Sociologie en rechtssociologie: korte, bondige schema's van de 6 hoofdstukken. De essentie van het sociologische speelveld.
Ideaal om de essentie van de leerstof mee te krijgen.
INLEIDING Uit common sense, routineus handelen en denken = pos
Sociologie// samenlevingskunde: socius en logos dagelijkse leven
Lat en gr Maar vertekend beeld werkelijkheid-> nemen selectief waar afh
Sieyès: inrichten nieuwe samenleving tijdens FR. Rev van positie
-> Normatieve wetensch. Hoe best inrichten? 3 de stand ook! Kenmerken positie:
Comte: hoogste en meest complexe wetenschap//empirisch - fysieke en sociale beperkingen: niet overal tegelijk zijn en
-> zoeken wetmatigheden beperkt door jou sociale kring bv student of docent= bepaalde
stukken info niet of wel
SPEELVELD - Belangen: verteld verhaal hangt af van positie verteller maar
Samenlevingsspel: spelers, spelregels, veld, tribune,.. interpretatie ook, en eens jij overtuigd bent, enkel zoeken wat
Vss posities: zijn niet onveranderlijk // rollen // status jouw mening volgt. Bv krant
Ruimte rond speelveld: socioloog als neutrale waarnemer - kennis en informatie: andere visie als je meer of minder info
Niet meespelen // regels overtreden hebt bv. Persoon
Socioloog moet beseffen positionaliteit = impact neutraliteit !onderwijs: vreemdelingenhaat, xenofobie lager bij hoger
-> bv zwarte, homoseksuele, vrouwelijke of witte hetero opgeleiden!
Over thema als onderdrukking minderheden - voorkeur en afkeer: bijgebracht via opvoeding
Socialisatieproces = leren omgaan anderen en cultuur
Positionaliteit vs intersectionaliteit Ethische categorieën bv. Seksuele revolutie…
= niet alleen beïnvloedt door 1 identiteitscategorie
REFERENTIEKADERS // SOCIALE BRIL
SOCIOLOGISCHE LENS = raamwerk opgebouwd vanuit eerdere ervaringen met invloed
Om regelmatigheden en achterliggende betekenis v. latere ervaringen
Waarnemingen eerste zicht te lezen // radiologie - 1 geheel: al je waarnemingen vanuit zelfde kader
-> niet enkel imaginair: praktisch bv. Survey, interview,.. - stabiel maar niet onveranderlijk: bv. Universitaire opleiding
Om beelden te interpreteren kennis en ervaring nodig - zoveel referentiekaders als individuen
= sociologische verbeelding -> 3 componenten - gedeelde referentiekaders groepen in zelfde omstandigheden
Kennis geschiedenis bv. Jeugd/arbeidercu
Kennis biografie
Kennis sociale structuur -> verschil zakelijke werkelijkheid en beleefde werkelijkheid:
thomas theorema
- voorwaarde om te kunnen toepassen: perspectief wissel if people define situations as real, they become real in their
Schijnbare vanzelfsprekendheden dagelijks leven overstijgen consequences: gedragen
Maar routineus handelen is ingebed -> self-fulfilling prophecy: mensen gedragen naar verwachtingen
en daardoor realitei
Vb. Pygmalio-effect: hoge verwachting leraar-> invloed
SELECTIEVE WAARNEMING prestaties
, Vb. Golem-effect: lage verwachtingen leraar Op heel wat vragen antwoord via common sense, sociologie zoekt
-> self- destroying prophecy: peiling = sws winnen verkiezingen: ook
aanhangers gaan niet stemmen: verliezen. Zorgt ervoor dat Antwoord op die vragen door dieper graven naar wetmatigheden
voorspelde niet gebeurd Bv. Moeilijk praten over dood, advocaat verdient meer dan
poetshulp
Stereotypen: min of meer gefixeerde en vereenvoudigde Common sense sociologie
voorstelling groep, gn feit - los samenhangende kennis - ‘waarom achterhalen,
-positief: hulpmiddel sociale omgang bv verwachtingen prof vs wetmatigheden
student - feiten, ervaringen, inzicht,.. - situeren verklaring en
- neutraal: onschuldige simplificatie wetmatigheden
- negatief: ontmenselijking, herleiden tot negatief kenmerk bv. - zin geven situaties in sociale factoren
Untermenschen Nazi - snel, praktisch antwoord - bouwt voort
systematische, empirische
Waarnemingen
BEPERKINGEN
- geen monopolie: een sociologische verklaring is niet exclusief Vb. ECHTSCHEIDING
- houdbaarheid: beperkt houdbaar in tijd // cultuur verandert en Oorzaken louter persoonlijk? Cijfers trendmatig alle westerse
zo ook landen?
Inzichten en theorieën Sociologie: variaties samenleving, emancipatie westen, ook gwn
Sporten: bepaalde sporten voor rijken of armen maar kan minder huwen
wisselen - trend naar tweeverdienersgezinnen
= symbolisch kapitaal - verminderde sociale druk en sociale controle (kerk en familie)
Vb hockey, tennis: afstand en finesse vs lijfsport zoals boksen - toename sociale contacten buiten gezin
->wielrennen eerst volkse sport -> nu eerder elite: duur materiaal - erosie klassieke solidariteitsverbanden
-> voetbal eerst arbeiders -> sport elite -> nu sport voor iedereen - langere levensverwachting
Vb. ZELFDODING
Eerst arbeiderskinderen maar moeste gaan werken// Common sense: persoonlijke, psychologische factoren. Bestaat er
industrialisering iets persoonlijker?
En werd populair aan universiteiten Cambridge en Oxford Sociologie: Durkheim
-> kinderarbeid beperkt: konden terug vrije tijd invullen gemeenschappelijke, sociale factor. Oorzaken in sociale cohesie
Professionalisering en massificatie voetbal = distantiëring beide en regulatie
uiteinden Integratie/ cohesie Regulatie
Te Altruïstische zelfdoding Fatalistische zelfdoding
- rauwe kant weg: gemarginaliseerde jongeren arbeidersklasse : hoog Verstikkend gevoel Gevoel pion, gestuurd.
hooligans =opoffering Lot domineert, eigen
- geen distinctiewaarde meer voor elite: Bourdieux: inspanning doet niet
classificatiestrijd toe
Te Egoïstische zelfdoding Anomische zelfdoding
EEN STAP VERDER laag Eenzaamheid, betekenis en Sociale desorganisatie:
zinloosheid geen structuren,
, waarden, norme, =
geen houvast/
zingeving
Vb. ARBEIDER
Common sense: werken voor de kost vs sociologie: vroeger al
voor zielenheil
Sociologie: Mariënthal-studie: latentedeprivatiemodel
Wegvallen betaald werk niet alleen invloed financieel aspect ook
psychisch
Arbeid= manifeste functie namelijk verdienen van geld
Latente functie: structureert tijd
Bron sociale contacten en ervaringen vb. covid-19
thuiswerk
Verbinding algemene doeleinden
Zorgt voor status en identiteit
Dwingt tot activiteit: kans handelen en ontwikkelen
competenties
EERSTE DEFINITIE
Wetenschap met studie van: Patronen en structuren in hun
ontstaan, voortbestaan en verandering -> Gedragspatronen
(positionele dimensie) en patronen van opvattingen (symbolische
dimensie)
Deze patronen zijn structureel ingebed in de samenleving,
Positionele structuren zichtbaar via interactie en communicatie
Sociologen proberen het sociaal handelen te beschrijven,
analyseren, verklaren en voorspellen (bv. uit een aantal
kenmerken (inkomen, opleiding…) afleiden in welk soort buurt
iemand woont, de voorkeur inzake boeken en muziek, partij (niet)
zal
! Niet elk handelen is ook ‘sociaal’ handelen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sclepyente. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.37. You're not tied to anything after your purchase.