Leerdoelen:
1. Staatsrecht en bestuursrecht situeren in NL rechtssysteem
2. Eenzijdig bindende overheidshandelingen herkennen + legitimatie
3. Totstandkomingsgeschiedenis democratische rechtsstaat
4. Beginselen democratische rechtsstaat in casus of actualiteit
herkennen
5. Bronnen staatsrecht en bestuursrecht
Rech
Publiekrec Privaatrec
Strafrec Staatsrecht / Bestuursrec
constitutione
Privaatrecht: juridische gelijkheid en gelijkwaardigheid van partijen.
Horizontale lijn tussen de partijen geen hiërarchie.
Publiekrecht: overheid kan eenzijdig rechtsgevolgen vaststellen. Verticale
lijn tussen de partijen en een hiërarchie tussen de overheid en de burger.
overheid: feitelijke handelingen en rechtshandelingen
kenmerkend: publiekrechtelijke rechtshandelingen via
eenzijdig bindende besluiten.
Functies van het staatsrecht:
1. Constitueren – het instellen van overheidsambten
2. Attribueren – het geven van bevoegdheden aan die overheidsambten
3. Reguleren – de voorwaarden en grenzen die worden gegeven aan de
uitoefening van die bevoegdheden.
,4. Legitimeren – aanvaarding van burgers wordt groter door het
vertrouwen in de machtsoefening.
De beginselen van de democratische rechtsstaat:
1. Machtenscheiding/Trias politica
Machtsmisbruik wordt tegen gegaan door de controle die er is door de
verschillende machten. De wetgevende, uitvoerende en rechtsprekende
machten zullen elkaar controleren. Regering wetgevende macht. Art. 81
grondwet van belangrijk. Staten generaal en de regering gezamenlijk.
2. Legaliteitsbeginsel
Elk overheidsoptreden dient te rusten op een wettelijke grondslag. Die
regel moet voor herhaling toepasbaar zijn. Ook moet de wettelijke
grondslag een wet in formele zin zijn of een artikel uit de Grondwet. Wet in
formele zin onstaat door de regering en staten generaal. Daarnaast moet
het overheidsoptreden conform de algemene regel zijn.
3. onafhankelijke rechterlijke controle
De rechter heeft een onafhankelijke controle op overheidsoptreden tegen
de burgers.
4. Grondrechten
Fundamentele rechten en vrijheden waarborgen in document van hogere
orde dan gewone formele wetten. Hiermee wordt de burger beschermt
tegen overheidsinmenging. Daarin klassieke, sociale, economische en
culturele grondrechten.
5. Democratiebeginsel
Inspraak van burgers van belang bij belangrijke overheidsbeslissingen.
Directe inspraak via een referendum. Vaak door directe verkiezingen te
houden.
,Natuurrecht:
Onveranderlijke, uit de natuur voortvloeiende rechtsbeginselen
Beperken van bevoegdheden van de vorst
Optreden ten behoeve van algemeen belang, anders recht op verzet tegen
tiran
Feodale staat:
Vorst heeft militaire macht en financiële middelen nodig
Vorst geeft in ruil domeingoederen aan leenmannen terug
Wederzijdse rechten en plichten
Codificatie van gewoonterecht/natuurrecht
Absolute staat:
Reactie op godsdienstoorlogen
Bodin: absolute soevereiniteit
- niet van andere machten afhankelijk
- bevoegdheid tot scheppen nieuw recht
Klassieke liberale rechtsstaat
Locke
- mensen als individuen met burgerlijke vrijheden
- geven deel van natuurlijk vrijheid op aan de staat in maatschappelijk
contract
- machtenscheiding
- constitutionele democratie d.m.v. representatie
Montesqieu
- de L’esprit des lois
- hij bedacht de trias politica
Rousseau
- contrat social
- volonté générale
Het recht moet individuele vrijheid beschermen
Ook de overheid moet gebonden zijn aan het recht
, Opdrachten:
Vraag 1:
Machtenscheiding/Trias politica en democratiebeginsel
Week2:
Leerdoelen:
1. Ambten/organen van de Staat
2. Minimumeisen democratiebeginsel + legitimering politieke
instituties
3. Machtenscheiding: volgens Montesquieu + check & balances in NL
(vnl. parlement – regering)
4. Parlementair vs. presidentieel stelsel
5. Totstandkomingsgeschiedenis parlementaire stelsel +
vertrouwensregel en politieke ministeriële
verantwoordelijkheid
6. Taken en bevoegdheden van regering en parlement (EK & TK)
Leerdoel 2:
• ‘”Essentially contested concept”, voorgesteld als
vanzelfsprekendheid
• “Politiek systeem waarin burgers een gelijke invloed hebben op het
nemen van bindende collectieve beslissingen”
• In tegenstelling tot:
autocratie
oligarchie
theocratie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller semboeters. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.83. You're not tied to anything after your purchase.