Een volledige samenvatting voor het vak samenleving verstaan 2 in het eerste jaar sociaal werk aan de Thomas More. Het zou op andere scholen ook sociologie kunnen heten. In deze samenvatting staat alles van jaartallen tot een volledige uitleg van begrippen en dergelijke.
Samenleving verstaan
De krachtlijnen als kompas
Zijn 1 geheel!
Politiserend werken:
Zodat mensen gebruik maken van hun sociale rechten en voordelen.
Mensen vaak zelf niet verantwoordelijk voor hun situatie, vaak op niveau van
samenleving: meer aandacht structurele oorzaken.
Sociaal werkers moeten stem laten horen aan beleid en stem geven aan mensen die
uit boot vallen of aan kant geschoven worden in maatschappij.
Nabijheid:
Zo dicht mogelijk aanwezig zijn in leefomgeving klant, door huisbezoeken of
aanwezigheid in buurthuizen of dienstencentra.
Begeleiding samen met klant bepalen om relatie op te bouwen.
Proceslogica:
Handelen voortdurend afstemmen op verwachte en onverwachte gebeurtenissen in
veranderingsproces, anticiperen op concrete situatie die altijd uniek is en moeilijk
voorspelbaar.
Gebruik maken ervaringskennis en zelfregie van betrokkene zodat deze mee
inspraak heeft.
Cruciaal om sociale initiatieven te ontwikkelen.
Generalistisch sociaal werk:
Nooit focussen op 1 levensdomein maar situatie van mens als geheel bekijken,
onderlinge afhankelijkheid tussen individuen en hun sociale omgeving: aanpassen
aan sociale context van kwetsbare personen.
Met veel verschillende soorten problemen kunnen omgaan en over breed spectrum
van kennis en vaardigheden beschikken.
Oog hebben op verbinding tussen mens en maatschappij en complexe samenhang
van problemen van mensen.
Verbindend werken:
Continue verbindingen maken tussen mensen, diensten, andere hulpverleners en
beleidmakers.
Pp individueel niveau (individuen en groepen versterken) en op collectief niveau
(binnen lokaal niveau en de buurt).
Stimuleren gevoel van samenhorigheid en zoeken naar gemeenschappelijkheid in
het anders zijn.
Definitie sociaal werk
Praktijk gebaseerd beroep, professie (benoemt door IFSW en IASSW)
Systematisch geordende en overdraagbare kennis.
Taken zelfstandig kunnen uitvoeren en daarop gebaseerde beslissingen nemen.
Door gemeenschap gesanctioneerde prestige.
Fundamentele oriëntatie op dienstverlening, geformaliseerd in ethische beroepscode.
Professionele organisatie moet naleven van deze code bewaken.
, Bepaalde beroepscultuur, gehandhaafd door formele organisaties en informele
collegiale contacten en bepaalde institutionele verbanden.
Academische discipline:
Theoretisch en wetenschappelijke kunde
Bevordering sociale verandering en ontwikkeling:
Bewustzijn en engageren om structurele oorzaken van sociale problemen aan te pakken.
Sociale cohesie:
Bevorderen sociale kwaliteit van samenleven en samenleving.
Bijdragen aan ontwikkelen van sociaal weefsel in samenleving.
Empowerment:
Richtinggevend denk en handelingskader, niet enkel als methodiek beschouwen.
Focussen op wat wel mogelijk is en mensen versterken of kracht geven.
o Micro (individueel)
o Meso (organisationeel)
o Macro (gemeenschapsniveau)
multilevel construct.
Open ended construct, continue variabel.
Bevrijding van mensen:
Onderdrukking tegengaan die bestaat door structurele belemmeringen.
Kritisch bewustzijn ontwikkelen waardoor strategieën kunnen gemaakt worden.
Sociale rechtvaardigheid, mensenrechten, collectieve verantwoordelijk en respect
diversiteit
S.W is normatieve professionalisering dat wordt gehanteerd om duidelijk te maken
dat morele waarden en voortdurende reflectie essentieel zijn.
Blijven reflecteren wat goed sociaal werk is.
Sociale rechtvaardigheid en mensenrechten:
Kompas voor handelen van sociaal werkers en om meer sociale rechtvaardigheid te
creëren.
Uit universele verklaring van rechten van mens (UVRM) beschrijft VN de
grondrechten van alle mensen
o Omvat
o Burgerlijke en politieke rechten (1e generatie mensenrechten),
o Economisch sociale en culturele rechten (2e generatie)
o Collectieve of solidariteitsrechten (3e generatie).
Later internationaal verdrag inzake rechten kind en verdrag inzake
rechten van personen met handicap.
Oprichting OCMW’s belangrijk moment voor sociaal beleid België en opname sociale
grondrechten in de grondwet, betekent menselijke waardigheid ook op
maatschappelijk vlak.
Sociale grondrechten (art 23) zijn:
, Recht op arbeid en vrije keuze daarvan, gericht op waarborgen van zo hoog en
stabiel mogelijke werkgelegenheid, recht op billijke arbeidsvoorwaarden en beloning
en recht op informatie, overleg en collectief onderhandelen.
Recht op sociale zekerheid, bescherming gezondheid en sociale geneeskundige en
juridische bijstand
Recht op behoorlijke huisvesting
Recht op bescherming gezond leefmilieu
Recht op culturele en maatschappelijke ontplooiing
Recht op gezinsbijslagen
Art 24 van grondwet:
Vrijheid en neutraliteit onderwijs
Recht op kosteloos onderwijs tot einde leerplicht
Belangrijke basis voor beleid overheid
Mensenrechten geen evidentie:
Mensen worden meer op eigen verantwoordelijkheid gewezen.
Conditionalisering:
o Verbonden aan bepaalde voorwaarden
Sanctionering of criminalisering:
o Mensen die niet aan hun rechten komen worden gesanctioneerd (bv GAS
boetes)
Versterken van territorialiteitsbeginsel:
o Nabijheid
Bv: Welk OCMW is verantwoordelijk begeleiding daklozen?
Collectieve verantwoordelijkheid:
ISFW stelt dat mensen meer verantwoordelijkheid opnemen voor elkaars welzijn en
gemeenschap
Respect voor diversiteiten:
Superdiversiteit is samenspel van 3 transities die zich tegelijkertijd voordoen:
Kwantitatief (minderheid wordt meerderheid)
Kwalitatief (diversiteit in diversiteit neemt toe)
Normalisering van diversiteit en nieuwe technologieën
Divers sensitief sociaal werk:
Wanneer verschillen ertoe doen, 5 handelingsprincipes:
Open en respectvolle basishouding
Open dialoog tussen sociaal werker en klant waarin problemen en oplossingen
gezamenlijk gezocht en behandeld worden in participatief kader
Krachtgerichte kijk en focussen op mogelijkheden ipv problemen
Interculturele communicatievaardigheden ontwikkelen
Kritische kijk op machtsverschillen in samenleving en negatieve wijze waarop
diversiteit benadert wordt.
Sociaal werk wordt onderbouwd door sociaal werk theorieën, sociale wetenschappen,
menswetenschappen en inheemse lokale vormen van kennis:
, Benaderingen relatie sociaalwerkonderzoek en sociaalwerkpraktijk:
Nieuwe kennis in praktijk zetten
Emancipatorische functie (nastreven)
Evidence based benadering (problemen in kaart zetten)
Reflectief professionalisme (kennis hanteren om beter te begrijpen)
Sociaal werk engageert mensen en structuren om levensuitdagingen en problemen
aan te pakken en welzijn te bevorderen:
Voortdurend op zoek naar verbindingen.
Sociaal werk definiëren om gezamenlijk uitgangspunt te hebben, wereldwijde
sociaalwerkgemeenschap.
Sociaal werkers worden beïnvloedt door maatschappelijke context die altijd in
beweging is, ook sociaal werker.
Historiek sociaal werk:
Vroege middeleeuwen (500nc):
Feodale patronage (sociale verhoudingen tussen leenmannen en leenheren)
Christelijke charitas (rijken geven aan armen) en gildewezen (solidariteit tussen
mensen met zelfde ambacht)
Tijdperk van revoluties (vanaf 18e eeuw):
Industriële revolutie, de verlichting, Franse revolutie (hart van S.W), Amerikaanse/Belgische
revolutie.
Industriële revolutie (19e eeuw)
Sociale kwestie:
Sociale quastie (sociale uitwassen van snel industrialiserende, kapitalistische
samenleving), erbarmelijke werkomstandigheden arbeiders (winst wordt niet
gedeeld)
Arbeidersbeweging:
Verzuild karakter (allerlei partijen), verzet bij arbeiders voor bestaanszekerheid en
eigen ambacht, beschermen door volkswerken
Maatschappijen van onderling bijstand:
o Verzekeringslogica, wie premie betaald kon uitkering krijgen.
o Voorlopers mutualiteiten en ziekenfondsen, bij wet verboden maar overheid
tolereerde het vanwege vreedzame doelstelling en wetende dat zij
tekortschoten.
Vakbonden:
o Gelinkt met verhitting gemoederen en verstoring orde.
o Wet Le Chapelier: verbod op samenkomst tussen mensen met zelfde beroep,
omzeilen door geheime weerstandskassen.
Coöperaties:
o Economische samenwerkingsverbanden van en voor arbeiders
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller louisejoren. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.48. You're not tied to anything after your purchase.