100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Inleiding tot de algemene ziekteleer - Les 10 Reumatologie $3.23   Add to cart

Summary

Samenvatting Inleiding tot de algemene ziekteleer - Les 10 Reumatologie

 27 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van les 10 (reumatologie) van het vak 'inleiding tot de algemene ziekteleer', gegeven door Dr. Katrien De Vusser. Slides uit de les geïntegreerd met lesnota's.

Preview 3 out of 17  pages

  • May 6, 2020
  • 17
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
Les 10: Reumatologie
1. Botten, spieren, pezen, gewrichten
1.1 Structuur van het bewegingsstelsel
Kan een vraag op het examen
zijn, teken mij deze figuur.

Dit is kniegewricht, die staan
op elkaar. Kraakbeen, zorgt
ervoor dat er een schokdemper
is, dat ze kunnen bewegen ten
opzichte van elkaar, dat ze
elkaar geen schade
toebrengen.

Slijmbeurs, aan voorkant
gewricht om stoten op te
vangen en gewrichten te beschermen.

In gewrichtsholte zit ook een structuur/soort schokdemperstructuur.

Kapsel = geeft stevigheid aan het gewricht.
Spier = altijd aangehecht aan het bot met behulp van een pees.
 Botstructuren
 Gewricht structuren (kraakbeen, slijm, de twee botten die bewegen ten
opzichte van elkaar),
 Spieren (altijd aangehecht met een pees aan het bot).

1.2 Anatomie en functie
 Bot
o Bevat collageen en calcium en fosfor bevattende kristallen. Calcium,
collageen en fosor bevattende kristallen = belangrijke elektrolyten voor
het bot.
o Botaanmaak (osteoblasten) en botafbraak (osteoclasten) cellen.
 Kraakbeen
o Collageenvezels
o Water-aantrekkende proteoglycanen niet echt weten, soms belangrijk
om te weten omdat ze er onderzoek naar doen om kraakbeenstructuren
te herstellen.
o Elastisch vervormbaar: « stootkussen »
 Spier  Beweging door contractie van spiervezels. Spier wordt korter en
langer afhankelijk van het gebruik.
 Pezen  Collageenvezels, grote trekvastheid. Niet onbeperkt, te veel kracht
op een heel kort moment, ken scheuren.

1.3 Concepten
 Ontsteking

1

, o Arthritis: ontsteking van gewricht
o Tendinitis: ontsteking van pees
o Myositis: ontsteking van spier
o Bursitis: ontsteking van slijmbeurs
 Degeneratie  Arthrose: degeneratie van gewricht. Belangrijk verschil
tussen artrose en artritis.
 Pijn. Pijn, niet altijd makkelijk om te onderscheiden voor de patiënt, maar wel
twee aparte termen.
o Artralgie: pijn aan gewricht
o Myalgie: pijn aan spier

2. Ziekten van het bot
2.1 Osteoporose
 Verlies van botmassa en architecturale afwijkingen in het bot, leidend tot
botzwakte makkelijker botbreuken. Heel belangrijk. Komt in onze msp erg
veel voor en zorgt voor vele problemen.

Twee grote groepen
 Primaire (leeftijdsgebonden) osteoporose  Voornamelijk bij
postmenopauzale vrouwen of ouderen. Primair = vrouwen die ouder worden
krijgen botzwakte. Grootste risico van oudere mensen(boven 80) om te
overleiden is door heupfractuur die ontstaat door zwak bot, klein
impacttrauma met toch zware breuk. Lijkt banaal maar in deze leeftijdsgroep
meest voorkomende doodsoorzaak. Kans op overleiden in de 2 tot 4 weken
daarna erg hoog.
 Secundaire osteoporose
o Na Langdurig gebruik van corticosteroiden.
o Hypogonadisme problemen met geslachtshormonen
o Immobilisatie (spieren die niet meer werken = bot niet meer
gestimuleerd tot aanmaak, geen weerwerk meer tussen en dus ook zwak
bot).
o Secundair (verschil met primair erg belangrijk)= Voor systeemziekten
soms heel hun leven (van kinderleeftijd aan) lang dit gegeven omdat we
niets anders hadden en toen erg zware osteoporose. Nu ons meer van
bewust en proberen dit zo kort mogelijk en zo hoog mogelijk gedoseerd
omdat we zo het risico beperken. Maar als we het langdurig geven weten
we dat we heel vroegtijdig botzwakte gaan veroorzaken.




2

, Risicofactoren
 Vrouwen
 Late menarche
 Vroege menopauze: spontaan, heelkundig. Vroege menopauze = na moment
van menopauze hoger risico. Hoe vroeger dit moment hoe erger op lange
termijn, bv: op 70 jaar botleeftijd hebben van iemand die 80 is.
 Familiaal
 Tengere lichaamsbouw
 Lage calciuminname, laag vitamine D. Echt hard op letten, vooral bij mensen
met nieraandoeningen. Vitamine D = we komen weinig buiten, weinig zonlicht
en zonlicht maakt dat we vit D aanmaken. Met velen te laag, velen moeten dit
als supplement innemen.
 Sedentair leven
 Roken
 Alcoholmisbruik

Symptomen
 In principe pijnloos en asymptomatisch. Weinig, doet geen pijn en geen
klachten van. Meestal pas weten zodra te laat. Proactief nakijken met P maar
je voelt er niets van eigenlijk.
 Fracturen (risico ifv ernst, gemiddeld ¼ vrouwen met OP >60j).
o Soms spontaan: wervelindeukingsfracturen
 Meest frequente osteoporotische fractuur; meestal pijnloos.
 Door verlies van trabeculair bot.
 Soms plotse rugpijn, soms na beweging ontstaan.
 Kan gepaard gaan met neurologische uitvalsverschijnselen. Want
de zenuwen komen vanuit ruggenmerg en gaan naar buiten om
lichaam te benzenuwen, als je daar bot hebt dat indeukt en op
elkaar komt heb je druk op die zenuw.
 Vervorming van de wervelzuil. Mensen worden kleiner.
 Soms kan er zelfs geen impacttrauma teruggevonden worden.
Bv: indeukingsstructuur in wervel maar mensen weten niet wat
ze hebben gedaan. Impactmoment is pijnloos maar nadien wel
pijn.
o Soms na trauma: femurfhalsfracturen (heupfracturen)
 15% van vrouwen >80 jaar; 5% van mannen >80 jaar. Vrij
indrukwekkend.
 Kan levensbedreigend zijn (bloedverlies!) op het acute moment,
maar vooral levensbedreigend in de weken nadien. Waarom?
Mensen blijven liggen, liggen in hun bed, soms minder ademen,
minder goed voelen, doen soms een longontsteking. Maar vooral
immobilisatie is belangrijkste.
Normaal een schijfje tussen
(tussenwervelschijf). Typisch,
deze mensen krimpen een paar
cm omdat de wervels indeuken.




3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller brecht6319. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.23  1x  sold
  • (0)
  Add to cart