Samenvatting Scheikunde Analyse en Kunststoffen - chemie H11 en H12 vwo 5
0 view 0 purchase
Course
Scheikunde
Level
VWO / Gymnasium
Dit is een samenvatting over H11 (analyse) en H12 (kunsstoffen) uit het boek chemie vwo 5.
H11 gaat o.a. over gaschromotografie en verschillende titraties.
H12 gaat o.a. over kunststoffen en polymeren.
Zelf heb ik deze samenvattingen ook gebruikt en ik hoop dat jullie er ook iets aan hebben!
11.1 gaschromatografie
Met kwalitatief onderzoek kijk je naar de soort stof, bij kwantitatief de hoeveelheid.
Bij gaschromatografie wordt er gescheiden. De stof verdeelt zich over de mobiele fase
(gas) en stationaire fase (stof die stilstaat, gas komt hier langs). Retentietijd = tijd die een
stof nodig heeft om de weg van het injectiepunt naar de detector af te leggen. De retentietijd
hangt af van de soort stof in de kolom. (polair of apolair)
De grafiek die ontstaat is een chromatogram. Het oppervlak onder de grafiek is de
hoeveelheid van de stof
11.3 zuur-basetitratie
Bij een titratie wil je kwantitatief de concentratie of gehalte van een stof bepalen.
➢ Je gebruikt een pipet, maatkolf (erlenmeyer) en buret
➢ Duplo uitvoeren: meerdere keren doen en dan gemiddelde nemen.
Bij het equivalentiepunt/eindpunt hebben beide oplossingen precies met elkaar
gereageerd. Dit kun je zichtbaar maken door indicatoren BINAS 52A.
In een titratiecurve staat op de y-as pH op de x-as volume natronloog. In het steile stuk is
het omslagtraject, hier moet je een goede indicator bij vinden (die hier van kleur verandert).
Sterk zuur + sterke base:
➢ Equivalentiepunt bij 7 en omslagtraject tussen 4 en 10
Zwak zuur + Sterke base:
➢ Equivalentiepunt boven 7 en omslagtraject tussen 7 en 10 (en je begint hoger)
Sterk zuur + zwakke base:
➢ Equivalentiepunt onder 7 en omslagtraject tussen 4 en 7
Berekening titratie:
1. Geef de reactievergelijking
2. Bereken hoeveel mmol OH⁻ is toegevoegd = 𝑚𝐿 𝑏𝑢𝑟𝑒𝑡 · 𝑀 𝑜𝑝𝑙𝑜𝑠𝑠𝑖𝑛𝑔
3. Bereken aantal mol zoutzuur met molverhouding
4. Hou rekening met evt verdunnen
5. Bereken molariteit (mmol/mL) of massapercentage
, Bij een terugtitratie voeg je een overmaat zuur (of base) toe aan de te bepalen stof. Na
afloop van reactie titreer je het restant zuur (of base)
11.4 redoxtitratie
Je schrijft eerst de redoxreactie op en gebruikt dezelfde manier met molverhoudingen als
hierboven.
Je herkent het equivalentiepunt aan de kleuromslag. Dit kun je doen door de oxidator MnO4²⁻
(permanganaat) te gebruiken, dit is paars. Als je dit in de buret doet dan is het omslagpunt
als het mengsel in de Erlenmeyer paars wordt. De kleurloze stof die daar eerst in zat is
weggereageerd.
Door een kleurloze oxidator te laten reageren met een overmaat kaliumjodide oplossing
ontstaat er jood. Als je aan dit jood een klein beetje zetmeel toevoegt, kleurt het blauw (zo
kan je omslagpunt bepalen). Hierna laat je het ontstane jood reageren met de bekendste
reductor thiosulfaat(S2O3⁻). Door de molverhouding tussen thio en jood kun je de
hoeveelheid van de kleurloze oxidator bepalen.
Een indirecte titratie heeft een omweg, bijv omdat jood te duur is. Je moet hier meerdere
reactievergelijkingen gebruiken.
11.5 onderzoeken
Voor een onderzoek bedenk je eerst onderzoeksvragen en dan kies je een
onderzoeksmethode. Dan stel je een werkplan op waarin staat wat je gaat doen, wat je
nodig hebt en een tijdsplanning. Met een gidsexperiment (verkort/vereenvoudigd
onderzoek) ga je na of het onderzoek uitvoerbaar is.
12.1 kunststoffen op macroniveau
De grondstof voor kunststof is aardolie.
Plastics zijn kunststoffen die bij verwarmen week worden of smelten. Plastics zijn
nauwelijks afbreekbaar. Soorten plastic:
1. Thermoplasten: smelt bij verwarmen. Verschillende molecuulmassa’s → smelttraject
2. Thermoharders: smelt niet bij verwarmer, ze ontleden en worden zwart. Dit zwart
wijst op het ontstaan van koolstof.
Het recycleersymbool geeft aan in welke stroom de kunststofsoort gerecycled wordt.
BINAS 97D. Meestal worden kunststofsoorten gescheiden op basis van hun dichtheid.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller irenepool08. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.18. You're not tied to anything after your purchase.