100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Strafrecht 3 ALLE schema’s en SV RUG $16.21
Add to cart

Summary

Samenvatting Strafrecht 3 ALLE schema’s en SV RUG

 1 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Alle stof strafrecht 3 RUG jaar 3! Schema’s en stof HC en WG

Preview 4 out of 49  pages

  • Yes
  • March 16, 2025
  • 49
  • 2024/2025
  • Summary
avatar-seller
Strafrecht 3 – Schema’s

Week 1A – Inleiding tot strafvordering

Hoofddoel: verzekeren van een juiste toepassing van het abstracte
materiele strafrecht
1. Enerzijds bewerkstelligen dat de schuldigen worden gestraft
(volgens de regels van materiele strafrecht)
a. Rechtvaardigt toekenning ingrijpende
onderzoeksbevoegdheden aan de met opsporing en vervolging
belaste autoriteiten
i. Waarheidsvinding
2. Anderzijds voorkomen van de bestraffing van onschuldigen
a. Waarborgkarakter strafprocessuele voorzieningen

Probleem: twijfel over schuld en onschuld -> welk doel moet dan zwaarder
wegen.
- In dubio pro reo-beginsel: verdachte krijgt het voordeel van de
twijfel
- Rechter mag feit volgens art. 338 SV alleen bewezen verklaren als
hij zelf de overtuiging heeft bekomen dat het feit door verdachte is
begaan

Bijkomende doelen
1. Eerbiediging van de rechten en vrijheden van de verdachte
a. Voorkomen worden dat strafrechtelijke vervolging een
disproportionele inbreuk maakt op de vrijheid van de
betrokken burger
2. Eerbiediging van de rechten en vrijheden van andere betrokkenen
a. Voorkomen worden dat er een disproportionele inbreuk
plaatsvindt op de vrijheid van anderen
3. Procedurele rechtvaardigheid
a. Verdachte worden gehoord, en altijd het laatste woord
4. Demonstratiefunctie
a. Terechtzitting openbaar, voor publieke controle
b. Generaal preventieve en normbevestigende werking

Inquisitoire en accusatoire procesmodel
(Vaak een mengvorm, enkel een hulp om procesmodel te herkennen)
Inquisitoire model
- Actieve rol rechter bij het onderzoeken van zaak
o Oordelen op basis van de materiele waarheid
- Partijen proces geen sprake -> vervolging en berechting liggen in 1
hand.
- Verdachte is geen procespartij, maar onderwerp van het onderzoek
- ‘Pijnbank’
Accusatoir model
- Engeland/ VS
- Rechter passieve/ lijdelijke rol

, o Beslist niet op basis van eigen onderzoek naar de ware
toedracht, maar op basis van hetgeen procespartijen
aandragen
- Het geding conflict tussen twee partijen -> private of openbare
aanklager tegen de aangeklaagde (verdachte/ defenant)
o Aangeklaagde verdedigt zich tegen de aanklacht
- Rechtsstrijd op basis van gelijkwaardigheid -> winst of verlies
o Verdachte wordt gezien als volwaardige procespartij (recht op
verdediging en recht om zelfde wapens te bieden als de
aanklager = equality of arms)
 Verdachte is vrij in kiezen van zijn procesopstelling
- Verdachte kan een guilty plea afleggen (voorkoming van een
kansloze strijd) -> rechter onderzoekt dan of de verklaring klopt.

Strafmodel NL:
- Gematigd inquisitoir, accusatoire trekken dat de verdachte als
volwaardige procespartij wordt erkend.
- Rechter
o Onafhankelijk en onpartijdig
o Actieve rol
o Verantwoordelijk voor uitkomst geding
o Wrakings- en verschoningsrecht
- OvJ
o Vertegenwoordigd OM
o Vervolging strafbare feiten (vervolgingsbelang) (behalve
klachtdelicten)
o Dient vervolgingsbelang
 Opportuniteitsbeginsel: van vervolging van worden
afgezien op gronden aan het algemeen belang ontleend
(art. 167 lid 2 Sv) -> OM beslist over de vervolging ->
hieraan is de rechter gebonden, hij moet oordelen over
de feiten die door de OvJ ten laste worden gelegd =
dominus litus OvJ
- Verdachte
o Recht op een fair hearing (art. 6 EVRM)
 Onschuldpresumptie
 Nemo-tenetur beginsel
o Verdachte is volwaardige procespartij

,Fasen strafproces
Onderscheid tussen vooronderzoek en eindonderzoek (art. 132 Sv)
1. Opsporing
- Begin strafvordering, kern vooronderzoek
- Geleid door OvJ (art. 132a SV), en verantwoordelijk
- Aanvang: vanaf het moment waarop het vermoeden rijst dat een
strafbaar feit is begaan -> vanaf dan kan optreden als opsporen
worden aangemerkt
- Art. 141 en 142 SV: personen die met opsporing zijn belast ->
deze personen zijn opsporingsambtenaren (art. 127 SV)
o Art 148 lid 2 SV: OvJ verwezenlijken opsporingstaak vooral
door bevelen te geven aan andere personen met opsporing
belast = bevelsbevoegdheid
- Bevoegdheden opsporingsambtenaren
o Art. 53 en 54 SV: arrestatie van verdachten
 Buiten heterdaad aanhoudingsbevel OvJ vereist
- Hulpofficieren in art. 146a SV
- Dwangmiddelen: niet alle dwangmiddelen in handen van
opsporingsambtenaren gelegd.
- Opsporing beperkt zich niet tot voorbereidend onderzoek
o Art. 315 SV geeft rechter ter terechtzitting de bevoegdheid de
overlegging van nieuwe bescheiden en stukken van
overtuiging te bevelen
2. Vervolging
- Art. 167 SV: OM zo spoedig mogelijk over tot vervolging indien het
op grond van het opsporingsonderzoek van oordeel is dat die
vervolging moet plaatshebben = opportuniteitsbeginsel
o Haalbaarheid + opportuniteit
o Indien vervolging niet opportuun = beleidssepot
o Indien vervolging niet haalbaar = technisch sepot
- Uitbrengen van een dagvaarding (ziet OvJ af van verdere vervolging
dan moet hij de verdachte een kennisgeving van niet verdere
vervolging betekenen art. 243 lid 1 SV)
- Beslissing tot niet vervolging
o Berust op art. 242 SV: is al sprake geweest van een vorm van
vervolging (kennisgeving van niet verdere vervolging)
 Nieuwe vervolging voor zelfde feit uitgesloten
o Berust op art. 167 SV: indien nog geen vervolging heeft
plaatsgehad ->
 Informeel sepot (van niet verder vervolgen is immers
geen sprake)

,  Informeel sepot verbiedt eventuele latere vervolging
niet, maar beginselen van behoorlijke procesorde
kunnen anders bepalen.
- Indien onderzoek ter terechtzitting is aangevangen kan OvJ de
dagvaarding niet meer intrekken -> vanaf dat moment moet
vervolging eindigen in uitspraak rechter.
- Vervolgen strafbare feiten is uitsluitend bevoegdheid van OM =
vervolgingsmonopolie
- Vervolgen of niet vervolgen: niet alleen wel of niet dagvaarden maar
ook kijken of buitengerechtelijke afdoening kan
o Strafbeschikking (art. 257a SV)
o Transactie
o Voorwaardelijk sepot (als de verdachte zich houdt aan de OvJ
gestelde voorwaarden)
3. Berechting in 1e aanleg/ Rechtsgeding
- Aanvang: zaak ter terechtzitting aanhangig gemaakt door
dagvaarding (art. 258 SV)
- Duur: zolang de zaak aanhangig is (meestal tot einduitspraak, tenzij
art. 266 SV)
o Onderzoek ter terechtzitting begint op moment waarop de
zaak door de deurwaarder wordt uitgeroepen (art. 270 SV)
- 3 fasen rechtsgeding
a. Zaak wel ter terechtzitting aanhangig, openbaar onderzoek ter
terechtzitting niet begonnen
b. Behandeling zaak door de rechtbank -> met uitroepen zaak
i. Onderzoek op de terechtzitting = eigenlijke strafproces
ii. Beraadslaging = rechtbank vormt oordeel (art. 348 en
350 SV)
iii. Einduitspraak = uitspraak, antwoord op art. 348 en 350
SV
c. Uitspraak in openbare zitting
4. Hoger beroep en cassatie
- Gewone rechtsmiddelen (hoger beroep en cassatie)
- Buitengewone rechtsmiddelen (na kracht van gewijsde)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller saradeboer3. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $16.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

70113 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$16.21  1x  sold
  • (0)
Add to cart
Added