Les 1: inleiding + recente denkkaders
Pedagogie= waardengeladen discours
→ filosofie als historische achtergrond
→ vetrekt vanuit een aantal aannames, kaders, waarden, normen, overtuigingen,…
2 principes moderne pedagogiek: combo van beide is het doel
1. Pedagogisch optimisme: mensen worden niet bepaald door hun aanleg maar beïnvloed door
opvoeding, vorming en onderwijs
→ er is sowieso nature maar dit is geen fundament
2. Kinderen zijn zelfhandelende en zelfdenkende subjecten
→ in plaats van aanleg wordt vertrokken vanuit “kinderen kunnen leren”
→ in plaats van milieu wordt vertrokken vanuit het oproepen tot activiteit
→ leidt tot zelfverantwoordelijke zelfbepaling en mondigheid
Ontwikkelingsverloop en opvoeding: universele inzichten in de ontwikkelingsverloop
1. Tot ongeveer 9 maand vrij universeel: tot aan “joint attention”-moment
2. Vanaf 5-7 jaar: “schoolkindfase” (zelfregulatie, taakbesef, concentratievergroting,…)
3. Adolescentie: toenemend zelfbewustzijn, eigen persoonlijkheid, persoonlijke keuzes, belang
van leeftijdsgenoten, eigen jeugdcultuur,…)
Lifespan viewpoint= levensloopperspectief (benanderingswijze, geen theoretisch concept)
→ belangstelling ontstaan door de groeiende levensverwachting van de laatste generaties
→ heeft een andere manier om te kijken naar ontwikkeling:
- Van conceptie tot de dood
- Onder invloed van sociaal-culturele veranderingen
- Veranderingen per fase en interrelationele beïnvloeding binnen en tussen die fases
Uitgangspunten:
- Op elk moment in de ontwikkeling is het individu vatbaar voor verandering
- Kwantitatieve (op een ander niveau) en kwalitatieve veranderingen (van andere aard)
- Veranderingen zijn veelzijdig qua patroon
3 oorzaken van veranderingen in de menselijke ontwikkeling:
• Normatieve effecten: gebeurtenissen die alle mensne op de zelfde leeftijd meemaken ( vb.
biologisch rijpingsproces)
• Niet-normatieve effecten: onverwachte gebeurtenissen (vb. werkloosheid)
• Cohorteffecten: beïnvloedingen door de tijdsgeest, gevolgen van periodes die iedereen
treffen
Dit alles leidt tot nieuwe bevindingen:
- Verschillen tussen individuen nemen toe doorheen de levensloop
- Leeftijd versus sociaal-culturele veranderingen
- Beïnvloedbaarheid van het intellectueel functioneren in de late volwassenheid is een
onderwerp van onderzoek
Pedagogische implicaties: verbreding van concepten en doelstellingen in onderwijs en opvoeding
- normatieve ontwikkelingstaken
- individuele variabiliteit
- sociaal culturele veranderingen
→ aanpassingen van instructiestrategieën
,→ nieuwe relevante thema’s: gezondheid en welzijn, ouderschap en onderswijs,…
Einddoel van opvoeding: zelfkritische mens worden (maar dit proces eindigt nooit)
Pedagogische relatie= verschillend van alle andere relaties en dus uniek
→ is gepreïntendeerd: ouder is verantwoordelijk voor het kind en dat is onomkeerbaar
Ouder: kan bij de pedagogische relatie niet om zijn verantwoordelijkheid heen
→ een baby is helemaal afhankelijk van verzorging
→ er zijn wettelijke bepalingen (vb. ouders verantwoordelijk tot 18 jaar)
→ ook in het onderwijs blijven ouders verantwoordelijk
Boven- en ondergens van de relatie:
Gezagsrelatie van bij de start Tweezijdige relatie
- zodra taal verworven is door het kind - invloed van de ouders op het kind
wordt het gezag bevraagd en vraagt de - invloed van het kind door actief mee te
opvoedingsrelatie om motivatie doen: kind zet ouders aan tot opvoeden
- tot aan de zelfverantwoordelijke
zelfbepaling moet men zelf afwegen
tussen waarden en normen
Les 2: kindbeelden
Kindbeeld= de manier waarop volwassenen zich denken te verhouden tov kinderen
→ is een sociaal construct
Middeleeuwen = het kind is onbestaande
→ “aapje zonder schaamte”
→ het gezin kent geen affectieve functie
Resultaat: hoge kindersterfte
Vanaf 6-7 jaar: kind wordt aanzien als volwassene en dus arbeidskracht
→ kind is een “mini-volwassene”
17de-18de eeuw Empirisme: kennis komt voort uit ervaring dus waarnemen staat centraal
Rationalisme: de rede is de meest betrouwbare bron van kennis
De verlichting: waarheid kan enkel bewezen worden door theorie en verstand
→ de mens is van nature gelijk, het milieu is bepalend voor de ontwikkeling
John Locke: empirist
• het kind is een tabula rasa
• het kind is potentieel gevaarlijk
• geloof in kneedbaarheid van het kind
• het kind is van nature goed
• bescherming van het kind voor de ‘slechte’ samenleving
• Emile ou de l’educaion (1762)
→ opvoeder moet mogelijkheden scheppen voor interactie en opvoeding te
controleren
19de eeuw = steeds meer aandacht voor het kind op verschillende levensdomeinen
→ periode van industrialisatie: slechte leefomstandigheden en hygiëne onder
de arbeidsbevolking leidt tot hoge kindersterfte
, 20ste eeuw = aandacht voor en bescherming van het kind neemt steeds meer toe
- 1989: wet op kinderarbeid (+ verklaring van de kinderrechten)
- 1912: wet op kinderbescherming
- 1914: wet op leerplicht
Aandacht voor het kind: uit economische belangen
→ het kind is niet alleen toekomstig producent, maar ook consument
(productie van speelgoed, kopen vna gezonde voeding, kinderkledij,…)
Verschillende kindbeelden: kindbeelden zijn sociale constructen
→ hoe we kijken naar kinderen wordt bepaald door de maatschappelijke context en heersende
waarden en normen
1. het maagdelijk kindbeeld
= dominant kindbeeld in de opvoederswereld
→ kind is een leeg vat en de opvoeder voorziet het van kennis, identiteit en cultuur
Tabula Rasa (John Locke): de nadruk ligt op de eerste levensjaren, finaliteit in de volgende
→ herkenbaarheid in de ontwikkelingsfasen is een sociaal en cultureel gegeven
Uit zich in:
• Normalisatie: de norm die geldt voor alle kinderen
→ kinderen die de norm niet beantwoorden zijn abnormaal
→ link empirisch-analytische stroming): kenmerken van kinderen statisch vastleggen,
gemiddelen, normen,…
• Decontextualisatie: bestuderen van het kind of de dyade moeder-kind, zonder rekening te
houden met sociale, economische of culturele status
• Naturalisatie: ontwikkeling is natuurlijk en universeel en behoort tot de natuurwetten
→ gevolg: moeder heeft niet alleen een natuurlijke band maar is ook verantwoordelijk
2. onschuldig kindbeeld
= kindwereld met nadruk op natuurlijkheid, veiligheid, continuïteit en bescherming
• Romantiek – J.J. Rousseau
• Kind is naïef, onschuldig en primitief
• Denken in tegengestelden: kind vs. volwassene
• Roept vertedering en bescherming op: enerzijds nadruk op zelfontplooiing, anderzijds
bescherming tegen gevaarlijke invloeden van volwassenen
• Kind wordt verwittigd bij nieuwe hypes: gevaren van sociale media, internet,… uitleggen
• Kind is weerloos en ondergaat
3. perverse kindbeeld
= kind is “geregeerd” door natuurlijke instincten en primitieve driften
→ beschavende invloeden kunnen dit overstijgen tot rationele en morele samenleving
→ schijnbaar tegengesteld met onschuldig kindbeeld maar op zelfde continuüm
• Zelfopvoeding: richt zich naar de rede om instinctmatige natuur te beheersen en
ontwikkelen van de eigen natuurlijke aanleg (Kant)
• Vindt zijn uitwerking in jaren 60-70
• Kindertijd is bepalend voor de verdere ontwikkeling (ouders zijn belangrijk)
• Een mondig kind is het doel
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jasmijndb. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.