100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Basiskennis Taalonderwijs samenvatting H3, H4, H5 en H9 $3.21   Add to cart

Summary

Basiskennis Taalonderwijs samenvatting H3, H4, H5 en H9

 27 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Een overzichtelijke samenvatting van het boek Basiskennis taalonderwijs H3, H4, H5 en H9. Succes met het leren!

Preview 1 out of 4  pages

  • No
  • H3, h4, h5 en h9
  • May 11, 2020
  • 4
  • 2018/2019
  • Summary
avatar-seller
Basiskennis taalonderwijs samenvatting

Hoofdstuk 3: mondelinge taalvaardigheid

Verschillende theorieën over taalverwerving:
- Behaviorisme: door imitatie. Het kind bootst de taal die het hoort na. Bij goedkeuring
zal hij het nog vaker gaan zeggen. Het leert eerst frequente, concrete, zelfstandige
naamwoorden en werkwoorden die verwijzen naar dingen en acties uit de omgeving.
- Creatieve constructietheorie: aangeboren vermogen. Het kind kan zelf structuur
ontdekken en zinnen vormen m.b.v. creativiteit.
- Interactionele benadering: combinatie van bovenstaande.

Verschillende niveaus van taal (herhaling): fonologisch (losse spraakklanken, ah, buh buh),
morfologisch (gevald wordt gevallen), semantisch (alle dieren zijn paard), syntactisch
(woorden combineren, waar bal wordt waar is de bal) en pragmatisch (dingen netjes vragen).

We onderscheiden 2 periodes in het taalverwervingsproces:
- Prelinguale periode (0 tot 1)
- Linguale periode (vroeg 1 tot 2,5) (differentiatie 2,5 tot 5) (voltooiings 5 tot 9)

Prelinguale periode: voor de eerste woordjes, maar er zijn al wel klanken/geluid. Hiermee
communiceert het kind, bv. huilen = honger. Vervolgens gaat het kind zich actief bezig
houden met taal (luisteren en klanken maken: vocaliseren). Daarna wordt het steeds
gevarieerder en produceren ook medeklinkers (vocaal spel). Ouders gaan hierop inspelen en
er ontstaat een soort interactie. Hierna gaat het kind brabbelen (klankgroepen herhalen,
mamama). Dit lijkt al meer op taal, maar het kind verwijst nog nergens naar. Tot slot gaat e
variatie toenemen en oefent het kind met aspecten van taal (articulatie, zinsmelodie, etc.).

Linguale fase:
- Vroeglinguale periode: betekenisvol taalgebruik in specifieke context (verbonden aan
gebeurtenis of actie). Vaak wordt het woord nog niet goed uitgesproken omdat ht
spreekmechanisme nog niet zover is. Wel moeten losse woordjes vaak een zin
voorstellen (eenwoordzin). Poes betekend daar zit een poes. Deze fase duurt
ongeveer een half jaar. Daarna worden woorden gecombineerd (tweewoordzin). Het
kind leert relaties aangeven, grammatica en volgorde van woorden. De klanken zijn
nog steeds niet helemaal correct. Al snel kunnen kinderen ook meer dan 2 woorden
gebruiken (meerwoordzin). De woordenschat (vooral inhoudswoorden) groeit enorm.
- Differentiatiefase: nu ook morfologische en pragmatische aspecten van taal: woorden
kunnen van vorm veranderen, taal wordt los van de context gebruikt, functiewoorden
worden gebruikt en de vorm heeft invloed op het woord (meervoud, verkleinwoord)..
Deze ontwikkelingen komen doordat de leefwereld van het kind veranderd.
- Voltooiingsfase: processen worden uitgebouwd. De taal wordt aan het eind hiervan
op dezelfde manier beheerst als volwassenen. Het verschilt echter in: woordenschat,
onregelmatige vormen van woorden (bijv. verleden tijd) en langere zinnen.

Simultane tweetaligheid: 2 talen tegelijk leren (voor 3e levensjaar).
Successieve tweetaligheid: 2e taal na 1e taal (na 3e levensjaar). Het leren van de 2e taal wordt
beïnvloed door kennis van de 1e taal: interferentiefouten. Bv: turks kent geen verschil
tussen /i/ of /ie/, dus kind zou wiel uitspreken als wil. Bij successieve tweetaligheid duurt het
ook veel langer om de taal te leren (weinig input, oefenen). Je kunt beter als je jong bent een
tweede taal erbij leren. Het leren van begrippen is vooral lastig bij een tweede taal doordat er
veel verschillen zijn (betekenis, gevoelswaarde).

Spreekstrategie: manier van spreken om een doel te bereiken. Journalist wil veel weten,
spreekstrategie: vragen stellen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AMBR. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$3.21
  • (0)
  Add to cart