin van art.
3:35 BW.
a. In geval 2 faalt het beroep, want het gaat hier niet om het eventueel
ontbreken van de wil, maar om het zelfstandige beletsel van
handelingsonbekwaamheid.
- Moet aannemelijk gemaakt worden
- Moet expliciet worden benoemd, een toevoeging op art. 3:33 BW
- In 2 situaties wordt aangenomen dat als je hier last van hebt, je wil ontbreekt
o Onweerlegbare vermoeden dat jouw wil ontbrak
Wil wordt geacht te ontbreken
Nadelige handeling voor degenen met geestelijke stoornis
Moet voorzienbaar zijn
Met de toevoeging ‘tenzij het nadeel op het tijdstip van de rechtshandeling redelijkerwijs
niet was te voorzien’ in de tweede zin van art. 3:34 lid 1 BW, is gedoeld op naar objectieve
maatstaven redelijkerwijs niet voorzienbaar nadeel. In het kader van art. 3:34 BW is het
beroep op het vertrouwensbeginsel derhalve niet relevant.
- Dronken
- Psychose
- Medicatie
- Drugs
- Ziektes
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ninabax. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.26. You're not tied to anything after your purchase.