100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting - Taal & Meertaligheid $12.39
Add to cart

Summary

Samenvatting - Taal & Meertaligheid

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

Dit is een samenvatting voor het vak 'Taal & Meertaligheid' voor de opleiding Lager Onderwijs. Je vindt er 8 samengevatte hoofdstukken die je zullen helpen bij het leren. Zelf ben ik er in 1 keer doorgeraakt door deze samenvatting. Ik gebruik kleur en tussentitels om belangrijke zaken aan te geven....

[Show more]

Preview 2 out of 13  pages

  • January 13, 2025
  • 13
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
Taal en Meertaligheid
1 Taalbouwstenen in het Nederlands
1.1 Wat is taal?
• Koppelen aan functies van taal:
- Expressieve functie → taalcompetentie en identiteit (‘ik’)
- Communicatieve functie → taalcompetentie en communicatie (‘ik in relatie
tot anderen’)
- Conceptualiserende functie → taalcompetentie en informatie (‘ik in relatie tot
tekst/media’)
- Sociale functie → taalcompetentie en cultuur (‘ik in relatie tot de
wereld/mijn omgeving’)
• Taal:
= meestal arbitrair (= wordt beslist zonder enige logica).
= generatief: letters, woorden kunnen een ongelimiteerd aantal zinnen vormen.
- Produceert betekenis
- Aantal klanken van taal is gelimiteerd
- Menselijke taal kan ideeën/personen/voorwerpen buiten de huidige tijd en ruimte
benoemen of ernaar ervaren
o Dier kan niet verwijzen naar iets wat in het verleden/toekomst gebeurt
• Taalcompetent:
- Taalvaardig: mondelinge vaardigheden (luisteren, spreken) en schriftelijke
vaardigheden (lezen, schrijven)
- Taalkennis: aspecten van taal (taalbeschouwing), taalgebruik/-gedrag en over
taalsysteem (zinnen, woorden, teksten…)
- Attitude: houding, emotie en motivatie over taal

1.2 taalbeschouwing
BOUWSTENEN VAN TAAL / TAALSYSTEEM TAALGEBRUIK & TAALGEDRAG
klanken (fonologisch) nadenken over eigen taalgebruik: strategieën
woorden (morfologisch) inzetten en daarop reflecteren en nadenken over
woordgroepen en zinnen (syntaxis) taalgebruik van anderen
teksten nadenken over taalgedrag: wie/wat/aan wie/
spellingvormen (orthografie) waarover/bedoeling/hoe/context/middelen
betekenissen (semantiek) /effect?
woordenschat (lexicologie) ➔ 9 vragen van communicatiemodel
verschillen en gelijkenissen tussen taal en taalvariëteiten
• Voorbeelden:
- Klanken (fonologie): bommelding, bedelen, voetbalster, kantelen, massagebed…
- Woorden (morfologie): afleidingen, leenwoorden…
- Woordgroene en zinnen (syntaxis): zinnen uit recepten analyseren
- Teksten: gedichten over taal
- Spellingvormen: woorden in het Engels vertalen en spellen (vb: kleur → colour)
- Betekenissen: krantenkoppen bekijken en benoemen wat fout loopt

1.3 Beschouwen van woorden
• Woordsoorten:
- Zelfstandige naamwoorden = woord dat een zelfstandigheid aanduidt.

, o Eigennamen: Jona, Gent, Pietersstraat
o Soortnamen: hond, stoel, appel
o Hebben een meervoud, enkelvoud en verkleinwoord
- Lidwoorden = staat voor een zn.
o Bepaald: de / het, onbepaald: een, ontkennend: geen
- Bijvoeglijk naamwoord = duiden een eigenschap aan.
o Trappen van vergelijking: groot, groter, grootst
o Deelwoorden: gegrilde, zingende
- Werkwoord = woord dat een actie of toestand uitdrukt.
o Verleden, tegenwoordig of toekomende tijd (vb: ik loop, liep, zal/zou lopen)
o Sterke (= met klankverandering) of zwakke (= zonder klankverandering)
- Voornaamwoord = verwijst naar een zelfstandigheid zonder die te benoemen.
o Persoonlijk vb: ik, jij, mij, jullie…
o Wederkerend vb: me, je, ons(zelf)…
o Wederkerig vb: elkaar
o Bezittelijk vb: jouw, mijne…
o Aanwijzend vb: die, dezelfde diegene…
o Vragend vb: wie, welke…
o Uitroepend vb: Wat!
o Betrekkelijk vb: die, dat, wie, wat + bijzin
o Onbepaald vb: men, iemand, iets
- Voorzetsel = een verband tussen woord(groep)en.
o Voorzetsel: naar, naast, door, met, op, onder…
o Voorzetseluitdrukking: met behulp van, in tegenstelling tot, omwille van…
o Achterzetsel: (rijdt de straat) in
- Telwoord = hoeveelheid of rangorde.
o Hoofdtelwoord: één, twee, drie, vier…
o Rangtelwoord: eerste, tweede, vierde…
o Bepaald: tien, honderd, dertiende…
o Onbepaald: sommige, enkele, zoveel, honderden…
- Voegwoord = verbindt woorden en zinnen met elkaar.
o Nevenschikkend: en, of, maar, want, noch, dus…
o Onderschikkend: (ze zei) dat, als (het mooi weer blijft), die dat, hoewel…

1.4 Beschouwen van zinnen
• Tweedeligheid van zin: onderwerp + predicaat:
1) Onderwerp = datgene/degene waarover iets gezegd wordt.
2) Predicaat = datgene wat gezegd wordt over het onderwerp.
- Onderwerp kan in combinatie met meerdere predicaten
vb: Lies at een banaan en keek TV.
- Niet alle zinnen beantwoorden aan dit tweedelig model
vb: Lees! (bevelende zin)
• Onderwerp:
- Wie / Wat-vraag
• Persoonsvorm:
= vervoegde vorm van een werkwoord in een zin en is deel van werkwoordelijk/
naamwoordelijk gezegde.
- Getal veranderen = persoonsvorm veranderen vb:
• Werkwoordelijk gezegde:
= actie.
- Nulvalente werkwoorden = genoeg met een loos O. Vb: Het regent.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller StudentLagerOnderwijsART. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $12.39. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

59063 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$12.39
  • (0)
Add to cart
Added