100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting taalverwerving H1 t/m 5 Handboek NL als tweede taal $4.82
Add to cart

Summary

Samenvatting taalverwerving H1 t/m 5 Handboek NL als tweede taal

 63 views  4 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Deze samenvatting kun je lezen als je een beeld wilt krijgen van H1 t/m 5 van het Handboek Nederlands als tweede taal. Mocht je meer te weten willen komen over het leren van een tweede taal dan is dit boek iets voor jou.

Preview 3 out of 27  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1 t/m 5
  • June 23, 2020
  • 27
  • 2015/2016
  • Summary
avatar-seller
Hoofdstuk 1: De context van tweedetaalwerving en tweedetaalleren
t2verwerving = De verwerving van een taal nadat de moedertaal al is verworven; vaak na het 4 de
levensjaar.

Soms is er voor het 4de levensjaar al een tweede taal verworven simultane taalverwerving
Een tweede taal leren nadat de moedertaal al redelijk wordt beheerst successieve taalverwerving


Zelfs wanneer de t2 beter wordt beheerst dan de moedertaal blijft het de tweede taal. Moedertaal is
altijd de eerste taal.

Je kan een t2 op twee manieren, al dan niet in combinatie met elkaar, verwerven:

1. Ongestuurd (natuurlijk)
Als iemand de t2 als het ware oppikt, zoals een jong kind de moedertaal eigen maakt
2. Gestuurd (t2-leren)
Als iemand de t2 leert doormiddel van onderwijs en/of lesmateriaal.

1.2 Het proces van tweedetaalverwerving

Belangrijke theorieën in verband met taalleren

 Behaviorisme (Skinner)
Ziet taalleren als een proces van gewoontevorming waarin imitatie en bekrachtiging een
belangrijke rol spelen. (nurture)

 Nativisme( Chomsky)
Gaat ervan uit dat mensen te wereld komen met een aangeboren
taalverwervingsmechanisme. (vooral nature)

 Interactionisme (Piaget)
Benadrukt het belang van interactie tussen biologische (nature) en sociale aspecten (nurture)
van taalverwerving.



Het behaviorisme was erg populair in de jaren 70 men nam aan dat er transfer op zou treden van
de t1 gewoontes naar de t2 gewoontes er werd vernomen dat de invloed van de t1 erg groot was.

Het maken van fouten onder invloed van de t1 (negatieve transfer)= interferentie

De visie in de jaren 70 op taalverwerving (taalverwerving is imitatie & de verschillen tussen t1 en t2
zijn bepalend voor het verloop van det2-verwerving) hield niet lang stand om twee redenen:

o Ten eerste bleek uit onderzoek dat taalverwerving niet gaat door domweg te imiteren;
taalverwervers vinden nieuwe woorden uit en maken vormen en combinaties in de taal die
niemand ooit tegen ze gezegd heeft.
o Ten tweede bleek de invloed van de eerste taal op de tweede veel minder groot dan
aanvankelijk werd aangenomen het aantal fouten veroorzaakt door interferentie bleek
gering.
o Ten derde bleek dat lang niet alle fouten die T2-leerders maken verklaard konden worden op
grond van hun moedertaal.

, 1.2.2 Creatieve constructie en ontwikkelingsvolgorde

Vanaf de jaren 80 imitatie en de eerste taal van de T2-leerder stonden niet meer centraal er
werd vooral gekeken naar de creatieve vermogens van de leerder zelf en de overeenkomsten tussen
eerste- en tweedetaalverwerving. De aandacht schoof dus van de eerste taal, de moedertaal, naar
de tweede taal, de te leren taal.

Het niet vervoegen van werkwoorden/ voorzetsels weglaten= ontwikkelingsfouten

De creatieveconstructiehypothese: Wanneer fouten voort komen uit pogingen om de regels van de
taal te ontdekken; ik valde zeggen i.p.v. ik viel. Dit moet je niet zien als fouten maar als cruciale
stappen bij het verwerven van een T2.

De tussenstappen in het taalgebruik van T2-verwervers noemen we tussentaal

Overgeneralisatie: Wanneer een voor de T2 leerder bekende regel wordt toegepast op alle gevallen.

Fossilisatie: Wanneer T2-verwervers niet meer vooruit lijken te gaan, komt vooral voor mij de
leerders die op latere leeftijd de T2 verwerven.

1.2.3 Interactie en taalaanbod

Interactionele benadering: het taalaanbod van en de interactie met moedertaalsprekers spelen een
cruciale rol in het t2 verwervingsproces.

Leerders die gedwongen worden de T2 te spreken gaan bewuster om met de vormelijke kenmerken
in het aanbod dat ze krijgen volgens de outputhypothese van Swain.

Soms passen moederstaalsprekers hun taalgebruik aan aan de T2 leerder; U woning aanvragen? Jij
begrijpen? Dit noemt men foreigner talk en is erg onhandig voor de T2 leerder.

Wat wel nuttig is voor de t2 verwerver is al de spreker van de moedertaal de volgende dingen doet:

1. Langzamer spreektempo
2. Accentuering van bepaalde woorden
3. Topicalisatie( het onderwerp van het gesprek afzonderen, kan aan het begin of het einde van
de zin) Het station, waar vind ik dat? Vind je dat leuk, zwemmen?)
4. Eenvoudiger woordkeus en zinsopbouw
5. Herhaling en parafrase
6. Contextuele inbedding
De vraag verduidelijken door een duidelijk voorbeeld te hebben. Dit kan in non-verbale
context (wijzen, gebaren maken) of in verbale context (beeldend vertellen, parafraseren etc.)
7. Modeling en expansie( vormen van feedback)
Reageren op de vorm van het taalgebruik van de T2-verwerver. Dit kan door expliciet te
verbeteren (niet goed, frustrerend voor de T2-verwerver) of door impliciet te verbeteren.
Impliciet verbeteren kan op 3 manieren:
1. Modeling
Het geven van het correcte model
2. Recasting
Een fout verbeterd teruggeven
3. Expansie
de onvolledige uiting van de T2-verwerver wordt uitgebreid tot een volledige.
8. Aanbodfrequentie en herhaling

, 1.3.1 Achtergrondfactoren die de tweedetaalverwerving beïnvloeden

1. Leeftijd
Volwassen leren sneller een tweede taal. Wel is het zo dat hoe jonger iemand begint met
T2-verwerving, des te groter de kans is dat het niveau van de moedertaalspreker behaald
wordt. Dit hangt samen met de sensitieve periode; een jonge T2-leerder kan het accent
van de T2 nog overnemen.

2. Verblijfsduur
Des te langer de verblijfsduur des te beter de T2 verwerving. Echter speelt ook het
contact met moedertaalsprekers een grote rol; anders bereik je fossilisatie.

3. Sekse
Verschil tussen niveau mannen en vrouwen nihil; wel passen vrouwen zich meer aan aan
de gesprekspartner en geven ze meer feedback.

4. Eerstetaalachtergrond
Sprekers van moedertalen met sterk van het Nederlands afwijkende klanken en
intonatiepatronen( bijvoorbeeld Chinees) hebben daardoor meer problemen met het
Nederlands dan sprekers van meer verwante talen.

5. Vooropleiding en geletterdheid
Mensen die een goede scholing hebben gehad, leren sneller een taal aan dan mensen die
niet of nauwelijks naar school zijn geweest. Laagopgeleide T2-leerders missen naast de
vaardigheden vaak ook zelfvertrouwen; hierdoor haken ze snel af.

1.3.2 Cognitieve factoren



1. Sensitieve periode
Ook wel de kritische periode genoemd; de tijd voor de puberteit. Hierin kunnen T2-
leerders nog een taal aanleren als hun moedertaal.

2. Intelligentie
Om een T2 te verwerven hoeft iemand niet intelligent te zijn. Wel helpt het bij het
verwerven van de T2; jonge kinderen met hoge intelligentie kunnen beter leren. Bij een
latere leeftijd speelt intelligentie vooral een rol in het gestuurd T2-leren.

3. Taalaanleg
Moeilijk begrip; veel onderzoek naar gedaan maar de betekenis blijft vrij abstract.

4. Leerstijlen
Holistische vs analytische manier van informatie verwerken en de verbale vs visuele
manier.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller laraoost94. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52355 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.82  4x  sold
  • (0)
Add to cart
Added