Deel 2: Rechtssociologie
I. Wat is rechtssociologie
1. Inleiding
1.1. Waarover gaat rechtssociologie?
Rechtssociologie Rechtswetenschap
Methode Empirische methode Doctrinaire methode die meerdere methoden omarmt
en technieken omvat
Perspectief Extern perspectief Intern perspectief (deelnemer aan de rechtspraktijk)
1.1.1. Methode
1.1.1.1. Juridisch (doctrinaire) methode
Subsumptie: feiten (in de sociologie) onder regel brengen
Technieken:
- Feiten verzamelen (voor zover juridisch relevant) → beperkt empirisch
- De regel moet worden ‘gevonden’ → heuristiek
- De regel kan open of vage normen bevatten → interpreteren volgens de juridische technieken
(wetgever wilt niet elke situatie gaan regelen → ruimte voor wetgever zodat normlanger mee kan gaan
in de tijd)
- De geldigheid van een norm controleren → beoordelen volgens de interne systematiek, formeel-
juridische criteria
- Meerdere grondrechten zijn van toepassing → afwegen
- Regelcreatie of bestaande regel kent gebreken → voorschrijven hoe het ‘zou moeten’ (sollen/ought to
be) / verbeteren van de regel (normatief)
- Deze beslissingen / een standpunt moeten worden verdedigd → argumentatie
Methode: gaat coherentie van het doctrine bewaren (in de mate van het mogelijke)
Voorbeeld:
1) Genitale verminking/besnijdenis in Senegal
1 Vaststellen van een onderzoeksprobleem
2 Onderzoeksvragen in juridisch ‘doctrinair’ onderzoek: “welke juridische instrumenten zijn relevant?”
“Hoe luidt het recht over genitale verminking/besnijdenis in Senegal?”
3 Zoeken en analyseren van juridische bronnen: verdragen, constitutioneel recht en wetgeving in
Senegal; rechtspraak; rechtsleer (artikels en boeken)
4 Analyse van juridische bronnen wijst op bestaan van een sterk mensenrechtelijk kader: ‘probleem’
opgelost.
5 Maar zijn deze instrumenten wel effectief?
Waarom wel, waarom niet? Falende implementatie/handhaving? Weinig maatschappelijke
steun/naleving?
Deze vragen kunnen niet worden beantwoord door middel van een uitsluitend juridische analyse,
een empirisch onderzoek is noodzakelijk
2) Abortus in België
1 Vaststelling van een onderzoeksprobleem
2 Onderzoeksvragen in juridisch ‘doctrinair’ onderzoek: “welke juridische instrumenten zijn relevant?”
“hoe luidt het recht in België en in Nederland over vrijwillige zwangerschapsafbreking op verzoek
van de zwangere vrouw?”
3 Zoeken en analyseren van juridische bronnen: verdragen, constitutioneel recht en wetgeving België
en Nederland; rechtspraak; rechtsleer (artikels en boeken)
30
Liesel Mertens
,Sociologie en Rechtssociologie 2024 – 2025
4 Analyse van juridische bronnen wijst op verschillend juridisch kader: onderzoeks’probleem’ en
onderzoeksvragen opgelost.
5 Maar wat zijn de effecten van de regelgeving?
Wordt de regelgeving gevolgd? Waarom wel, waarom niet? Weinig maatschappelijke
steun/naleving? Leidt de regelgeving tot drempels bij vrijwillige zwangerschapsafbreking? Zijn er
verschillen in de effecten?
Deze vragen kunnen niet worden beantwoord door middel van een uitsluitend juridische analyse,
een empirisch onderzoek is nodig.
Doctrinaire trefwoorden, formuleringen en vragen:
- Privaatrecht, strafrecht, gerechtelijk recht, personen- en familierecht, …
- De rechtmatigheid van …, de bevoegdheid om …, de strijd van … met …, de aansprakelijkheid van …,
de strafbaarheid van …, de gebondenheid aan …, de rechtgevolg van …, de geldigheid van …
(uitzonderings)gronden, rechten, plichten, … botsing, afweging, …
- Inhoud van een verdrag, wet, decreet, voorstel, procedure, …
- Inhoud van een vonnis of een arrest
- Doctrine, rechtssystematiek, dogmatiek
Law in the books: enige correcte (= beperkt empirisch)
Basisvragen: “Hoe luidt het recht?”, “Wat is het toepasselijke recht?” en “Hoe zou het recht moeten luiden?”
1.1.1.2. Empirische methode
Empirische methode: wetenschappelijke, systematische gegevensverzameling in de praktijk in het ‘veld’. Via
wetenschappelijke-systematische analyse gegevens verzamelen over het recht in de samenleving.
Criteria voor sociaalwetenschappelijk onderzoek:
- Betrouwbaarheid: repliceerbaarheid
- Externe validiteit: representativiteit (vb. onderzoek rechtbank Gent toont niet aan het rechtbank in
Argentinië is)
- Interne validiteit: (vb. onderzoek naar hoeveelheid vonnissen met als conclusie dat bestuurders te hard
gestraft worden (komt niet overeen)
- Objectiviteit van de date: bij onderzoek, onderzoeker is deel van het onderzoek
Technieken: surveys, interviews, veldwerk (verzamelen van gegevens van onderzoek dat doorgaans buiten
plaatsvind), statistische analyses, …
Empirische/rechtssociologische trefwoorden, formulering en vragen:
- De effectiviteit van …, de doelmatigheid van …; de werking van …, de effecten of risico’s van …, het
functioneren van …
- De oorzaken van …, de totstandkoming van …, de invloed van …
- Ervaringen met …, de perceptie van …, de aanvaarding van …, de waardering van …
- Verklaringen, gevolgen en oorzaken
Law in action: enige correcte voor empirische methode (vb. regelgeving Covid19)
Basisvragen: “Hoe is het recht ontstaan?” en “Hoe werkt het recht?”
1.1.2. Perspectief
Intern perspectief Extern perspectief
Deelnemersperspectief Toeschouwersperspectief
Rolmodel van de rechter centraal Ook rollen voor wetgever, handhaver en uitvoerder,
onderzoeker
Interne, autonome logica Relatie tot maatschappelijke context
Rechtszekerheid en rechtseenheid Onzekerheid en variatie
31
Liesel Mertens
,Sociologie en Rechtssociologie 2024 – 2025
Structureel gericht op bewaken en versterken van de Constructief subversief
coherentie van het recht
“is = ought” “is ≠ ought”
Vooronderstelling dat recht praktisch een verschil Toetsing van effectiviteit van het recht (niet het enige
uitmaakt in de rechtssociologie, je moet ook kijken naar andere
perspecteiven/paradigma’s)
Gericht op rechtspraktijk Gericht op beleid/wetenschap
Monodisciplinair, doctrinair Interdisciplinair door aanvullende disciplines:
empirisch of normatief
Vooral ‘casus-methode’ en belang argumentatie. Verschillende methoden
Juridisch-normatief
Hoe luidt het recht? Hoe werkt het recht?
Hoe zou het moeten luiden? Hoe ontstaat het recht?
Extern perspectief:
- Waarom wordt (werd) het wettelijk vastgelegde rookverbod quasi perfect nageleefd in de VS en slechts
gedeeltelijk in België?
• Waarom waren de eerste rookverboden succesvol in California in de jaren ’80 – terwijl roken
daarvoor erg populair was in de VS
• Deze vraag is niet te beantwoorden vanuit een intern perspectief (en al evenmin vanuit een
doctrinaire methode)
→ Antwoord = (vanuit extern perspectief) dubbele institutionalisering: in welke mate stemmen wettelijke
normen overeen met normen in de samenleving.
- Wat is de impact van de zogenaamde ‘juridisering’ op traditionele domeinen van de samenleving (vb.
onderwijs of zorgverlening)
- Hoe kan de achterstand bij de rechtbanken van eerste aanleg en bij de hoven van beroep worden
weggewerkt?
- Waarom komt Online Dispute Resolution in civiele zaken zo moeizaam van de grond, terwijl online
bankieren/shoppen/administratie/… zo succesvol is?
→ Antwoord ≠ intern perspectief (niet mogelijk om via deze weg te verklaren)
Opmerking empirische methode en extern perspectief:
- Extern perspectief vervangt het interne perspectief niet
- Doctrinaire methoden blijven noodzakelijk als jurist; ze definiëren de identiteit van een jurist
- De professionele toepassing van doctrinaire kennis gaat gepaard met een inzicht in de voordelen en
tekortkomingen van het interne perspectief.
- Externe perspectief complementeert het interne perspectief: verschillende vragen vanuit beide
perspectieven.
1.2. Waarom rechtssociologie?
Rechtssociologie versterkt het recht als opleiding en als maatschappelijke praktijk (maatschappelijke en
professionele ontwikkelingen; meerwaarde voor juridische beroepen)
Versterking opleiding:
- Wetenschappelijk karakter van opleiding
- Kritische reflectie over het vakgebied/recht
- Onderzoekende houding
- Samenwerking stimuleren met andere disciplines
Versterking van het recht: zorgen voor een beter geïnformeerd recht
- Groei van evidence-based beleid en wetgeving (van belang in tijden van fake-news)
- Het recht met haar professionals in de samenleving plaatsen
- Afbraak van ‘ivoren torens’
32
Liesel Mertens
, Sociologie en Rechtssociologie 2024 – 2025
1.2.1. Academisering van de rechtenstudie
Sociaalwetenschappelijke disciplines (zoals rechtssociologie) zijn ‘academische’ studies: niet direct op een
beroep gericht.
Componenten:
- Empirische sociaalwetenschappelijke methode
- Theorievorming
- Belang van wetenschappelijke benadering van samenlevingsproblemen
1.2.2. Maatschappelijke ontwikkelingen en het recht
Toenemende complexiteit van de te reguleren maatschappelijke domeinen.
Mondige burger wil meer verantwoording (en inspraak).
Schaarse overheidsmiddelen dwingen tot effectiviteit en efficiëntie van wetgeving en geschilbeslechting.
‘Better regulation’ en gestage groei van evaluatiecultuur: wat werkt best?
Meer aandacht voor performante handhaving, uitvoering en naleving van regels.
Digitalisering veroorzaakt nieuwe juridische “problemen” en uitdagingen.
Invloed van AI op het recht.
1.2.3. Professionele ontwikkelingen: evoluties binnen de juridische beroepen
Rechters moeten niet-juridische complexe problemen begrijpen.
Advocatenkantoren willen ‘problem solvers’ en ‘T-shaped professionals / lawyers’
- T-shaped: diepe juridische kennis, breed algemeen inzicht
- Communicatie met experten uit andere disciplines (biotech, technologie, sociologie, criminologie,
economie, …)
Alternative dispute resolution (ADR): alternatieve geschilbeslechting introduceert inzichten uit de psychologie.
1.2.4. Meerwaarde voor de rechtspraktijk: concrete voorbeelden voor juridische
beroepen
Hoe concreet rechtssociologisch onderzoek de rechtspraktijk versterkt en een meerwaarde biedt.
1.2.4.1. Advocaat
Geschilbeslechting kan op meerdere manieren: bemiddeling, arbitrage, klassieke rechtszaak
Inzichten in de voor- en nadelen van deze geschilbeslechtingsmanieren.
- Klassieke rechtszaak = nadeel: meeste partijen hebben na een rechtszaak geen contact meer.
1.2.4.2. Rechtshulp
Door overheid georganiseerde rechtshulp: onderzoek Steven Gibens
- Justitiehuizen en commissies voor Juridische Bijstand
- Ontvang cliënten (rechtszoekenden) aan een tafel waar zowel juristen als sociale werkers zetelen
- Problematiek van hulpbehoevende is breed, niet enkel tot het recht beperkt
- Toegang tot het recht wordt verbeterd
- Houding advocaat: open staan voor psychosociale factoren
Vb. een huurder kan de huur niet meer betalen, de huurbaas vraagt voor een uitzetting. Blijkt dat de huurder
geen geld heeft doordat hij ontslagen is en zijn ontslag te danken heeft aan een drugs- en alcoholverslaving.
Na de vordering kan men direct sociale hulp zoeken om dit te verbeteren.
1.2.4.3. Rechter
Invulling van open normen vereist goed inzicht in de samenleving: het belang van culturen kan verschillen en
bepaald gedrag verklaren. (vb. belang kind met ouders uit twee verschillende culturen)
33
Liesel Mertens
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lieselmertens2. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.43. You're not tied to anything after your purchase.