7.1 Eigendom
Eigendom is het meest omvattende recht dat een persoon op een zaak kan
hebben, art. 5:1 BW. Het eigendomsrecht wordt ook wel het moederrecht
genoemd, de rechten die eruit zijn afgeleid beperkte rechten.
Art. 3:2 BW geeft de definitie van een zaak. Het belangrijkste onderscheid in
zaken is dat tussen roerende en onroerende zaken.
Bevoegdheden van de eigenaar
Art. 5:1 lid 2 BW bepaalt dat het de eigenaar vrijstaat van zijn zak gebruik te
maken. Dit zogenoemde gebruiksrecht valt uiteen in het genotsrecht en
beschikkingsrecht.
Het recht op het genot van de zaak betreft alle feitelijke handelingen die uit het
eigendomsrecht kunnen voortvloeien. Bijvoorbeeld het gebruik van je auto. Tot
het genotsrecht hoort volgens art. 5:1 lid 3 BW tevens het recht op de vruchten
van de zaak (iemand die een aandeel in een NV heeft, heeft ook recht op
dividend). Art. 5:17 BW gaat over het geval dat iemand niet eigenaar, maar
bijvoorbeeld pachter is van een zaak die vruchten draagt. Volgens dit artikel
verwerft de pachter van een appelboomgaard de eigendom van de appels,
hoewel hij van de bomen geen eigenaar is.
Het beschikkingsrecht over de zaak geeft de eigenaar de bevoegdheid
rechtshandelingen te verrichten ten aanzien van zijn zaak. Bijv. het overdragen
van de zaak door schenking of verkoop, en aan het op de zaak vestigen van een
beperkt recht, zoals een pandrecht of een erfpachtrecht.
Beperkingen door de wet
De meest fundamentele inbreuk die de overheid op het eigendomsrecht kan
maken, is de onteigening. Bij onteigening ontneemt de overheid van de eigenaar
zijn onroerend goed. Zie art. 14 Gw, art. 18 e.v. en 40 e.v. Onteigeningswet.
Naast de onteigeningswet zijn er andere wettelijke voorschriften die het
eigendomsrecht beperken. De wetgever kan daarbij verschillende doeleinden
voor ogen hebben, zoals het bevorderen van de leefbaarheid, het vergroten van
de veiligheid of de bescherming van het milieu.
Beperkingen door het ongeschreven recht
Het gaat hierbij om ongeschreven fatsoensregels die in het verkeer tussen
mensen onderling gelden en die ook in de rechtspraak worden gehanteerd. De
wetgever heeft de gebondenheid van de eigenaar aan het ongeschreven recht
expliciet uitgewerkt voor twee onderwerpen: hinder en misbruik van
bevoegdheid.
1. Hinder: hinder is omschreven in titel 4 van boek 5 BW als ‘bevoegdheden
en verplichtingen van eigenaars van naburige erven’. Zie in art. 5:37 BW
waaruit hinder kan bestaan (niet altijd in strijd met het recht). Hierdoor kan
een ander in het genot van zijn eigendom worden gestoord; zijn
genotsrecht wordt door hinder aangetast. Art. 5:37 BW verbiedt hinder
alleen als deze onrechtmatig is in de zin van 6:162 BW. Hinder kan dus
onrechtmatig zijn als sprake is van volgens ongeschreven recht
maatschappelijk onbetamelijk handelen.
, 2. Misbruik van bevoegdheid: bij hinder staat de ongeoorloofde aantasting
van het genotsrecht van een ander centraal. Bij misbruik van bevoegdheid
gaat het om het optreden van de eigenaar. De wetgever heeft in art. 3:13
BW een drietal gevallen genoemd van misbruik van bevoegdheid.
Enkele kenmerken van de positie van de eigenaar
Het eigendomsrecht is een absoluut recht, evenals de beperkte rechten. Een
absoluut recht is het recht van één tegenover allen. Aan absolute rechten zijn
twee kenmerken verbonden (bij het eigendomsrecht in dit geval):
1. Zaaksgevolg: het recht is van één tegenover allen. Zaaksgevolg houdt in
dat het (eigendoms) recht op een zaak ook blijft bestaan als de zaak niet
meer in de macht van de rechthebbende is, maar in de macht van derde.
Bijvoorbeeld hypotheekrecht of als er een partij kleding is gestolen uit een
winkel.
2. Bevoorrechte positie (droit de préférence): hierbij heeft een eigenaar een
voorrecht ten aanzien van zijn zaak in het faillissement van een derde.
Bevindt zijn zaak zich bij een derde en gaat deze op een bepaald moment
failliet, dan valt de zaak niet in het vermogen van de failliet. De eigenaar in
een faillissement heeft voorrang boven de andere schuldeisers. Hij wordt in
deze bevoorrechte positie separatist genoemd, hij kan zijn zaak uit de
boedel separeren.
Een derde kenmerk betreft alleen het eigendomsrecht. De belangrijkste vordering
die alleen de eigenaar kan instellen, is de revindicatie. Dat is volgens art. 5:2 BW
het recht dat de eigenaar om zijn zaak op te eisen van eenieder die haar zonder
recht houdt. Revindicatie is dus het vorderingsrecht waarmee de eigenaar zijn
zaak weer in zijn macht kan brengen. Een voorbeeld is een het boek dat in
bruikleen is gegeven en na het verstrijken van de termijn niet is teruggegeven.
Verder volgt uit de omschrijving van art. 5:2 BW dat de eigenaar zijn zaak niet
met succes kan revindiceren als hij daarop een zakelijk of persoonlijk (relatief)
recht heeft verleend. Iemand die bijvoorbeeld zijn laptop voor een periode heeft
uitgeleend of verhuurd, kan deze gedurende die periode niet terugvorderen.
7.2 Beperkte rechten
Het BW onderscheidt volledige en beperkte rechten op goederen. Het
eigendomsrecht is een volledig recht. Een beperkt recht is volgens art. 3:8 BW
een recht dat is afgeleid uit een meer omvattend recht (zoals het
eigendomsrecht), dat met het beperkte recht is bezwaard.
Er zijn drie beperkte rechten: vruchtgebruik, pand en hypotheek. Kan een beperkt
recht alleen op een zaak rusten, dan heet het een beperkt zakelijk recht
(geregeld in boek 5 BW). De zakelijke rechten zijn erfdienstbaarheid, erfpacht,
opstal en appartementsrecht.
Rechten op goederen
Volledige rechten Beperkte rechten
- Eigendomsrecht Op goederen: Op een zaak alleen:
- Recht op een - Vruchtgebrui - Erfdienstbaarheid
voortbrengsel van de k
menselijke geest.
- Pand - Erfpacht
- Hypotheek - Opstal
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lienkwinkelenberg. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.49. You're not tied to anything after your purchase.