Leer de begrippen van het LKT taal toets gemakkelijk met dit document
1 view 0 purchase
Course
Landelijke kennistoets Taal
Institution
Fontys Hogeschool (Fontys)
Met deze oefenkaartjes kan je gemakkelijk de toets voor LKT leren. Je print het uit en knipt vervolgens de kaartjes uit. De voor-en achterkant helpen je de begrippen beter te leren en te begrijpen. Er zijn voorbeelden benoemd op de kaartjes zodat je het makkelijker kan onthouden.
Ontluikende geletterdheid Is de ontwikkeling van de geletterdheid in
de voorschoolse periode van 0 tot 4 jaar
Beginnende geletterdheid Is de ontwikkeling van de geletterdheid van
groep 1 t/m 3
Gevordende geletterdheid Is de ontwikkeling van de geletterdheid na
groep 3
Aanvankelijk lezen Is de start van het leesonderwijs
Voorgezet lezen volgt daarna Is het kunnen ontcijferen van letters en het
(aanvankelijk lezen) hardop lezen van woorden met gebruik van
efficiënte leesstrategieën
Zelfhandhaving (communicatieve Opkomen voor jezelf (‘ik houd die vast, ik
of sociale taalfunctie) had hem eerst.’)
Zelfsturing (communicatieve of Ordenen van het handelen met woorden en
sociale taalfunctie) het aankondigen van plannen ‘Ik ga naar de
bakker’.
Sturing van anderen Gebruik van taal om het gedrag van
(communicatieve of sociale anderen te beïnvloeden: ‘Ga je mee?’
taalfunctie)
Structurering van het gesprek Gebruik van taal om het gespreksverloop te
(communicatieve of sociale beïnvloeden: ‘Nou moeten jullie zeggen
wat je wil kopen’.
taalfunctie)
Rapporteren (cognitieve Benoemen, etiketteren, beschrijven en
taalfunctie) vergelijken.
Redeneren (cognitieve Chronologisch ordenen, conclusies trekken,
taalfunctie) middel-doelrelatie, oorzak-gevolgrelatie.
Projecteren (cognitieve Je verplaatsen in de gedachtes en
taalfunctie) gevoelens van een ander.
Gebruik van taal om te experimenteren, om
gevoelens te uiten, om iets te zeggen dat
anderen nog niet gezegd hebben. Taal
De expressieve taalfunctie
wordt gebruikt als expressiemiddel,
bijvoorbeeld cabaret of songteksten.
Het vermogen om de communicatieve
functie van taal te gebruiken. Bijvoorbeeld:
‘Mag ik een koekje?’ i.p.v. ‘Koekje!’. Of je de
communicatieve functie goed kan gebruiken
hangt af van het taalsysteem en de
De communicatieve competentie taalregels, maar ook de vaardigheid om
een gesprek te voeren en de vaardigheid
om daarbij efficiënte strategieën te kunnen
gebruiken. Daarbij is de taalgebruikssituatie
erg belangrijk.
, Het gaat om het kennen van
De grammaticale of linguïstische grammaticale regels, woordenschat, het
correct vervoegen en verbuigen van
competentie (de communicatieve
woorden en kennen van de correcte
competentie kent vier uitspraak van woorden. Alle kennis van taal
deelcompetenties) en taalregels die nodig zijn om adequaat te
kunnen communiceren.
De tekstuele competentie (de het gaat om kennis van gesproken en
communicatieve competentie geschreven teksten. Je moet weten hoe je
een gesprek begint en eindigt, maar ook
kent vier deelcompetenties)
kennis hebben van de regels voor
schriftelijke teksten.
De strategische competentie het vermogen van een taalgebruiker om
(pragmatische competentie) - (de strategieën te hanteren om bepaalde
doelen te bereiken. Bijvoorbeeld
communicatieve competentie
schrijfstrategieën en spreek-en
kent vier deelcompetenties) luisterstrategieën.
De functionele competentie (de het vermogen van de taalgebruiker om zijn
communicatieve competentie taalgebruik aan te passen aan een
specifieke situatie (taalgebruikssituatie).
kent vier deelcompetenties)
Uitspraak: Dit gaat over de klanken van een
taal en hoe deze worden gebruikt.
Voorbeeld: Het verschil in klank tussen
Fonlogisch niveau (verschillende "kat" en "rat" is fonologisch; één
niveaus van taal) klankverschil verandert de betekenis van
het woord volledig. Kinderen leren op dit
niveau bijvoorbeeld rijmen en
klankherkenning.
Opbouw van woorden: Dit heeft te maken
met de opbouw van woorden, zoals de
kleinste betekenisvolle eenheden
(morfemen) in een woord.
Voorbeeld: In het woord "onvriendelijk"
Morfologisch niveau zijn er drie morfemen: "on-" (betekent
(verschillende niveaus van taal) niet), "vriend" (basiswoord), en "-elijk"
(betekent iets als "eigenschap").
Morfologie leert kinderen hoe woorden
opgebouwd zijn en hoe ze nieuwe woorden
kunnen maken.
, Volgorde van zinnen (in zinnen): Dit niveau
gaat over de structuur van zinnen, oftewel
grammatica.
Syntactisch niveau (verschillende Voorbeeld: "De hond bijt de man" versus
niveaus van taal) "De man bijt de hond". Hoewel dezelfde
woorden worden gebruikt, verandert de
volgorde de betekenis van de zin. Op dit
niveau leren kinderen hoe zinnen op de
juiste manier worden gevormd.
Betekenis: Dit heeft betrekking op de
betekenis van woorden en zinnen.
Voorbeeld: Het woord "bank" kan zowel
Semantisch niveau (verschillende een meubelstuk als een financiële instelling
niveaus van taal) betekenen. Kinderen leren hier over de
betekenis van woorden en hoe context
helpt om betekenis te verduidelijken.
Gebruik (taalgebruikssituatie): Dit betreft
het gebruik van taal in sociale contexten en
hoe taalgebruik varieert per situatie.
Pragmatisch niveau (verschillende Voorbeeld: Een kind leert dat het anders
niveaus van taal) spreekt tegen een vriendje dan tegen een
leraar. Pragmatiek omvat ook het begrijpen
van onuitgesproken regels, zoals
beleefdheid en implicaties.
Spelling: Dit gaat over de spelling en
schriftelijke weergave van taal.
Orthografisch niveau
Voorbeeld: De juiste spelling van "huis" en
(verschillende niveaus van taal) het verschil met "huizen" of "huisje". Op dit
niveau leren kinderen regels voor correcte
spelling en interpunctie.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rikbeekmans. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.27. You're not tied to anything after your purchase.