100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Stappenplannen strafrecht 3 $4.27
Add to cart

Summary

Samenvatting Stappenplannen strafrecht 3

3 reviews
 270 views  17 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

De stof die is voorgeschreven voor het vak strafprocesrecht (strafrecht 3) aan de RuG heb ik zoveel mogelijk stapsgewijs proberen weer te geven. Op deze manier zie je de belangrijke punten duidelijker en overzichtelijker.

Preview 3 out of 26  pages

  • Yes
  • June 17, 2020
  • 26
  • 2019/2020
  • Summary

3  reviews

review-writer-avatar

By: pienschonewille • 3 year ago

review-writer-avatar

By: suzannestrating • 3 year ago

review-writer-avatar

By: Kimdebruinn • 4 year ago

avatar-seller
Stappenplannen strafprocesrecht (3)

Week 1. Inleiding tot strafvordering; het voorbereidend onderzoek

Stappenplan Inleiding tot strafvordering (Hoofdstuk 1, 2, 3 in het boek en week 1A van
de colleges)

Het verzekeren van een juiste toepassing va het abstracte materiële strafrecht is het
hoofddoel van het strafprocesrecht. Het is een tweeledig doel: (1) het bewerkstelligt dat
schuldigen gestraft worden en (2) het voorkomt aan de andere kant de bestraffing van
onschuldigen. ( = waarborgkarakter).
o In dubio pro reo beginsel = houdt in dat de verdachte het voordeel van de twijfel
krijgt.
o Houdt ook verband met artikel 338 Sv  de rechter mag allen beween verklaren als
hij zelf de overtuiging heeft dat het feit door de verdachte is begaan + op basis van
wettig bewijs. (Maar, hij hoeft natuurlijk niet per se te veroordelen).
o Stel dat de rechter toch gedwaald heeft en een onschuldig persoon veroordeeld
heeft, kan de veroordeling ongedaan worden gemaakt  herziening ten voordele
(artikel 457 e.v. Sv).  Dronken broer arrest, materiële recht gaat uiteindelijk voor.

Bijkomende doelen
 Eerbiedigen van de rechten en vrijheden van de verdachte (denk aan het zwijgrecht)
 Eerbiedigen van rechten en vrijheden van andere betrokkenen
 Procedurele rechtvaardigheid
 Demonstratiefunctie
 Waarheidsvinding ( = is eigenlijk een afgeleid doel)

Regeling rechtsmiddelen
1. Hoger beroep = nieuwe behandeling van de zaak. Hoger beroep is een volwaardige
instantie waarbij helemaal opnieuw naar de zaak wordt gekeken.
2. Cassatie: artikel 79 RO  hoofdredenen voor cassatie. Artikel 80a RO: HR hoeft
geen aandacht te schenken aan zaken waarbij de verdachte onvoldoende belang
heeft (in verband met de materiële waarheid), bijvoorbeeld wanneer er sprake is van
verzuim van vormen waarbij de uitkomst van de zaak niet zal veranderen.
3. Herziening ten voordele artikel 457 Sv  de uitspraak is in kracht van gewijsde
gegaan ( = onherroepelijk geworden: dat betekent dat de gewone rechtsmiddelen niet
meer open staan). Maar wanneer iemand bijvoorbeeld onterecht is veroordeeld
doordat er een fout is gemaakt, dan kan de zaak opnieuw geopend worden om toch
tot een goede uitkomst te komen.
4. Herziening ten nadele artikel 482a Sv  wanneer iemand juist onterecht is
vrijgesproken. Er moet sprake zijn van NOVA ( = een nieuw feit dat niet eerder
gebleken is). lid 3  geloofwaardige bekentenis van verdachte of resultaten van
technisch onderzoek

Legaliteitsbeginsel
In 1838 wordt dit recht geformuleerd als het recht van de burger tegen willekeurige
vervolging en bestraffing. Niemand mag tot straf worden vervolgd of veroordeeld dan op de
manier en in de gevallen die bij de wet zijn voorzien. Het gevaar voor willekeur is met dit
beginsel niet groot wegens een paar waarborgen die zijn ingebouwd in het strafprocesrecht:
 De openbaarheid van de zitting
 De toevoeging van een raadsman aan de voorlopig gehechte verdachte (artikel 41
Sv)

,Ook heeft artikel 1 Sv een symbolische functie omdat het artikel de fundamentele principes
van de rechtsstaat tot uitdrukking brengt. Verder volgt uit het artikel dat lagere wetgevers niet
bevoegd zijn om regelingen te scheppen van strafvorderlijke aard. De codificatiegedachte!


Inquisitoir strafmodel
o Gerechtelijke autoriteiten nemen een beslissing over de schuld of onschuld van een
verdachte op basis van een door hen ingesteld onderzoek naar de materiële
waarheid.
o De rechter heeft een actieve rol en moet oordelen op basis van de materiële
waarheid;
o Vervolging en berechting zijn verenigd in één hand;
o De verdachte is voorwerp van onderzoek en heeft geen eigen rechten en
bevoegdheden.
Zwakke kant = de onderzoekende rechter kan de zaak alleen door zijn eigen bril bekijken,
met als gevolg makkelijk tunnelvisie.
Sterke kant = de autoriteiten die onderzoek doen naar de zaak, moeten dit doen met open
oog voor de belangen van de verdachte. Ze moeten tevens op zoek naar bewijs dat voor de
verdachte ontlastend is.

Accusatoir strafmodel
Kenmerkend hiervoor is dat de inzet van het geding gezien wordt als een conflict tussen
twee partijen. De aanklager beschrijft de beschuldiging en moet deze bewijzen. De
aangeklaagde mag zich vervolgens verdedigen tegen de aanklacht.
o Op basis van gelijkheid de rechtsstrijd met elkaar aangaan
o Een proces over de schuldvraag blijft achterwege wanneer de verdachte de
aanklacht niet wil bestrijden. Hij moet hiervoor een guilty plea afleggen.
o De rechter heeft een passieve, lijdelijke rol. Hij beslist op basis van wat door de
procespartijen is aangedragen.
o De partijen staan tegenover elkaar als tegenstanders. De verdachte wordt erkend als
volwaardig procespartij die et recht heeft om zichzelf te verdedigen.
Zwakke kant = het heeft alleen volle werking wanneer de procespartijen daadwerkelijk
bereid en in staat zijn om de strijd met elkaar aan te gaan op voet van gelijkwaardigheid. De
feitelijke ongelijkheid is vaak groot omdat de verdachte niet altijd in staat is om een dure
advocaat te betalen.
Sterke kant = de verdachte is een volwaardige procespartij en mag zich verdedigen. Deze
manier van procesvoering bevordert dat de gehele waarheid bekend wordt.

De fasen van het strafproces
Opsporing
Artikel 127 Sv: definitie van opsporingsambtenaren. (zowel algemeen als buitengewoon).
a. Artikel 141 Sv  gewone opsporingsambtenaren. Zij zijn vaak belast met een
algemene opsporingstaak. Denk aan een ambtenaar van de politie of een officier van
justitie.
b. Artikel 142 Sv  buitengewone opsporingsambtenaren. Zij zijn bevoegd op een
speciaal gebied en hebben geen algemene bevoegdheid. Specifiek, en ze mogen
hier dus niet buiten treden. Zij kunnen hun bijzondere opsporingsbevoegdheden
ontlenen aan (sub a) een verleende akte van opsporing of (sub c) een bijzondere wet.
Bij de buitengewone opsporingsambtenaren ontbreekt een organisatie in de
wetgeving die er bij de algemene opsporingsambtenaren wel is.

Artikel 148 lid 2 Sv  de OvJ geeft vooral bevelen aan de overige personen die met
opsporing belast zijn. Hij wordt soms ingeschakeld als zijn medewerking nodig is voor het
toepassen van bepaalde dwangmiddelen/opsporingsmethoden.

, Bevoegdheden opsporingsambtenaren
 Het aanhouden van de verdachte (artikelen 53 en 54 Sv)
 De verdachte een aantal uur ophouden voor onderzoek (artikel 61 Sv);
 De verdachte zo nodig in verzekering stellen (artikel 57 Sv);
 Voorwerpen in beslag nemen en daartoe plaatsen te betreden (artikel 95 e.v. Sv)
 Stelselmatige observatie (artikel 126g en 1260 Sv);
 Het afluisteren van een telefoon (artikel 126m en 126t Sv).
Al deze bevoegdheden zijn door de wet met waarborgen tegen machtsmisbruik omkleed.

Buitengerechtelijke afdoening
a. De transactie  betalen van een boete om vervolging te voorkomen. Afdoen van de
zaak (artikel 74 Sr)
b. Strafbeschikking  uitvaardigen van een strafbeschikking wordt als een vorm van
vervolging aangemerkt. Rechter wordt niet in de zaak betrokken (artikel 257a Sv).
c. Voorwaardelijk sepot  van vervolging kan worden afgezien als de verdachte zich
aan bepaalde voorwaarden wil houden die door de OvJ gesteld zijn. (artikel 167 lid 2
jo. 242 lid 2 Sv).

Verschillende fasen in het geding
 De zaak is ter terechtzitting aanhangig gemaakt. Het onderzoek ter terechtzitting is
nog niet begonnen.
o Na het uitbrengen van de dagvaarding heeft verdachte recht op volledige
inzage in de stukken (artikel 33 Sv)
o In de dagvaarding staat de TLL (artikel 261 Sv).  informatie voor de
verdachte. Dit geeft de verdachte de mogelijkheid om zich in zijn verdediging
voor te bereiden.
o Tussen de dag van de betekening van de dagvaarding en de dag van de
terechtzitting moeten minimaal 10 dagen zitten (artikel 265 Sv).
 De zaak wordt door de rechtbank behandeld. Uitroepen van de zaak is waar het mee
begint.
o Onderzoek ter terechtzitting. Tijdens deze terechtzitting worden verdachte
en eventuele getuigen verhoord, ook kan er bewijsmateriaal worden
overgeleverd en doet de OvJ zijn requisitoir. De raadsman van de verdachte
kan natuurlijk met een pleidooi komen. Wanneer de voorzitter het onderzoek
gesloten verklaart, eindigt deze terechtzitting (artikel 345 Sv)
o De beraadslaging. De rechtbank vormt hier een oordeel over de zaak aan de
hand van de vragen in de artikelen 348 en 350 (formeel en materieel). 
beraadslaging is niet openbaar.
o Einduitspraak. Het rechtsgeding eindigt hiermee. De einduitspraak moet in
het openbaar plaatsvinden (artikel 362 lid 1 Sv jo. artikel 5 RO).


EVRM
 De invloed van het EVRM is onder andere groot dankzij het individuele klachtrecht ex
artikel 34 EVRM. Op grond van dit artikel mag iedere burger, die meent slachtoffer te
zijn geworden van een verdragsschending door een verdragsluitende partij, een
klacht indienen bij het EHRM.
 EHRM toetst dan of er inderdaad een willekeurige inbreuk is gemaakt op het recht
van de klager.
 Dit oordeel is bindend (artikel 46 EVRM)
 Voorwaarde voor de ontvankelijkheid van de klacht is dat de nationale
rechtsmiddelen uitgeput moeten zijn (artikel 35 EVRM)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller yasminselenauddin. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.27. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.27  17x  sold
  • (3)
Add to cart
Added