100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Open ogen in de kleurrijke klas en TVO $4.01   Add to cart

Summary

Samenvatting Open ogen in de kleurrijke klas en TVO

1 review
 1044 views  12 purchases
  • Course
  • Institution

De hoofdstukken uit open ogen in de kleurrijke klas en TVO die van toepassing zijn op ABV-CCK

Preview 2 out of 12  pages

  • March 14, 2014
  • 12
  • 2012/2013
  • Summary
  • Unknown

1  review

review-writer-avatar

By: taleenkshishian • 5 year ago

avatar-seller
Student: Hans van Dongen (GLU)
Docent: John Macco
Datum: 1 okotber 2009

Kenmerk: Huiswerk boek ‘Open ogen’, leesvragen Inleiding en Hoofdstuk 1




Open ogen in de kleurrijke klas

Leesvragen inleiding
1. Wat is de visie van de auteurs van ‘Open ogen’ op diversiteit?
Leren in interactie.
Zij hechten belang aan de pedagogische relatie tussen leraar en leerlingen: docenten die meer interesse tonen
in de achtergrond van de leerlingen en hun verhaal zijn ook meer geneigd tot creëren van ruimte in de klas-
seninteractie. Didactisch en interpersoonlijk moet je om kunnen gaan met de leerlingen. Je moet een breed
repertoir hebben en een grote betrokkenheid. Diversiteit moet als een vanzelfsprekend feit worden gezien op
scholen. Actief meedoen is daarbij van cruciaal belang.

2. Leg uit waarom zij met dit boek aandacht voor taalontwikkeling met de pedagogische invalshoek willen verenigen?
Wanneer er een grotere zelfstandigheid van leerlingen gevraagd wordt, wordt volgens de schrijvers, sturing van
het eigen leerproces, inzicht in de eigen taalvaardigheidsontwikkeling en vertrouwen in de eigen mogelijkheden
belangrijk voor de docent om daar aan te werken. De leerlingen bevinden zich in de leeftijdsgroep waarin grote
persoonlijkheidsveranderingen optreden; de adolescentie waarin identiteitsvorming heel belangrijk is.

3. Maak duidelijk hoe de pedagogische-, interpersoonlijke- en didactische competentie nauw met elkaar samenhan-
gen?
De docent moet een breed repertoire hebben om contact met de leerling te leggen, de zogenaamde pedagogi-
sche competentie.
Het idee is dat, wanneer een docent oog heeft voor de leerling, hier een positief contact uit op te bouwen is
waardoor de leerling mee wil doen aan het onderwijs. Als de leerling dan meedoet kan de docent weer letten op
zijn taalontwikkeling. Dit is de zogenaamde interpersoonlijke competentie.
Daarnaast moet de docent moet een breed (taal)didactisch repertoire hebben en dus didactisch competent zijn.
Daarbij komt nog dat de docent zelf altijd een onderzoekende houding moet hebben, om in deze competenties,
competent te blijven.


Leesvragen Hoofdstuk 1
1. Welke bezwaren kleven er aan termen als ‘achterstandskinderen’, ‘problematiek van zwarte scholen’, ‘anderstaligen’
en ‘moslimkinderen’?
Het risico van dogma’s en stigmatisering.
Er bestaan zo veel verschillen tussen leerlingen dat geen enkele algemene term alle belangrijke factoren kan
uitdrukken. Door het gebruik van deze termen kan de verscheidenheid uit het oog verloren raken en is de kans
groter in stereotiepe beelden te denken. Hierdoor kunnen aan bepaalde typen leerlingen bepaalde problemen
worden toegeschreven die niet per sé bij hen horen en waar zij dan ook niet bij gebaat zijn.

2. Waarin kunnen leerlingen van elkaar verschillen?
Herkomst, met alle (onderwijs)culturele verschillen daarin meegenomen.
De benadering van Nederland en het nederlands kan anders zijn afhankelijk van de gewoonten geleerd en
meegenomen door de leerlinge uit een ander land en/of een ander milieu. De manier van les krijgen kan ook
verschillen met wat een leerling gewend is, ongeacht of deze uit een ander land komt of niet, het verschil tus-
sen vmbo en mbo is al groot genoeg voor ieder in Nederland geboren leerling. Daarnaast is de taalsituatie van
belang: welke taal spreekt de leerling het meest naast de school.

Voor sommigen kan het koloniale verleden van Nederland een rol spelen in hun verhouding met de Neder-

, landse samenleving, omdat hun ouders daarvandaan komen. Andere jongeren zijn (bijv. vanuit een oorlogsge-
bied) zelf op latere leeftijd naar Nederland gekomen. Voor hen kunnen trauma’s een rol spelen in hun leven.
Andere groepen kunnen een enorme generatiekloof met hun ouders hebben, door bijvoorbeeld de onge-
schooldheid van hun ouders.

3. Wat zijn de overeenkomsten?
De grootste overeenkomst is hun leeftijd. Voor allemaal geldt dat zij bezig zijn met (de ontwikkeling van) hun
identiteit: wie ben ik, wat is mijn positie in de wereld om nij heen?

4. Wat heeft leren met identiteitsontwikkeling te maken?
Doordat je als mens nieuwe kennis en ervaringen opdoet, verandert je wereldbeeld steeds een beetje. En als je
wereldbeeld verandert, verander je zelf ook. Je gaat anders denken over mensen, dingen, gebeurtenissen en in
wisselwerking daarmee verandert je gedrag.

5. Wat moet je als leraar weten over identiteitsontwikkeling?
Je moet als leraar weten welke factoren in de leefwereld van jongeren van invloed zijn op hun identiteitsontwik-
keling. Weten dat zij volop te maken hebben met biologische ontwikkelingen en de daarmee gepaard gaande
hormonale veranderingen. De leerling gaat zich langzaam losmaken van de ouders. Ook docenten worden mo-
gelijk in die groep (van ouders) zo gezien en dus ook daar zetten zij zich vanaf. Opkomende seksualiteit, opzoe-
ken van grenzen en identificeren of afzetten van anderen hoort bij deze fase.
De omgeving (de relatie tot anderen) speelt een belangrijke rol bij identiteitsontwikkeling. Vooral bij allochtone
leerlingen wordt op verschillende momenten een andere rol verwacht. De eisen van ouders kunnen verschillen
van de eisen van de docent of de vriendengroep. Bijvoorbeeld thuis wordt een onderdanige houding verwacht,
op school daarentege juist een actieve, meewerkende houding.

Daarnaast ontwikkeld het denken zich van concreet naar abstract niveau.

6. Leg het Pygmalioneffect uit.
‘Self fulfilling prophecy’.
Als een docent denkt dat een kind weinig capaciteiten heeft, zal hij geen beroep doen op die capaciteiten waar-
door de verwachting uitkomt. Ook als hij lastig gedrag verwacht, kan hij door een kortaffe wijze van communice-
ren dit lastige gedrag juist zelf uitlokken.

7. Waarom is multiperspectiviteit voor een leraar belangrijk?
Het is belangrijk voor een docent bij zichzelf na te gaan hoe hij in het leven staat, hoe hij de wereld bekijkt.
Dit wereldbeeld is grotendeels bepaald door zijn eigen opvoeding, cultuur/omgeving, scholing, zijn eigen
persoonlijke ervaringen. Hierdoor kan hij teveel van zijn eigen standpunten uitgaan. De docent moet echter zelf
open staan voor (andere) ideeën van bijvoorbeeld de leerlingen in zijn klas.
Door meerdere leerlingen over hetzelfde hun mening te laten geven of hun ervaringen te laten vertellen, komen
er meerdere perspectieven naar voren. Door oprechte interesse te tonen in de leefwereld van de leerlingen kan
er een goede interactie ontstaan tussen de docent en de leerling en kan dezelfde docent ook weer leerervarin-
gen opdoen.

Als de docent zich hiervan bewust is kan er een goed klassenklimaat ontstaan.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller robinevt. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.01. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

76449 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.01  12x  sold
  • (1)
  Add to cart