Samenvatting - Biologie voor jou hoofdstuk 2 (2.1 t/m 2.3 en 2.6) en 3 (3.1 t/m 3.5 en 3.8)
All for this textbook (1)
Written for
Secondary school
VWO / Gymnasium
Biologie
6
All documents for this subject (5672)
Seller
Follow
UtkuOzmen
Content preview
🌷
Biologie Hoofdstuk 20
Bij geslachtelijke voortplanting komt stuifmeel uit de meeldraden op de stempel: de bestuiving
In het wild spelen de wind en insecten zoals bijen en hommels daarbij een rol. Het gevolg is dat de gameten
via stuifmeelzbuizen naar het vruchtbeginsel op of in de bloembodem groeien. Daar versmelten ze met de
gameten in de zaadbeginsels: de bevruchting
Hoe voert de veredelaar de bestuiving uit?
Hij knipt allereerst de bloemblaadjes en meeldraden weg. Zo houdt hij de moederplant over. Daarna brengt hij
met een penseel stuifmeel van de gewenste vaderplant op de stempel van de stampers. Na de bevruchting
groeit uit het vruchtbeginsel en de bloembodem een rozenbottel. Dat is een schijnvrucht met daarbinnen
kleine vruchtjes met één zaad. Uit de zaden kunnen weer nieuwe rozenplanten groeien.
Wat is een voordeel en nadeel van klassiek veredelen?
Voordeel: het levert mogelijk een veelbelovend nieuw rozenras met prachtige bloemen en goed bestand tegen
ziektes
Nadeel: Door het herhaaldelijk selecteren op bepaalde kenmerken verdwijnen (per ongeluk) andere
eigenschappen, zoals een sterk wortelstelsel.
In de wilde rozenpopulatie vinden de kruisingen willekeurig plaats en verarmt bij gelijkblijvende
omstandigheden de genenpool niet.
Waarom gebruiken sommige kwekers ongeslachtelijke voortplanting bij bijvoorbeeld rozen met een goed
gelukt ras?
Bij ongeslachtelijke voortplanting zijn de nakomelingen genetisch identiek aan de ouderplant (kloon).
Wat betekent oculeren?
Bij rozen kunnen bijvoorbeeld uit de ogen (oculi), een soort slapende knopen aan de takken van rozenplanten,
nieuwe rozentakken groeien nadat ze zijn geënt op een onderstam. Deze eenvoudige vorm van enten heet
oculeren. De wortels zijn vaak afkomstig van een wilde roos en hebben de eigenschappen daarvan, zoals een
sterk wortelstelsel. Deze manier van klonen kost de veredelaar veel tijd.
Biologie Hoofdstuk 20 1
, Waarom zijn grauwe schimmels zo een groot probleem voor planten? Kun je ze niet bestrijden met
fungiciden?
Dat kan, alleen de schimmel ontwikkelt heel snel resistentie tegen de gebruikte schimmelbestrijdingsmiddelen
De levenscyclus van een schimmel
Schimmels groeien uit sporen, haploïde cellen die dienen voor de vermeerdering van schimmels.
Schimmelsporen zweven overal in de lucht. Komt een spore van de grauwe schimmel op een bloemblad of
vrucht terecht, dan kiemt hij en groeit de plant in. Dat levert haploïde cellen die de plant binnendringen en
daar een netwerk van schimmeldraden vormen, het mycelium, dat door de hele plant heen groeit. De
aangetaste plantendelen kleuren bruin en verrotten doordat de plantencellen afsterven. De grauwe schimmel
vormt een grauwgrijs pluis: de sporendragers. De nieuwe sporen daarin verspreiden zich.
Genomics kennis
Biologie Hoofdstuk 20 2
, Wat is genetische modificatie?
Hierbij bouw je gewenste/gunstige genen in in het DNA van bijvoorbeeld een plant. Hierdoor ontstaan er
rozenplanten met extra genen die coderen voor de nieuwe eigenschap. Zulke planten noem je transgene
planten (gmo-planten)
Bij gmo-planten waarbij genen van planten van dezelfde soort zijn ingebouwd, spreek je van ……gene planten
Cisgene planten
Hoe vindt genetische modificatie plaats bij planten?
1. Een laborant isoleert het gewenste gen uit de cellen van het donororganisme
2. Hij kiest een geschikte bacteriesoort om het gen over te brengen in een cel van de ontvangende plant.
Bacteriën bezitten naast hun grote cirkelvormige DNA ook kleinere cirkelvormige stukken DNA:
plasmiden.
3. De laborant bouwt het over te brengen gen in bij een plasmide die nu als vector dient om het gen over te
brengen
4. Hij plaatst de plasmide in een andere zelfde soort bacterie en laat die bacterie delen tot een kloon
bacteriën, allemaal met de plasmide met het gewenste gen.
5. Die kloon brengt de laborant in een kweek samen met losse, niet-gedifferentieerde plantencellen. Bij een
aantal plantencellen dringt de plasmide met het gewenste gen binnen, waarna enzymen het gen inbouwen
in het DNA van de plantencel.
6. Doordat de laborant aan het over te brengen gen een markergen heeft gekoppeld dat bijvoorbeeld
codeert voor resistentie tegen een bepaald antibioticum, kan hij de cellen met het gewenste en aan het
markergen gekoppelde gen selecteren. De cellen zonder het markergen gaan na het toevoegen van dit
antibioticum dood. De cellen die overblijven, gaan op weefselkweek.
Biologie Hoofdstuk 20 3
, Weefselkweek: in een steriel groeimedium ontstaat uit elke cel eerst een klompje cellen en vervolgens, na
toevoeging van de juiste groeistoffen, een geheel nieuw plant.
Met uitzondering van één diploïde soort zijn alle wilde rozensoorten in Nederland polyploïd. Wat betekent dit?
Ze hebbe meerdere sets chromosomen
Mbv van colchicine kunnen onderzoekers polyploïdie opwekken door de vorming van trekdraden tijdens de
mitose te verhinderen, waardoor de chromatiden van de dubbelchromosomen na deling van het centromeer niet
uit elkaar gaan: non-disjunctie, een genoommutatie
Is de overerving van eigenschappen bij polyploïde of diploïde rozen ingewikkelder?
Polyploïde
Tijdens de meiose treedt recombinatie op, doordat de chromosomen twee aan twee groeperen, waarbij
uitwisseling van DNA door crossing-over kan plaatsvinden. Bij tetraploïde rozen kunnen ook de vier homologe
chromosomen met elkaar paren vormen en delen uitwisselen, waardoor het aantal recombinaties toeneemt. Het
maken van een genetische kaart voor de polyploïde snijrozen is voor onderzoeker dan ook een lastige opgave.
Wat is een DNA-marker
Stuk DNA dat gemakkelijk op te sporen is en dient als herkenningspunt voor een gewenst gen
Wat is een markergen
Een gen dat gekoppeld is aan een over te plaatsen gen waardoor controle mogelijk is of het proces van
genetische modificatie gelukt is. Is het markergen aanwezig in het DNA, dan is het gewenste gen ook
aanwezig
Proces van Non-disjunctie
Vraag 6
Biologie Hoofdstuk 20 4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller UtkuOzmen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.77. You're not tied to anything after your purchase.