100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Supply chain management SCM1 $6.92
Add to cart

Summary

Samenvatting Supply chain management SCM1

 0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van 16 pagina's voor het vak supply chain management aan de TMO (TMO SCM1)

Preview 3 out of 16  pages

  • January 15, 2025
  • 16
  • 2018/2019
  • Summary
avatar-seller
H1 1.1
Supply chain bestaat uit diverse partijen die samen zorgen dat aan klantbehoefte
tegemoetgekomen wordt. Er moet minstens 2 interfaces, dus 3 zelfstandige organisaties zijn
om van supply chain te kunnen spreken. Mentzer maakt onderscheid:
- Korte supply chain: bestaat uit onderneming, leverancier en klant
- Uitgebreide supply chain: bestaat uit een onderneming, leverancier, klant,
leveranciers vd lerancier en klanten vd klant
- Ultieme supply chain: bestaat uit alle organisaties die betrokken zijn bij upstream
en/of downstream flows of products, services, finances en/of information from the
ultimate supplier to the ultimate customer.

Voorbeeld ultieme supply chain: oerproduct->….*-> leverancier<->fabrikant<-> afnemer-
>…**->eindgebruiker

*= kan fabrikanten van halffabricaten tussen zitten
**= kan distributanten tussen zitten
Pijl -> is goederenstroom en bijbehorende informatiestroom. Pijl <- is
retourgoederenstroom, informatiestroom en geldstroom.

Elke partij koopt producten/diensten van derden in, voegt waarde toe en verkoopt zijn
producenten/diensten aan volgende schakel totdat het product geconsumeerd wordt door
klant of gebruikt wordt door industriële afnemer= value chain, waarbij elkaar opvolgende
partijen waarde toevoegen aan het product/dienst en die waarde door klant wordt beloond
met vergoeding voor de kosten plus winstmarge.

Demand chain gebruikt, omdat in supply chain draait om behoeftebevrediging vd
uiteindelijke afnemer, dus vraag ipv aanbod. In demand chain wordt eerst afgewacht wat
vraag is en daarvan wordt bepaald hoeveel geproduceerd moet worden aka ketenomkering.

In supply chain vindt productie proactief plaats, er wordt vooruitgekeken op te verwachte
vraag die al gerealiseerd is.

Supply network vanwege de relaties tussen partijen uit verschillende voortbrengingsketens.
Visser en van Goor geven aan dat zowel beeld van sterk push-bestuurde keten, gebaseerd op
productvisie, als beeld van volledige push-gestuurde keten op een marketingvisie, een te
eenvoudige voorstelling van zaken geeft. Combi van supply&demand chain in een demand en supply
network is meest in praktijk.

Hoekstra en Romme focussen zich niet op besturing vd keten, maar op grondvorm. Ze
onderscheiden in hun model over fysieke goederenstroom in organisaties de logistieke
grondvormen:
- Pijplijn (1 ononderbroken proces)
- Keten (wanneer pijplijn onderbroken wordt door verantwoordelijkheids- en/of
eigendomsoverdracht)
- Shared resource (wanneer 2 verschillende product-marktcombinaties een
gemeenschappelijke capaciteitsbron hebben)

, - Convergentie (wanneer stromen samenkomen, dus vanuit verschillende processen
naar 1 proces convergeren)
- Divergentie (wanneer 1 stroom divergeert naar verschillende stromen)
- Netwerk (wanneer sprake is van convergentie & divergentie)

Hoekstra en Romme zeggen dat keten= voor een serie opeenvolgende processen, zonder
shared resource, convergentie of divergentie. Wanneer gehele voortbrengingsketens wordt
gekeken= shared resources, convergentie en/of divergentie en zal volgens Hoekstra en
Romme vrijwel altijd een netwerk ipv keten zijn. Net zoals Mentzer, die zegt supply network
beter past ipv supply chain, omdat supply chain van veel producten met elkaar verbonden
zijn. (bijv wallmart heeft veel supply chains, eten, kleding etc. via wallmart, feitelijk een shared
resource, zijn al deze supply chains met elkaar verbonden in een supply network).

Lazzarini vindt dat supply network betere term is dan supply chain, omdat naast relaties
tussen partijen die in dezelfde voortbrengingsketen opereren, ook relaties zijn tussen partijen
uit verschillende voortbrengingsketens. 2 fabrikanten uit verschillende branches, die
samenwerken om hun transport naar 1 detaillist te bundelen, maken deel uit hetzelfde
supply network maar hebben elk hun eigen supply chains. Dit is horizontale samenwerking.

1.2
Oerproducenten, fabrikanten van halffabricaten (toeleveranciers), fabrikanten van eindproducten,
groothandelaren, detaillisten (retailers), transporteurs/logistiek dienstverleners, (lucht)havenbedrijven etc.
werken samen in bedrijfskolom.
Elke keten/netwerk begint met oerproducent. Zij produceren raw materials. Oerproducenten
zijn er in sectoren landbouw, bosbouw & visserij en delfstoffenwinning. Ze kunnen direct aan
consument leveren (bijv kersenkraampje), of via handel/intermediaire partijen als de veiling.
Meestal leveren ze aan industriële ondernemingen, omdat hun producten niet rechtstreeks bruikbaar zijn voor
consumenten. Er is geen sprake van business-to-consumer (B2C) situatie, maar business-to-
business (B2B) situatie.
In B2B situatie is oerproducent (toe)leverancier. Uitgaande vd fabrikanten van
eindproducten= Originial Equipment Manufactuers (OEM’s), onderscheiden we:
- Tier 1 (first tier) suppliers, directe leveranciers vd fabrikanten van
eindproducten/OEM
- Tier 2 (second tier) suppliers, leveranciers vd tier 1 suppliers
- Tier 3 (third tier) suppliers, tier 2 suppliers beleveren
- Material suppliers, leveren materialen

Schaalvergroting bij fabrikanten is een direct gevolg vd internationalisering (toenemende
oriëntatie op buitenland) en daarmee verbonden globalisering (toenemende internationale
onderlinge afhankelijkheid). Internationalisering is mogelijk door wegvallen van
handelsbelemmeringen, verbetering vd infrastructuur en transport- en
communicatietechnologie en daarmee samenhangende lagere kosten van transport en
communicatie op grote afstanden.
Per saldo is sprake van flinke druk op marges van fabrikanten, door stijgende en volatiele
grondstof- en energieprijzen en doordat fabrikanten delen vd producten uitbesteden naar
lagelonenlanden (offshoring). Er is ook tegenbeweging: terughalen van productie van
kwaliteitsverbetering en risicobeheersing (backshoring of reshoring)

, Groothandelaren/grossiers zijn partijen die producten vd producenten afnemen en
vervolgens doorverkopen, soms aan andere groothandelaren, meestal aan detailhandelaren
of zakelijke gebruikers. Het is een tussenschakel tussen fabrikanten en bedrijfsmatige
afnemers.

In het Engels zijn groothandelaren distributors of wholesalers. Deze begrippen zijn ruimer
dan begrip groothandel, omdat er onderscheid is tussen distributors die wel en die niet
eigendom vd producten overnemen. Een distribuant is volgens NL instituut voor marketing
(NIMA) een organisatie die een handelsfunctie in het distrubutiekanaal vervult tussen
producent en eindgebruiker. Dit kan groothandel zijn (of agent, commissionair of makelaar)
of retailer.

Functies groothandelaren:
- inkopen en verkopen, zorgen hierbij voor toegevoegde waarde door slim
assortimentssamenstelling en door overbruggen van hoeveelheidsverschillen tussen
fabrikant en detaillist. Groothandelaren verzamelen producten in grote hoeveelheden en
verdelen (distribueren) deze producten in kleinere hoeveelheden over hun klanten en
leveren productinfo en service.
- overbruggen van tijdsverschillen. Ze slaan hun ingekochte producten tijdelijk op en beheren
de voorraad= warehouse operations en inventory management.
- plaatsverschillen overbruggen. Dit is vooral bij im-/exporterende groothandelaren, die voor
beschikbaarheid van producten in eigen land of buitenland zorgen.
- overbruggen van hoedanigheidsverschillen aka value-added logistics (VAL). Hier wordt
productiebewerking uitgesteld tot fysieke distributietraject. Gaat vaak om om/verpakken in
verschillende hoeveelheden, met andere opschriften of talen.

1 vd redenen voor groothandel om te richten op value-added logistics is toegenomen
concurrentie. Die concurrentie betreft niet alleen concurrentie tussen grossiers onderling. De
gehele sector staat onder druk, mede doordat voor fabrikanten meer mogelijkheden zijn,
dankzij e-business, om direct met retailer of consument contact te hebben. Ook daalt
gemiddelde marge voor groothandel, omdat inkoopprijzen stijgen, door duurdere
grondstoffen en hogere lonen, terwijl eindgebruiker kritisch blijft op prijs en kwaliteit.
Groothandelaren moeten innoveren, dat gaat samen met investeringen en daarom zoeken
ze naar samenwerkingen (misschien in vorm van functies of overnames), met schaalvergroting tot
gevolg.

Detaillisten/retailers/kleinhandelaren zijn distribuanten, die producten, meestal in
kleinverpakkingen, aan consumenten leveren. Detaillist is 1 na laatste schakel in de supply
chain. Belangrijkste functies detaillist: assortimentssamenstelling en -beheer, marketing en
verkoop, opslag en voorraadbeheer.
Detaillisten kunnen worden onderscheiden naar eigendom. We onderscheiden winkelketens,
onafhankelijke detaillisten, franchiseorganisaties en coops (coöperaties, verenigingen, die
opkomen voor materiele belangen van hun leden). Detaillisten kunnen ook worden
onderscheiden naar soort product, breedte en diepte van assortiment en op basis van
service en prijsniveau.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elsemaresch. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.92. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75282 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$6.92
  • (0)
Add to cart
Added