Buitenschrijnwerk heeft enorme evolutie meegemaakt in de geschiedenis.
- Middeleeuwen: Smalle verticale openingen of “glas in lood”
- Vanaf 17de – 18de eeuw: Glasoppervlakte wordt groter (ruitvorm)
- Begin 20ste eeuw: Uitvinding van getrokken glas
1.2. ALGEMEEN
TERMINOLOGIE
Venster: Element van het gebouw dat een muuropening afsluit, verzekert verlichting en verluchting.
Vast venster: Venster zonder vleugel.
Opengaand venster: Venster met een vast kader en een vleugel. Samengesteld venster: Venster met vaste
of opengaande delen in een vast kader en gescheiden door stijlen of dwarsregels.
Dubbel opengaand venster: Vast kader met 2 vleugels zonder vaste tussenstijl.
Samengesteld venster: Venster met vaste of opengaande delen in een vast kader en gescheiden door
stijlen of dwarsregels.
Vensterdeur: Venster met deurhoogte dat de toegang en doorgang toelaat.
Schuifvenster: Constructie met 1 of meerdere bewegende vleugels die zich verplaatsen in het vlak van de
constructie en niet geschikt voor doorgang van personen bij normaal gebruik (schuifdeur).
Vleugel of opengaande vleugel: Bewegend element van een venster.
Bovenlicht: Beglaasd element boven in het venster doorgaans van beperkte hoogte, dat al dan niet kan
worden geopend.
Vasistas: Kleine openvallende vleugel boven de bovendorpel van een venster of deur.
Vast kader: Vast deel rond een venster of vensterdeur dat verbonden wordt met de structuur van het
gebouw.
Borstwering: Muurdeel tussen het vloerniveau en de dorpel van een venster- of deuropening.
1
,OPENINGSWIJZEN
De openingswijzen op plannen zijn van het perspectief binnenuit gezien:
- De beweging van de vleugel naar de gebruiker toe wordt aangeduid met een doorlopende lijn
- De beweging van de vleugel van de gebruiker weg wordt aangeduid met een stippellijn
Aanduiding op gevelplannen architectuur: Aanzichten zijn van binnenuit gezien
- Volle lijn = Buitendraaiend
- Stippellijn = Binnendraaiend
- Pijlen = Schuifdeur/schuifraam
2
,PRESTATIES VAN HET BUITENSCHRIJNWERK : > PRODUCTNORM & CE-
MARKERING
NBN B 25-002-1 (2009)
a. Luchtdoorlatendheid
o Vensters worden ingedeeld in klassen van 1 tot 4 (slacht naar best)
o Een raam aan de kust heeft een hogere klasse dan een raam in het binnenland, dit omdat
er meer wind is aan de kust.
o Vleugel en draaikipvensters hebben doorgaand betere prestaties
o Schuiframen scoren veel minder dan draaikipvensters
o Globale luchtdichtheid sterk afhankelijk van kwaliteit van de verbinding, de uitvoering
o Aandachtspunten:
▪ De continuïteit van de luchtdichtheidsrubbers
▪ De aandrukking van de luchtdichtheidsrubbers
▪ De afstelling van het hang- en sluitwerk
▪ Het aantal sluitpunten
o Belangrijk aandeel aan globale luchtdichtheid van een gebouw te wijten aan luchtlekken
doorheen het buitenschrijnwerk
b. Weerstand tegen windbelasting
o Welke vervorming ondergaat het raam i.f.v. windbelasting
o Bij druk en onderdruk
o Hoe groter profieldiepte, hoe beter bestand tegen wind
o Hoe groter glasoppervlak, hoe slechter bestand tegen wind
c. Waterdichtheid
o In welke mate dat er water binnen komt bij toenemende druk en toenemende
beregeningstijd
o Verschillende klasses
d. Bepaling klasse vensters in functie van:
o Plaatsingshoogte boven maaiveld → Hoger = strengere klasse
o Ruwheid van het terrein → Opener = strengere klasse
3
, Luchtdicht bouwen is ervoor zorgen dat warme binnenlucht niet naar buiten kan en koude buitenlucht
niet naar binnen. Goede ramen en deuren zijn dus essentieel, muuropeningen moeten minstens 1cm
groter zijn dan het raam voor de bevestiging. Hoe groter het glasoppervlak, hoe dikker het glas moet zijn.
RELEVANTE WETGEVING
EPB-wetgeving:
- Globaal warmteverlies door vensters, ramen nemen minder dan 10% in van de totale gebouwschil
maar zorgt toch voor 38% van het globaal verlies van warmte.
- Beperking d.m.v. 𝑈𝑚𝑎𝑥 → 𝐵𝑖𝑗 𝑣𝑒𝑛𝑠𝑡𝑒𝑟𝑠 𝑈𝑚𝑎𝑥 =
𝑈𝑤 (𝑤𝑖𝑛𝑑𝑜𝑤), 𝑤𝑎𝑎𝑟𝑏𝑖𝑗 𝑈𝑤 𝑏𝑒𝑝𝑎𝑎𝑙𝑑 𝑤𝑜𝑟𝑑𝑡 𝑑𝑜𝑜𝑟 𝑈𝑔 (𝑔𝑙𝑎𝑠) 𝑒𝑛 𝑈𝑓 (𝑓𝑟𝑎𝑚𝑒).
- Blinde gevel = Gevel zonder ramen
- Opake gevel = Blinde gevels zonder ramen of deuren in
- Transparante gevel = Wel deuren of ramen in → 6x minder goed op vlak van isolatie.
S-peil (=schilpeil):
De energie-efficiëntie van de gebouwschil. Het vat alle energetische kwaliteiten van de schil samen tot 1
getal. Het zegt hoe goed de schil bestand is tegen koude dagen, maar ook of er genoeg zonnewering is op
warme dagen en of de woning een efficiënte vorm heeft. Het S-peil geldt per wooneenheid, dus voor een
appartement en niet voor een appartemenstgebouw.
Brandwetgeving (hoe hoger het gebouw, hoe strenger de eisen)
- 2 fundamenteel verschillende eisen:
o Brandreactieklasse (gedrag van een product, dat door zijn degeneratie een brand waaraan
het is blootgesteld voedt) uitgedrukt in:
▪ Brandbaarheid A t.e.m. F
▪ Rookontwikkeling S1 t.e.m. S3 → S3 geeft meer rook dan S1
▪ Brandende druppels D0 t.e.m. D2
o Brandweerstand (de eigenschap van een bouwelement om bij brand gedurende een
welbepaalde tijd zijn functies te blijven vervullen) uitgedrukt in:
▪ Stabiliteit → R (enkel voor draagstructuren)
▪ Vlamdichtheid → E
▪ Thermische isolatie → I
Bv. Vensters met brandweerstand EI30 = Vlamdicht en thermisch isolerend voor 30 min.
Akoestische norm (impact op glastype bij een normaal en verhoogd akoestisch comfort)
Welke eisen?
- Luchtgeluid beperken
- Contactgeluid beperken
- Lawaai van buitenaf beperken
- Installatielawaai beperken
Veiligheid
Ook moet er altijd gelet worden voor risico’s op vallen en verwondingen, hiervoor is er ook een wetgeving
die afhankelijk is van de valhoogte en van de borstweringhoogte.
Toegankelijkheid
Alle publiek toegankelijke gebouwen moeten voor iedereen toegankelijk kunnen zijn, zo moet er een vrije
doorgangsbreedte zijn van 90 cm voor rolstoelgebruiker.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lolzzlaura. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.94. You're not tied to anything after your purchase.