In probleem 1 wordt onder andere gekeken naar 'missattribution of arousal'. Wat is de bijvoorbeeld de relatie tussen arousal en gedrag/emoties? Ook wordt er gekeken naar het oorspronkelijke brug experiment van Dutton & Aron.
2 – Probleemstelling formuleren
1. Waarom bellen mannen op een hoge brug vaker terug?
2. Waarom veroorzaakt hoge arousal aantrekkingskracht?
3. Waarom bevatten de verhalen op de hoge brug meer seksuele inhoud?
3 – Brainstorm
1. Hoge brug → meer adreline → meer testosteron → arousal
2. Testosteron → seksueel getinte verhalen
3. Seksueel getinte verhalen → sneller terug bellen
4. Het publiek op de twee bruggen verschilt
5. Adreline → beter onthouden
6. Adreline → niet beter onthouden → dus terug bellen
7. Misattributie van arousal ( Spanning van de brug → de mooie vrouw)
8. Hoge brug → romantische sfeer → terug willen bellen
9. Spanning wordt vervangen
10. Er wordt een verkeerde associatie gelegd
11. Fysiologische veranderingen door de hoge brug → erotischer
12. Testosteron
4 – Probleemanalyse
De hoge brug → meer adreline komt vrij → gespannen (hogere arousal) → de mooie
vrouw Gloria → de aantrekkingskracht tot de vrouw wordt versterkt door de hoge
brug → er is sprake van misattributie
5 – Leerdoelen formuleren
1. Wat is misattributie of arousal?
2. Wat is de relatie tussen arousal en gedrag/ emotie?
3. Hoe zag het oorspronkelijke experiment eruit?
, 6 – Zelf studie
Wat is misattributie of arousal?
Volgens de ‘two-factor theory of emotion’ (schachter, 1959) worden emoties door
twee factoren ervaren.
1. Er is een verhoogde vorm van fysiologische arousal; of te wel er zijn lichamelijke
tekenen van verhoogde arousal en spanningen (bijv. verhoogde hartslag).
2. Er moet cognitief gelabeld worden. De bron van de arousal moet dus worden
vastgesteld. In het geval van gepasioneerde liefde zou dit dus je geliefde zijn.
Soms is de bron van de arousal logisch. Als jij in de buurt bent van je partner, dan is
hij/zij de bron van de verhoogte spanning en aantrekkingskracht die je voelt.
Maar het kan ook voorkomen dat je de fysiologische symptomen en een verhoogde
arousal ervaart, zonder dat je de oorzaak weet. Als je dan in het gezelschap van een
knap persoon bent, kan het voorkomen dat je deze persoon onterecht bestempelt tot
de reden van jouw arousal. Er is dan sprake van misattributie omdat je de
onbekende spanning onterecht bestempelt als aantrekkingskracht to de knappe
persoon.
Dit process wordt ook wel ‘excitation transfer’ (Dolf Zillmann, 1984) genoemd. Deze
theorie houdt in dat een component een bepaalde spanning kan veroorzaken. Deze
spanning kan samengevoegd worden met de spanning van een tweede component,
en wordt vervolgens onjuist bestempeld als ‘spanning geproduceerd door SLECHTS
het tweede component’. Er is dus sprake van misattributie omdat genegeerd wordt
dat het eerste component ook deels vernatwoordelijk is voor de veroorzaakte
spanning.
Gregory white en zijn collega’s (1981) bewezen met een experiment dat arousal de
emoties versterkt. Maar komt dit omdat er sprake is van misattirbutie? Ja en nee.
Het is bevestigt dat arousal leidt tot aantrekkingskracht. Maar wat ook blijkt is dat
zelfs als mensen de daadwerkelijke bron van hun arousal kunnen benoemen, zij zich
nog wel aangetrokken kunnen voelen tot een knap persoon, omdat dit in de aard van
hun natuur ligt.
Wat is de relatie tussen arousal en gedrag/ emotie?
Emoties zijn labiel en wankel, en worden beïnvloedt door arousal en personen in de
omgeving (Schachter en Singer, 1962). Arousal versterkt emoties, voornamelijk
sterke gevoelens zoals gepassioneerde liefde en woede/agressie (Gregory white en
zijn collega’s, 1981).
De Two-Factor Theory of Emotion (Schatcher, 1959) houdt in dat er twee factoren
een rol spelen bij het voelen van emoties:
1. Fysiologische symptomen
2. Cognitieve itnerpretatie die de oorzaak van de arousal bepaalt en de emotie
benoemt. Dit wordt geholpen door de reactie van andere mensen om ons heen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller juliadullaart. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.