Een biologische soort is een groep individuen die:
– morfologisch sterk op elkaar lijken
– zich onderling kunnen voortplanten
– een vruchtbaar nageslacht voortbrengen.
v Er bestaat een voortplantingsbarrière
ø tussen 2 verschillende soorten: geen uitwisseling genen à reproductief geïsoleerd
v Binnen groep individuen: individuele barrière (soorten niet onveranderlijk)
Voorbeelden:
Poedel – Duitse herder: morfologisch niet op elkaar gelijken, maar behoren toch tot de soort “hond”
Tsiftjaf – fitis: morfologisch zeer goed op elkaar gelijken, maar behoren niet tot dezelfde soort
muildier: kruising tussen paardenmerrie – ezelhengst; dier is steriel à paard en
ezel behoren tot verschillende soorten
Geografische ondersoorten
geografische ondersoort = Als een populatie van een soort geografisch gescheiden is van de rest, en
er ook duidelijk van te verschillen zijn.
Oost-Azië: 6 ondersoorten van tijger in geografisch gescheiden gebieden
9 Morfologisch duidelijk van elkaar te onderscheiden
9 Niet reproductief geïsoleerd
à Dezelfde biologische soort (Panthera tigris) maar derde woord in naam heeft de ondersoort
à Functie: geografische ondersoort (bv. Panthera tigris sumatrae)
Rassen
Ras = een populatie die door variatie afwijkt van andere populaties binnen de soort
Argumenten uit de geologie
à Opvattingen van jonge Darwin (voor de reis met Beagle (onderzoeksschip)):
catastrofisme
Het geloof dat het aardoppervlak (met bergen, valleien, oceanen) een gevolg is van goddelijke
catastrofes; voorbeeld: zondvloed + Ark van Noah
Ouderdom aarde? maar 6 000 jaar oud
Fixisme = soorten zijn onveranderlijk
à Daarna, aan boord van Beagle; verandering in opvattingen van het geloof.
, 1) Lyell: bergen, valleien, oceanen: niet ontstaan door plotse catastrofes, wel door geologische
processen (sedimentatie, erosie) à veranderingen: geleidelijk àuitzicht aarde nauwelijks
veranderen: actualiteitsprincipe à aarde ouder
2) Actualiteitsprincipe: ook voor dieren en planten; aardoppervlak verandering à verandering milieu
à levende organismen veranderen, maar heel laag tempo
Argumenten uit de embryologie
Conclusie: in beginfase van de ontwikkeling zijn alle embryo’s in grote lijnen gelijk.
Hoe? Aanleg kieuwbogen en kieuwspleten
Algemene conclusie: alle organismen stammen af van een gemeenschappelijke voorouder
Argumenten uit de vergelijkende anatomie
v HOMOLOGE ORGANEN
voorste ledematen van acht gewervelde dieren
è Besluit 1): type beenderen hetzelfde (in dezelfde onderlinge positie)
namelijk: opperarmbeen, spaakbeen en ellepijp, handwortelbeentjes, middenhandsbeentjes,
vingerkootjes
Functie: Graven, lopen, zwemmen, vliegen
è Besluit 2): ledematen hebben verschillende functies
homologe organen = ledematen die opgebouwd zijn volgens hetzelfde schema, maar een
verschillende functie kunnen hebben.
à Alle organismen stammen af van een gemeenschappelijke voorouder
ø homologie komt ook voor bij vergelijking bloedvatenstelsel, spijsverteringsstelsel,
ademhalingsstelsel van gewervelde dieren
v RUDIMENTAIRE ORGANEN
= organen die hun functie hebben verloren, hoewel ze die functie in een ver verleden wel hadden.
Voorbeelden:
è Bij slangen, walvissen: overblijfselen van ledematen à voorouders: voortbeweging via poten
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Jo027. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.27. You're not tied to anything after your purchase.