Samenvatting van het boek de samenleving kennismaking met de sociologie en aantekeningen van de lessen. De hoofdstukken die naar voren komen in deze samenvatting zijn:
H1: Wat is sociologie
H2: Sociologische theorieën en methoden
H3: Cultuur
H5: Sociale interactie in het dagelijks leven
H7: E...
Sociologie is het systematisch onderzoek van de menselijke samenleving. Sociologie laat ons zien dat
onze positie in de samenleving zeer veel invloed heeft op de ervaringen die we in ons leven opdoen.
Sociologisch perspectief: Het specifieke gezichtspunt van sociologie waarmee in het leven en gedrag
van individuen algemene maatschappelijke patronen zichtbaar worden.
Mondiaal of globaal perspectief: Het onderzoeken van de wereld in zijn geheel en de plaats die onze
samenleving daarin inneemt.
- Het leven dat we leiden wordt gevormd door het land waarin we leven;
- De contacten tussen samenlevingen zijn zeer sterk toegenomen;
- Veel sociale problemen waarmee de Westerse wereld geconfronteerd wordt, zijn elders veel
erger;
- Globaal denken helpt ons om meer inzicht in onszelf te krijgen.
Het hanteren van het sociologisch perspectief is in veel opzichten zinvol:
- Sociologie speelt een belangrijke rol in het tot stand komen van de wetten en
overheidsmaatregelen die ons leven beïnvloeden;
- Op individueel niveau bevordert het sociologisch perspectief onze persoonlijke groei en
bewustwording;
- Een studie van de sociologie is een uitstekende voorbereiding op de arbeidsmarkt.
De sociologie heeft vier positieve effecten:
- Aan de hand van het sociologisch perspectief kunnen we nagaan wat er wel en niet klopt aan
het alledaagse denken;
- Het sociologisch perspectief geeft ons een beter inzicht in de mogelijkheden en de
hindernissen die we in het dagelijks leven tegenkomen;
- Het sociologisch perspectief geeft ons de mogelijkheid een actieve rol te spelen in de
samenleving waarvan we deel uitmaken;
- De sociologie helpt ons om in een wereld te leven die zich kenmerkt door diversiteit.
De ontwikkeling van de sociologie is versneld door drie belangrijke veranderingen die een
transformatie van de samenleving teweegbrachten:
- De industrialisering;
- De explosieve groei van steden;
- Nieuwe opvattingen over democratie en politieke rechten.
Positivisme: Inzicht verwerven op basis van wetenschappelijk onderzoek.
Moderniteit: Sociale patronen die het resultaat zijn van industrialisering.
Modernisering: Het sociale veranderingsproces dat in gang is gezet door de industrialisering.
Er zijn vier belangrijke kenmerken van Modernisering:
- Het verdwijnen van kleine, traditionele gemeenschappen;
- Het uitbreiden van persoonlijke keuzemogelijkheden;
- Grotere sociale diversiteit;
- Oriëntatie op de toekomst en een groeiend tijdsbewustzijn.
,Ferdinand Tonnies beschreef de modernisering als de overgang van Gemeinschaft naar Gesellschaft,
die gekenmerkt wordt door het verdwijnen van traditionele gemeenschappen en de opkomst van het
individualisme.
Gemeinschaft: Een sociale organisatievorm waarin hechte relaties bestaan tussen mensen, op basis
van familiebanden en traditie.
Gesellschaft: Een sociale organisatievorm waarin mensen uitsluitend op basis van individueel
eigenbelang bijeenkomen.
Emile Durkheim verklaarde de modernisering in termen van de zich uitbreidende arbeidsverdeling in
een samenleving. Mechanische solidariteit, gebaseerd op gemeenschappelijk activiteiten en
opvattingen, wordt langzamerhand vervangen door organische solidariteit die gekenmerkt wordt
door het feit dat mensen door specialisatie van elkaar afhankelijk worden.
Anomie: Een situatie waarin een samenleving het individu weinig morele richtlijnen te bieden heeft.
Max Weber beschouwde modernisering in termen van het naar de achtergrond verdwijnen van een
traditioneel wereldbeeld en het op de voorgrond treden van rationaliteit. Max Weber vreesde de
dehumaniserende effecten van rationele organisaties.
Rationaliteit: Een wijze van denken waarin het accent ligt op een feitelijke berekening van de meest
efficiënte manier om een bepaalde taak uit te voeren.
Karl Marx beschouwde modernisering als de triomf van het kapitalisme over het feodalisme. Het
kapitalisme creëert sociale conflicten die een revolutionaire verandering teweeg zullen brengen die
tot een socialistische samenleving zonder sociale ongelijkheid zal leiden.
Hoofdstuk 2: Sociologische theorieën en methoden
We kunnen vier sociologische benaderingen onderscheiden:
- Het structureel functionalisme: Gaat na hoe sociale structuren het functioneren van de
samenleving bevorderen. (Macroniveau.)
o Auguste Comte, Emile Durkheim en Herbert Spencer zijn de grondleggers van deze
benaderingen.
Manifeste functies: De onderkende en beoogde gevolgen van een sociaal patroon.
Latente functies: De niet-onderkende en niet-bedoelde gevolgen van een sociaal patroon.
Sociale disfunctie: Een sociaal patroon dat het functioneren van de samenleving kan verstoren.
- De conflictsociologie: Laat zien hoe ongelijkheid conflicten en veranderingen veroorzaakt.
(Macroniveau.)
o Karl Marx staat aan de basis van deze stroming.
o Twee belangrijke vormen van conflictsociologie zijn de sekseconflictbenadering en de
rassenconflictbenadering.
Sekseconflictbenadering: Een benadering die zich richt op de ongelijkheid tussen mannen en
vrouwen..
Rassenconflictbenadering: Een benadering die zich richt op de ongelijkheid en de conflicten tussen
mensen met een verschillende raciale en etnische achtergrond.
, - Het symbolisch interactionisme: Onderzoekt hoe mensen in hun interacties in het dagelijks
leven de werkelijkheid creëren. (Microniveau.)
o Max Weber en George Herbert Mead zijn de grondleggers van deze stroming.
- De rationelekeuzetheorie: Laat zien hoe individuen die allen hun eigen nut op rationele wijze
nastreven, de samenleving vormgeven. (Microniveau.)
o George Homans, Peter Blau en James Coleman hebben aan de ontwikkeling van deze
stroming bijgedragen.
Oriëntatie op macroniveau: Deze benaderingen richten zich op een totaalbeeld van sociale
structuren die de samenleving als geheel gestalte geven.
Oriëntatie op microniveau: Een nauwkeurige en gedetailleerde beschrijving geven van de sociale
interacties in concrete situaties.
We kunnen drie sociologische onderzoeksbenaderingen benoemen:
- De positivistische sociologie: Gebruikt wetenschappelijke methoden om inzicht te krijgen in
de relaties tussen variabelen. De positivistische sociologie wordt ook wel de Empirische
sociologie genoemd, omdat ze gebaseerd is op de waarneming van de empirische gegevens,
op informatie die we met onze zintuigen verifiëren.
o Probeert oorzaak- en gevolgrelaties vast te stellen.
o Stelt als voorwaarde dat onderzoekers objectiviteit nastreven.
- De interpretatieve sociologie: Richt zich op de betekenissen die mensen aan hun gedrag
toeschrijven.
o Mensen construeren de werkelijkheid in hun dagelijks leven.
o Met Webers Verstehen proberen we te begrijpen hoe mensen hun wereld opvatten.
- De kritische sociologie: Gebruikt onderzoeken om sociale veranderingen teweeg te brengen.
o Richt zich op ongelijkheid.
o Wijst het objectiviteitbeginsel af, stelt dat elk onderzoek politiek is.
Onderzoek wordt beïnvloed door Gender, de persoonlijke kenmerken en sociale posities die de leden
van een samenleving toeschrijven aan het vrouw- of het man zijn. Sociologisch onderzoek kan op vijf
manieren door gender beïnvloed worden:
- Androcentrisme: (Letterlijk op het mannelijk gericht). Betekent dat een vraagstuk vanuit een
mannelijk perspectief benaderd wordt.
- Overgeneraliseren: Dit probleem doet zich voor als sociologen alleen maar data over
mannen verzamelen maar deze informatie gebruiken om conclusies over alle mensen te
trekken.
- Genderblindheid: Totaal geen aandacht besteden aan de factor gender.
- Meten met twee maten: Onderzoekers moeten ervoor waken dat zij verschillende normen
hanteren voor vrouwen en mannen.
- Interferentie: Het geslacht van een onderzoeker kan een onderzoek verstoren.
Theoretische analyses van gender:
- Het structureel functionalisme stelt dat:
o De rollen die vrouwen en mannen in pre-industriële landen vervullen de biologische
verschillen tussen beide sekse weerspiegelen.
o Een uitgesproken genderongelijkheid in industrielanden disfunctioneel wordt en
geleidelijk zal afnemen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Kirstentje. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.50. You're not tied to anything after your purchase.