Dit document is gebaseerd op het boek 'Beginselen van wetgevingstechniek en behoorlijke regelgeving'. De tekst is meer gestructureerd zodat het makkelijker is om in te studeren.
Beginselen van wetgevingstechniek en
behoorlijke regelgeving
Inhoud
De bestanddelen van een normatieve tekst ........................................................................................... 3
1. Het opschrift ................................................................................................................................ 3
a. Vermelding van de aard van de tekst ...................................................................................... 3
b. De datum ................................................................................................................................. 4
c. Beknopte omschrijving van de inhoud van de tekst ............................................................... 4
2. De begroeting en de bekrachtiging ............................................................................................. 5
3. De aanhef .................................................................................................................................... 6
a. Verwijzing naar Europese verordeningen ............................................................................... 7
b. Vermelding van rechtsgrond ................................................................................................... 7
c. Vermelding van de gewijzigde, opgeheven of ingetrokken regelingen .................................. 9
d. Vermelding van de vervulde verplichte vormvereisten of van de redenen voor het niet-
vervullen ervan ................................................................................................................................ 9
e. Vermelding van de vervulde facultatieve vormvereisten ..................................................... 11
f. De motivering of verantwoording van een besluit ............................................................... 11
g. Het juridisch kader van een besluit ....................................................................................... 12
h. Vermelding van de ministers (en eventueel staatssecretarissen) die het besluit voordragen
12
i. De vermelding van het overleg in de Ministerraad of de regering ....................................... 14
4. Het beschikkend gedeelte ......................................................................................................... 14
a. Definitie en opzet .................................................................................................................. 14
b. Bespreking van een aantal soorten bepalingen .................................................................... 14
Materiële beginselen............................................................................................................................. 26
1. Het beginsel van de duidelijke doelstelling ............................................................................... 26
2. Het noodzakelijkheidsbeginsel .................................................................................................. 28
3. Het uitvoerbaarheidsbeginsel ................................................................................................... 30
4. Het rechtszekerheids- en vertrouwensbeginsel........................................................................ 31
a. Begripsbepaling ..................................................................................................................... 31
b. Formele rechtszekerheid ....................................................................................................... 32
c. Vertrouwensbeginsel ............................................................................................................ 32
d. Het rechtsgelijkheidsbeginsel .................................................................................................... 35
Formele beginselen ............................................................................................................................... 37
1
Beginselen van wetgevingstechniek en behoorlijke regelgeving
H. Coremans, M. Van Damme, J. Dujardin, B. Seutin, G. Vermeylen
1. Het beginsel van de normatieve draagwijdte ........................................................................... 37
2. Het beginsel van de duidelijke regelgeving ............................................................................... 38
a. Tenuitvoerlegging van het Europees recht in de interne rechtsorde ................................... 38
3. Het beginsel van regelgeving op het juiste niveau.................................................................... 46
a. Algemeen............................................................................................................................... 46
b. Delegatie van verordende bevoegdheid door de wetgever en de decreetgever aan
respectievelijk de Koning en een regering .................................................................................... 47
c. Delegatie van verordende bevoegdheid door de wetgever en de decreetgever aan een
minister.......................................................................................................................................... 51
d. Delegatie van verordende bevoegdheid door de Koning of de regering aan een minister .. 51
e. Delegatie van verordende bevoegdheid aan ambtenaren en openbare instellingen .......... 51
4. Het beginsel van de kenbaarheid .............................................................................................. 52
a. Wijzen van bekendmaking .................................................................................................... 52
b. Waarde van bekendmaking................................................................................................... 58
c. Bindende kracht van een erratum of rechtzetting ................................................................ 58
2
Beginselen van wetgevingstechniek en behoorlijke regelgeving
H. Coremans, M. Van Damme, J. Dujardin, B. Seutin, G. Vermeylen
H2: Beginselen van wetgevingstechniek
De bestanddelen van een normatieve tekst
Normatieve tekst omvat volgende bestanddelen
1. Het opschrift
2. De begroeting
3. De aanhef
4. Het beschikkend of bepalend gedeelte
1. Het opschrift
Voorbeelden: zie pagina 24 boek
- Elke tekst moet opschrift hebben en slechts één
- Twee functies:
1. Laat toe de tekst te identificeren → bepalen om welke tekst het gaat door te
onderscheiden van andere teksten
2. Geeft een korte omschrijving van het onderwerp en de draagwijdte van de tekst
- ≠ titel
- Moet vermeden worden dat verschillende geldende teksten met op zichzelf staande
bepalingen hetzelfde of een te gelijkend opschrift hebben
- Opschrift mag de lezer niet misleide
Opschrift bestaat uit volgende elementen
a. De vermelding van de aard van de tekst
b. De datum
c. Beknopte omschrijving van de inhoud van de tekst
a. Vermelding van de aard van de tekst
Gaat het om een wet/decreet/ordonnantie/KB/MB/besluit van gemeenschaps- of gewestregering of
van een lid ervan?
Opschrift wetten en decreten → aangegeven dat de goedkeuring ervan door de betrokken
parlementaire vergadering met een bijzondere meerderheid is gebeurd
Bv. bijzonder decreet van 7 juli 2006 over de Vlaamse instellingen
Bij sommige teksten wordt het opschrift van een nummer voorzien → situeert de tekst in een reeks
van gelijkaardige teksten of teksten met eenzelfde wettelijke basis
De op grond van voornoemde wetten genomen besluiten (p20) vallen te onderscheiden van de KB
genomen op grond van buitengewone machten (=besluitwetten)
- Ten onrechte aangezien dergelijke KB’s handelingen van de uitvoerende macht zijn gebleven,
terwijl de eigenlijke besluitwetten handelingen van de wetgevende macht zijn
- => in het verleden al gepleit om ter wille van de duidelijkheid te spreken over “oneigenlijke
besluitwetten”, waarmee dan de buitengewonemachtenbesluiten worden bedoeld
3
Beginselen van wetgevingstechniek en behoorlijke regelgeving
H. Coremans, M. Van Damme, J. Dujardin, B. Seutin, G. Vermeylen
b. De datum
= datum waarop de tekst is ondertekend door het bevoegde orgaan
≠ datum goedkeuring in parlement noch die van de bekendmaking
Wet en decreet: de dag waarop de Koning, resp. de betrokken regering de door het parlement
aangenomen tekst bekrachtigt
KB: de dag van de koninklijke ondertekening
Besluit van gemeenschaps- of gewestregering: de dag van ondertekening door de betrokken
minister-president
MB: de dag waarop de betrokken minister het besluit ondertekent
c. Beknopte omschrijving van de inhoud van de tekst
Alle aspecten van het onderwerp van de tekst moeten worden vermeld met het oog op een correcte
aankondiging van de inhoud van de uitgevaardigde regels
Bv. wet tot vermeerdering van het aantal advocaten-generaal bij het Hof van Cassatie
→ niet goed: wet betreffende de rechterlijke organisatie
→ wel: wet tot vermeerdering van het aantal advocaten-generaal bij het Hof van Cassatie
Wanneer het gaat om een wijzigingstekst zonder op zichzelf staande bepalingen, moet dat blijken uit
het opschrift
- De gewijzigde tekst wordt vermeld
- Indien lengte van de tekst te lang => algemene formulering volstaat waarin onderwerp van
de regelgeving wordt opgenomen
De gewijzigde tekst zelf wordt met zijn oorspronkelijk opschrift aangehaald
- Wijziging kan kort verduidelijkt worden
- Kan worden aangegeven welke artikelen gewijzigd worden
- Geen vermelding van vroegere wijzigingen
Opschrift van een besluit
→ best niet beperkt tot de vermelding van de bepalingen van de wet of het decreet waaraan
uitvoering wordt gegeven
→ beter de besluiten van een eigen opschrift te voorzien of minstens de uit te voeren
aangelegenheid kort te omschrijven
Bv. koninklijk besluit van 23 oktober 2015 tot uitvoering van artikel 40 van de Programmawet van 27
april 2007, tot bevordering van de tewerkstelling in de sector van champignonteelt
Om het verwijzen naar een normatieve tekst te vergemakkelijken → van citeertitel of citeeropschrift
voorzien
= een verkort opschrift
- Impliceert dat in het beschikkend gedeelte van de betrokken tekst een artikel wordt
opgenomen waarin wordt bepaald dat die tekst met de in dat artikel vermelde citeertitel kan
worden aangehaald
- Oog op vlotte identificatie: voornaamste onderwerp + datum van de tekst
Bv. Bankwet
Bv. Cultureelerfgoeddecreet van 6 juli 2012
4
Beginselen van wetgevingstechniek en behoorlijke regelgeving
H. Coremans, M. Van Damme, J. Dujardin, B. Seutin, G. Vermeylen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Astridvds. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.03. You're not tied to anything after your purchase.