Samenvatting van het gehele boek Ontwikkelingspsychologie 2, 8e editie geschreven door Robert S. Feldman. Samenvatting focust zich op de begrippen en theorieën en geeft daarbij context uit het boek. Ook is er van mij een samenvatting van de bijbehorende colleges te vinden. Cijfer behaalt met deze ...
Inhoud
Jongvolwassenheid (20-40 jaar).............................................................................................................2
1.1 Lichamelijke ontwikkelingen.........................................................................................................2
1.2 Cognitieve ontwikkeling................................................................................................................3
1.3 Hoger onderwijs...........................................................................................................................4
2.1 Relaties.........................................................................................................................................4
2.2 Verloop van relaties......................................................................................................................6
2.3 Werk.............................................................................................................................................6
Middelbare leeftijd (40-60 jaar)..............................................................................................................8
3.1 lichamelijke ontwikkeling.............................................................................................................8
3.2 Gezondheid...................................................................................................................................8
3.3 Cognitieve ontwikkeling................................................................................................................9
4.1 Persoonlijke ontwikkeling...........................................................................................................10
4.2 Relaties.......................................................................................................................................11
4.3 Werk...........................................................................................................................................12
Ouderdom (60-einde)...........................................................................................................................13
5.1 Lichamelijke ontwikkeling...........................................................................................................13
5.2 Gezondheid en welzijn................................................................................................................14
5.3 Cognitieve ontwikkeling..............................................................................................................15
6.1 Persoonlijke ontwikkeling en gelukkig oud worden....................................................................15
6.2 Dagelijks leven tijdens ouderdom...............................................................................................16
6.3 Relaties.......................................................................................................................................17
Het einde..............................................................................................................................................19
7.1 Sterven en dood tijdens het leven..............................................................................................19
7.2 Confrontatie met de dood..........................................................................................................19
7.3 Besef van verlies en intens verdriet............................................................................................20
1
,Jongvolwassenheid (20-40 jaar)
1.1 Lichamelijke ontwikkelingen
Veroudering: de natuurlijke lichamelijke achteruitgang die wordt veroorzaakt door het ouder worden
wordt nog niet opgemerkt in jongvolwassenheid; zintuigen op zijn best
Myeline: vettige stof die op veel plaatsten in zenuwstelsel axonen omhult; witte stof versnellen
doorgeven van zenuwimpulsen
aanmaak blijft doorgaan in jongvolwassenheid en snoeien grijze stof blijft, brein groeit door:
prefrontale cortex pas op 25e uitgegroeid.
bewegen en voeding voor gezondheid; gezondheidsrisico’s laag in jongvolwassenheid grootste
kans sterfte door ongelukken; kanker, hartziekten, zelfmoord 35e jaar meer ziekten en
aandoeningen doodsoorzaak
Secondaire veroudering: omgevingsfactoren/individueel gedrag (roken, drugs, alcohol, onveilige
seks) die voor lichamelijke aftakeling zorgen mannen sterven bijna 2x zo veel als vrouwen
(zelfmoord en ongelukken)
Voeding: moet op gelet worden vanaf jongvolwassenheid
1. Meer plantaardig dan dierlijk
2. Onbewerkt/ weinig bewerkt voedsel
3. Vermijd overconsumptie en verspilling
water drinken
Overgewicht: meer dan 20% van gemiddelde BMI neemt toe (ook met leeftijd)
Anorexia: 50% vrouwen permanent op dieet geobsedeerd met gewicht, lichaamsomvang, eten en
daarmee gezondheid in gevaar komt.
1. Beperkend type
2. Vreetbuien/purgerende type
Handicap: elk langdurig en belangrijk participatieprobleem van een persoon dat te wijten is aan een
samenspel tussen functiestoornissen van mentale, psychische, lichamelijke of zintuigelijke aard,
beperkingen bij het uitvoeren van activiteiten, persoonlijke en externe factoren
neemt toe door vergrijzing; mantelzorg/professionele thuishulp zelfstandig wonen (kosten
vergoed Wmo) hulpmiddelen:
1. Algemeen Dagelijkse Levensverrichtingen
2. Huishoudelijke Dagelijkse Levensverrichtingen
3. Domotica (elektronische toepassingen om in de woning functies te besturen en diensten te
gebruiken
Stress: de lichamelijke en emotionele reactie op stressoren (gebeurtenissen die ons bedreigen of
uitdagen) er mee omgaan: coping (poging om de dreiging die tot stress leidt te beheersen,
reduceren, leren te verdragen)
1. Gebeurtenissen die negatieve emoties oproepen leiden eerder tot stress
2. Onbeheersbare/onvoorspelbare situaties leiden tot meer stress
3. Ambigue en verwarrende situaties leiden tot meer stress
4. Veel taken moeten vervullen leid tot meer stress
2
, Psychoneuro-immunologie (PNI): onderzoek naar de relatie tussen hersenen. Het immuunsysteem
en psychologische factoren.
gevolgen stress: versnelde hartslag, verhoogde bloeddruk, zweten langdurig (chronische
stressoren): steeds minder goed kunnen omgaan met stress: verslechterde conditie hart, bloedvaten,
gevoeliger voor ziektes
Stadia in stress ervaren: (Lazarus & Folkman)
1. Primaire inschatting (gevolgen: positief, negatief, neutraal)
2. Secundaire inschatting (kan ik het aan)
Psychosomatische aandoeningen: medische problemen die worden veroorzaakt door de interactie
tussen psychologische, emotionele en lichamelijke problemen (stress)
Coping: poging om de dreiging die tot stress leidt te beheersen, reduceren, leren te verdragen
1. Probleemgerichte coping: situatie veranderen
2. Emotiegerichte coping: emoties reguleren
3. Defensieve coping: onbewuste strategieën die de aard van situatie verdraaien of ontkennen
4. Drugs/alcohol
Labouvie-Vief denken veranderd kwalitatief niet alleen logica maar ook ervaring en morele
oordelen en waarden postformeel denken: denken dat de rekening houdt met het feit dat
hachelijke situaties waarin volwassenen terecht komen soms op relativerende wijze moet worden
opgelost dialectisch denken: belangstelling en waardering argumenten (niet meer zwart-wit)
Perry jongvolwassenheid niet beheersing van kennis maar manieren om wereld te begrijpen; eerst
nog dualistisch denken (goed vs. fout) daarna meervoudig denken (verschillende standpunten
mogelijk) relativistisch
Schaies stadia van ontwikkeling (Schaie): met informatie omgaan
1. Verwervende stadium (verwerven informatie; kindertijd en adolescentie)
2. Uitvoerend stadium (kennis toepassen op lange termijndoelen; jongvolwassenheid)
3. Verantwoordelijk stadium (persoonlijke situatie oftewel het beschermen en verzorgen;
middelbare leeftijd)
4. Ondernemend stadium (zeken breder bekijken, meer betrokken bij wereld; middelbare
leeftijd)
5. Reïntegratief stadium (aandacht op zaken van persoonlijke betekenis; ouderdom)
Sternberg triarchische theorie over intelligentie:
1. Componentiële component (mentale aspecten intelligentie: rationeel gedrag: academische
succes; IQ)
2. Experimentele component (relatie intelligentie, ervaringen, vermogen om in nieuwe situaties
te hanteren)
3. Contextuele component (mate van voldoen dagelijkse eisen; praktische intelligentie)
Praktische intelligentie: Sternberg intelligentie die is verworven door het observeren en kopiëren
van gedrag van anderen. (nodig bij werk)
Emotionele intelligentie: geheel van vaardigheden die accurate inschatting, evaluatie, uitdrukking en
regulatie van emoties mogelijk maken.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller danahendrix1998. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.80. You're not tied to anything after your purchase.