1.8 – Hoe dacht men vroeger en hoe denkt men nu over de relatie
tussen erfelijke aanleg en omgevingsinvloeden?
Erfelijkheid en omgeving zijn beide factoren die ons gedrag kunnen
bepalen, deze samenhang wordt gen-omgevingscorrelatie genoemd. Er
zijn 3 typen:
1. Passieve gen-omgevingsverband: opvoedingsomgeving, ouders
luisteren veel rock muziek, kind luistert veel rockmuziek.
2. Evocatief gen-omgevingsband: genetische factor wordt door
omgeving versterkt. Vrolijke kinderen zijn nog vrolijker met positieve
ouders.
3. Actieve gen-omgevingsband: kinderen kiezen zelf de omgeving, een
muzikaal kind omringt zich in een muzikale omgeving.
Als een muzikaal kind in zijn muzikale ontwikkeling wordt beïnvloedt door
de omgeving is er sprake van gen-omgevingsinteractie.
Onderzoeken hebben aangetoond dat het DNA kan worden beïnvloedt
wordt door de omgeving dit noemen we erfelijk voorbereid gedrag.
Kind en ouder bouwen een band op door middel van kangoeroeen > huid
op huid contact.
Centraal zenuwstelsel: hersenen & ruggenmerg, zorgen voor reflexen en
communicatie.
Elektrische communicatie: verplaatsen van informatie binnen
zenuwcellen
Chemische communicatie: verplaatsen van informatie tussen cellen.
Perifeer zenuwstelsel: alle zenuwbanen en cellen in het lichaam, 2
hoofdgroepen:
1. Somatisch zenuwstelsel: bewust, de wil om je been te bewegen
2. Autonoom zenuwstelsel: onbewust, het aanspannen van je hartspier
- Sympatisch zenuwstelsel: in activiteit
- Parasympatisch zenuwstelsel: rust en herstel
De hersenen bestaan uit 2 helften, iedere helft heeft 4 kwabben. Links
bestuurt rechts en andersom.
De hersenen hebben twee bouwstenen:
- Zenuwcellen (neuronen): denken en het verplaatsen van informatie
- Gliacellen: aan -en afvoeren van voeding -en afvalstoffen
Het verschil tussen de hersenen van een mens en andere diersoorten is
dat wij heel sterk in probleem oplossen, samenwerken en sociale
,vaardigheden zijn. Daarnaast is onze frontaalkwab heel groot waardoor wij
beter kunnen organiseren.
DNA en genen liggen op 23 chromosomen (je hebt een kopie van beide
ouders). Een dominant gen overheerst een recessief gen.
Hoofdstuk 2 – Hoe onze hersenen werken en zich ontwikkelen
Manieren om de hersenen in kaart te brengen:
EEG: hersenactiviteit wordt weergeven door hersengolven
MRI / Neuro-imaging: de hersenen reageren op het sterk
magnetische veld
PET-scan: zelfde werking als MRI, hierbij wordt ook een radioactieve
stof in het bloed gebracht.
fMRI: er wordt een filmpje van de hersenwerking gemaakt
Hoe de hersenen zich ontwikkelen is afhankelijk van 3 factoren:
1. Erfelijke aanleg: iedereen heeft de aanleg om te leren, sporten,
groeien
2. Omgeving: welke taal leert een kind
3. Oefening: hoe goed een kind zijn best doet om iets te leren
Synaptogenese: ontstaan van verbindingen tussen zenuwcellen, gebeurd
vooral vanaf bevruchting en de eerste 2 levensjaar.
Pruning/terugsnoeien: verminderen van verbindingen tussen zenuwcellen.
Gebeurd vooral als je iets leert en cellen zich gaan specialiseren. Begint
ongeveer bij 2/3 jaar oud. Zenuwcellen die zich in een vaardigheid
specialiseren, bijv. schrijven heet het neuraal netwerk.
Door verandering van omgeving en oefening kunnen onze hersenen
veranderen dit proces heet de plasticiteit van de hersenen. Hoe meer we
een bepaald deel van de hersenen vrijwillig gebruiken, hoe dikker de
hersenschors hier wordt.
Sensitieve periode: periode waarin het brein gevoeliger is: zwangerschap,
eerste levensjaren
In allebei de hersenhelften ligt de hippocampus, deze zorgt ervoor dat we
nieuwe informatie opslaan en er vind volwassen neurogenese plaats >
aanmaak van nieuwe hersencellen. Dit proces neemt toe als je veel
beweegt.
Aan het begin van de pubertijd vindt er vooral synaptogenese plaats, later
juist pruning. Deze ontwikkeling zorgt er voor dat het gedrag risicovoller is
dan dat van volwassenen.
, Na de geboorte van een kind reageren ouders vaak veel sneller op
bepaalde situaties dan volwassenen zonder kind. Dit noemen we
vaderhersenen of moederhersenen
Bij een beroerte of CVA is er een verstoring van de bloedtoevoer naar de
hersenen. CIMT kan hierbij helpen waarbij hersenfunctie sopnieuw
gestimuleerd worden.
Positieve omgevingsinvloeden voor ontwikkeling van het brein:
1. Oefenen: vaardigheid blijven trainen anders raak je het kwijt
2. Slapen: cellen herstellen in je slaap
3. Gezond eten: buik-breinverbinding, ongezond eten verslechterd de
hersenprestaties, en andersom stress geeft vaak darmklachten.
Voedseltekort in de zwangerschap kan leiden tot psychische
stoornissen.
4. Lichaamsbeweging: meer bloedtoevoer naar hersenen,
denkprestatie neemt toe
5. Vriendschappen: aanmaak van dopamine
6. Iets nieuws leren
Visualisatie, psychotherapie & meditatie zijn manieren om gedachten en
gedrag te veranderen.
Negatieve omgevingsinvloeden van het brein:
1. Zwangerschap: stress heeft een negatieve invloed op de
ontwikkeling van de hersenen. Bij alcoholgebruik kan FAS optreden
bij het kind, dit is ongeneselijk en het kind is verstandelijk beperkt.
2. Stress na geboorte en trauma’s: teveel aanmaak van cortisol, zorgt
voor slechte nachtrust en verminderde hersenontwikkeling.
Daarnaast wordt de amygdala, gebied dat emoties verwerkt negatief
beïnvloedt.
3. Armoede: meer stress en spanning
4. Alcohol en middelengebruik
Bio-psychosociaal model:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller pascaledobbe. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.37. You're not tied to anything after your purchase.