100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Hoorcollege aantekeningen Inleiding Internationaal Publiekrecht $5.84
Add to cart

Class notes

Hoorcollege aantekeningen Inleiding Internationaal Publiekrecht

 0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Aantekeningen van alle hoorcolleges van het vak Inleiding Internationaal Publiekrecht.

Preview 3 out of 45  pages

  • January 20, 2025
  • 45
  • 2024/2025
  • Class notes
  • Mw. dr. hilde woker
  • All classes
avatar-seller
WEEK 1

Grondslagen van de internationale rechtsorde
Nationale recht = verticale structuur (staat en burgers)
Internationale recht = horizontale rechtsorde (staten onderling)

Nl heeft gematigd monistisch stelsel (bepaalde internationale regels hebben rechtstreekse
werking in nl)

Leerdoelen → slides hoorcolleges

Internationale betrekkingen en onderlinge afhankelijkheden → maken internationale
samenwerking noodzakelijk → Internationaal publiekrecht helpt bij het vormgeven van
samenwerking

Internationaal recht kent bevoegdheden toe aan entiteiten die publiek gezag uitoefenen

1)​ Internationaal (geen nationaal recht)
2)​ Publiek (niet internationaal privaatrecht)
3)​ Recht (niet andere internationale normen)

Internationale rechtsbronnen: (week 3)
1.​ Gewoonterecht
2.​ Verdragen
3.​ Algemene rechtsbeginselen
4.​ Bindende besluiten van internationale organisaties (bijv van VN)
5.​ Secundair: rechterlijke beslissingen en opvattingen van de meest bevoegde
schrijvers

Dualisme vs monisme (verhouding tot nationaal recht, week 7)

PUBLIEKrecht:
-​ Reguleert uitoefening van publiek gezag in de internationale gemeenschap
-​ Internationale actoren:​
-​ Staten
-​ Andere internationale actoren (bijv internationale organisaties)
-​ beschermt publieke belangen (bijv veiligheid, welzijn, bescherming natuur, etc)

,Niet-juridische normen:
-​ Bijv aanbevelingen van algemene vergadering van VN (AVVN)
-​ Morele en religieuze normen
-​ Politieke overwegingen

Niet-juridische normen spelen wel rol in internationale rechtsorde, maar worden
onderscheiden van juridische normen aan hand van 2 criteria:
1.​ Bron van een regel (positivisme) = internationale rechtsbronnen
2.​ Schending gekoppeld aan een sanctie

Handhaving (week 4) en aansprakelijkheid (week 5)


Nationale rechtsorde Internationale rechtsorde

Hoogontwikkeld Gefragmenteerd (verschillende
organisaties, heel veel verdragen)

Verticale structuur (tussen staat en Horizontale structuur (tussen staten)
rechtssubjecten / burger)

Centraal gezag (wetgever, rechterlijke en Geen centraal gezag: decentraal karakter
uitvoerende macht)

Rechter → bindende uitspraken Geen ‘automatische wereldrechter’,
rechtsmacht internationaal gerechtshof
(staat moet ermee instemmen)

Grote beleidsvrijheid voor staten


Oorsprong internationaal publiekrecht =
-​ vrede van westfalen (1648): einde 80 jarige oorlog → scheiding tussen kerk en staat
→ begin van soevereine staat → belangrijk om tussen staten afspraken te maken
-​ Proces van dekolonisatie
-​ Oprichting VN

Hugo de groot (grotius) = soort voorvader van internationale rechtsorde
-​ Alumnus van leiden
-​ Ontsnapt in boekenkist uit slot loevestein
-​ Voorloper natuurrechtelijke denkers
-​ De iure belli ac pacis (over recht van oorlog en vrede)
-​ Mare liberum (vrijhandel en toegang tot de zee)

, Einde WO2 en dekolonisatie → handvest van de VN
→ Beginsel van zelfbeschikking: het recht van volkeren om over hun eigen lat te beschikken
→ 193 staten zijn lid

Europese invloed in internationaal recht
-​ Historisch gezien ‘europees’ publiekrecht, verbreid over de wereld door koloniaal
gezag (Nl speelde daarbij een grote rol (WIC, VOC) en oefende koloniaal gezag uit)
-​ Dus wel internationaal (in geografische zin), maar niet universeel

Na WO1 verloor europa zijn greep op internationale rechtsorde → VS als machtsfactor en
opkomst communistische Sovjet Unie

→ Westerse aanname: met toenemende globalisering zouden ook westerse ideeën, zoals
democratie en mensenrechten, globaal worden overgenomen
→ MAAR: kloof tussen westen en china/rusland groter dan ooit: veel staten in azië en afrika
kiezen niet de kant van het westen

2 kernbegrippen:
1.​ Soevereiniteit
​ Niemand staat boven de staat, soevereine gelijkheid van staten (geen staat staat
​ boven een andere staat), rechtsmacht van staten en beperkingen daarop (week 6).
Alle staten hebben dus een gelijke juridische positie
2.​ Instemming (consent)
​ Een staat moet instemmen met een bepaalde regel / lidmaatschap van een
internationale organisatie voordat deze bindend is voor de staat (week 3)
​ Vloeit voort uit het beginsel van soevereine gelijkheid

3 organisatievormen van internationaal recht:
1.​ Recht van co-existentie = vreedzaam naast elkaar bestaan van onafhankelijke staten
2.​ Recht van samenwerking = gemeenschappelijke belangen, actieve samenwerking
tussen staten
3.​ Recht van integratie = bijv EU, en in mindere mate de VN (bepaalde bevoegdheden
afstaan)

MC-vraag = A
→AVVN is voorbeeld van soevereiniteit van staten: elk lid heeft 1 stem
(niet bindende resoluties)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller siennahooftman. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.84. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

61231 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$5.84
  • (0)
Add to cart
Added