Werkgroep week 1 2024-2025 (studentenversie)
Week 1: Inleiding; verschillende rechtsvormen van de onderneming; handelsregister
Aan de orde komen het begrip onderneming en de verschillende rechtsvormen waarin een
onderneming kan worden gedreven. Een onderneming wordt doorgaans omschreven als
een organisatie van kapitaal en arbeid, gericht op het maken van winst en gericht op
continuïteit. In de wetgeving worden verschillende ondernemingsbegrippen gebruikt, zo
wordt bijvoorbeeld in de Wet op de ondernemingsraden (art. 1 lid 1 sub c WOR) een
onderneming omschreven als een arbeidsorganisatie.
Onderneming en rechtsvorm vallen niet samen. De rechtsvorm kan worden omschreven
als de juridische organisatie van de onderneming. Het ondernemingsrecht heeft vooral
betrekking op de verschillende rechtsvormen waarin een onderneming kan worden
gedreven. Naast de eenmanszaak zijn de volgende rechtsvormen te onderscheiden: de
personenvennootschappen (maatschap, vennootschap onder firma en commanditaire
vennootschap); de kapitaalvennootschappen (NV en BV); de vereniging, de coöperatie (en
onderlinge waarborgmaatschappij) en de stichting. Daarnaast bestaan er Europese
rechtsvormen voor grensoverschrijdende samenwerking: het Europees Economisch
Samenwerkingsverband (EESV), de Europese Vennootschap (Societas Europaea, SE) en
de Europese Coöperatieve Vennootschap (SCE).
Onderscheid wordt gemaakt tussen ondernemingsvormen zonder rechtspersoonlijkheid en
ondernemingsvormen met rechtspersoonlijkheid. De personenvennootschappen hebben
onder het huidige recht geen rechtspersoonlijkheid. Er zijn verschillende pogingen
ondernomen om een nieuwe wettelijke regeling in Boek 7 BW (Bijzondere
overeenkomsten) tot stand te brengen. In 2011 werd een wetsvoorstel terwijl het zich in de
laatste fase van parlementaire behandeling bij de Eerste Kamer bevond, vrij plotseling
ingetrokken. In oktober 2022 is een aangepast voorstel voor de modernisering voor de
personenvennootschap ter consultatie aangeboden. Een belangrijk verschil met het huidige
personenvennootschapsrecht is dat de openbare personenvennootschap
rechtspersoonlijkheid zal hebben. Deze rechtspersoon zal niet in Boek 2 BW geregeld
worden, maar in titel 7.13 van het Burgerlijk Wetboek. Het wetsvoorstel moet nog worden
ingediend bij de Tweede Kamer.
De privaatrechtelijke rechtspersonen – met uitzondering van de Europese rechtsvormen –
zijn geregeld in Boek 2 BW. De motieven voor de keuze van een bepaalde rechtsvorm
zullen kort worden besproken.
Vaak wordt een onderneming niet door één rechtspersoon gedreven, maar bestaat de
onderneming als economische eenheid uit een organisatie van meerdere rechtspersonen
en/of personenvennootschappen. Men spreekt dan van een groep of concern.
Bij de rechtsvorm van de onderneming denkt men niet in de eerste plaats aan de vereniging
en stichting. De vereniging en de stichting worden vooral gebruikt voor activiteiten zonder
winstoogmerk, voor zogenoemde ‘non-profit organisaties’. Toch zijn deze rechtsvormen
voor het ondernemingsrecht van belang. Zo is de wettelijke regeling van de vereniging (titel 2
van Boek 2 BW) vrijwel volledig ook van toepassing op de coöperatie en de coöperatie is zeker
een voor ondernemingsactiviteiten bedoelde rechtsvorm. De stichting wordt in het
, ondernemingsrecht gebruikt voor verschillende doeleinden, zoals een Stichting
Administratiekantoor (StAK) bij de certificering van aandelen. Vereniging en stichting kunnen
wel worden gebruikt als ondernemingsvorm; de wetgever houdt daar ook rekening mee (zie art.
2:48 lid 3 en 2:299a BW). Er is een wetsvoorstel in voorbereiding dat beoogt een specifieke
rechtsvorm te creëren voor ‘maatschappelijke ondernemingen’, een BVm (BV-
maatschappelijk).
Ook zijn er zowel op Europees als op nationaal niveau wetgevingsinitiatieven waarmee wordt
beoogd de duurzaamheid (sustainability) van ondernemingsbeleid te vergroten. Op 5 januari
2023 trad de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) in werking die
ondernemingen van een bepaalde omvang verplicht om vanaf het boekjaar 2024 aan de hand
van specifieke duurzaamheidscriteria (European Sustainability Reporting Standards) te
rapporteren over hun duurzaamheid. Die rapportage vindt plaats op drie terreinen: Environment
(Milieu en klimaat), Social (Sociaal) en Governance (Bestuur), gezamenlijk aangeduid als
‘ESG’. Een belangrijke mijlpaal is hiernaast dat in mei 2024 op Europees niveau de Corporate
Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD) werd aangenomen. Deze richtlijn verplicht
‘grote’ ondernemingen passende zorgvuldigheid (‘due diligence’) in de waardeketen
(waaronder de toeleveringsketen, ‘supply chain’) te betrachten op het gebied van mens (denk
aan kinderarbeid, uitbuiting van werknemers, arbeidsvoorwaarden) en milieu (door schade aan
het milieu te beperken en/of te voorkomen). In november 2024 is een voorontwerp voor de Wet
internationaal verantwoord ondernemen (WIVO) ter consultatie voorgelegd:
https://www.internetconsultatie.nl/wivo/b1
Alle in Nederland gevestigde ondernemingen en rechtspersonen moeten worden ingeschreven
in het handelsregister. Het handelsregister dient om derden bepaalde informatie te verstrekken
over ondernemingen en rechtspersonen. In de Handelsregisterwet en het Handelsregisterbesluit
wordt bepaald welke gegevens moeten worden gepubliceerd en in hoeverre derden op deze
informatie mogen afgaan. In december 2024 werd een Europese Richtlijn (Richtlijn (EU)
2025/25) aangenomen waarmee wordt beoogd de transparantie over vennootschappen binnen
de EU te vergroten o.a. door de koppeling van nationale handelsregisters te verbeteren en de
betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie te vergroten.
Literatuur:
M.J. Kroeze, L. Timmerman & J.B. Wezeman, De kern van het ondernemingsrecht:
• Hoofdstuk 1 (m.u.v. §1.11).
Aanvullende literatuur:
• Asser-Maeijer/Kroeze 2021 2-I* (De Rechtspersoon), nrs. 34, 39-42, 45, 170-172, 174,
186 (Canvas onder weekmodules).
Jurisprudentie:
Over de functie van het handelsregister:
• HR 3 februari 1984, NJ 1984, 386 Café ’t Brouwertje
• HR 28 juni 1996, NJ 1997, 58 Bodam Jachtservice (voorzover betrekking hebbend op
de werking van het Handelsregister, r.o. 3.3)
Voorbereiden:
Werkgroep opgaven week 1 (Canvas)
Week 1: Inleiding; verschillende rechtsvormen van de onderneming; handelsregister
Aan de orde komen het begrip onderneming en de verschillende rechtsvormen waarin een
onderneming kan worden gedreven. Een onderneming wordt doorgaans omschreven als
een organisatie van kapitaal en arbeid, gericht op het maken van winst en gericht op
continuïteit. In de wetgeving worden verschillende ondernemingsbegrippen gebruikt, zo
wordt bijvoorbeeld in de Wet op de ondernemingsraden (art. 1 lid 1 sub c WOR) een
onderneming omschreven als een arbeidsorganisatie.
Onderneming en rechtsvorm vallen niet samen. De rechtsvorm kan worden omschreven
als de juridische organisatie van de onderneming. Het ondernemingsrecht heeft vooral
betrekking op de verschillende rechtsvormen waarin een onderneming kan worden
gedreven. Naast de eenmanszaak zijn de volgende rechtsvormen te onderscheiden: de
personenvennootschappen (maatschap, vennootschap onder firma en commanditaire
vennootschap); de kapitaalvennootschappen (NV en BV); de vereniging, de coöperatie (en
onderlinge waarborgmaatschappij) en de stichting. Daarnaast bestaan er Europese
rechtsvormen voor grensoverschrijdende samenwerking: het Europees Economisch
Samenwerkingsverband (EESV), de Europese Vennootschap (Societas Europaea, SE) en
de Europese Coöperatieve Vennootschap (SCE).
Onderscheid wordt gemaakt tussen ondernemingsvormen zonder rechtspersoonlijkheid en
ondernemingsvormen met rechtspersoonlijkheid. De personenvennootschappen hebben
onder het huidige recht geen rechtspersoonlijkheid. Er zijn verschillende pogingen
ondernomen om een nieuwe wettelijke regeling in Boek 7 BW (Bijzondere
overeenkomsten) tot stand te brengen. In 2011 werd een wetsvoorstel terwijl het zich in de
laatste fase van parlementaire behandeling bij de Eerste Kamer bevond, vrij plotseling
ingetrokken. In oktober 2022 is een aangepast voorstel voor de modernisering voor de
personenvennootschap ter consultatie aangeboden. Een belangrijk verschil met het huidige
personenvennootschapsrecht is dat de openbare personenvennootschap
rechtspersoonlijkheid zal hebben. Deze rechtspersoon zal niet in Boek 2 BW geregeld
worden, maar in titel 7.13 van het Burgerlijk Wetboek. Het wetsvoorstel moet nog worden
ingediend bij de Tweede Kamer.
De privaatrechtelijke rechtspersonen – met uitzondering van de Europese rechtsvormen –
zijn geregeld in Boek 2 BW. De motieven voor de keuze van een bepaalde rechtsvorm
zullen kort worden besproken.
Vaak wordt een onderneming niet door één rechtspersoon gedreven, maar bestaat de
onderneming als economische eenheid uit een organisatie van meerdere rechtspersonen
en/of personenvennootschappen. Men spreekt dan van een groep of concern.
Bij de rechtsvorm van de onderneming denkt men niet in de eerste plaats aan de vereniging
en stichting. De vereniging en de stichting worden vooral gebruikt voor activiteiten zonder
winstoogmerk, voor zogenoemde ‘non-profit organisaties’. Toch zijn deze rechtsvormen
voor het ondernemingsrecht van belang. Zo is de wettelijke regeling van de vereniging (titel 2
van Boek 2 BW) vrijwel volledig ook van toepassing op de coöperatie en de coöperatie is zeker
een voor ondernemingsactiviteiten bedoelde rechtsvorm. De stichting wordt in het
, ondernemingsrecht gebruikt voor verschillende doeleinden, zoals een Stichting
Administratiekantoor (StAK) bij de certificering van aandelen. Vereniging en stichting kunnen
wel worden gebruikt als ondernemingsvorm; de wetgever houdt daar ook rekening mee (zie art.
2:48 lid 3 en 2:299a BW). Er is een wetsvoorstel in voorbereiding dat beoogt een specifieke
rechtsvorm te creëren voor ‘maatschappelijke ondernemingen’, een BVm (BV-
maatschappelijk).
Ook zijn er zowel op Europees als op nationaal niveau wetgevingsinitiatieven waarmee wordt
beoogd de duurzaamheid (sustainability) van ondernemingsbeleid te vergroten. Op 5 januari
2023 trad de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) in werking die
ondernemingen van een bepaalde omvang verplicht om vanaf het boekjaar 2024 aan de hand
van specifieke duurzaamheidscriteria (European Sustainability Reporting Standards) te
rapporteren over hun duurzaamheid. Die rapportage vindt plaats op drie terreinen: Environment
(Milieu en klimaat), Social (Sociaal) en Governance (Bestuur), gezamenlijk aangeduid als
‘ESG’. Een belangrijke mijlpaal is hiernaast dat in mei 2024 op Europees niveau de Corporate
Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD) werd aangenomen. Deze richtlijn verplicht
‘grote’ ondernemingen passende zorgvuldigheid (‘due diligence’) in de waardeketen
(waaronder de toeleveringsketen, ‘supply chain’) te betrachten op het gebied van mens (denk
aan kinderarbeid, uitbuiting van werknemers, arbeidsvoorwaarden) en milieu (door schade aan
het milieu te beperken en/of te voorkomen). In november 2024 is een voorontwerp voor de Wet
internationaal verantwoord ondernemen (WIVO) ter consultatie voorgelegd:
https://www.internetconsultatie.nl/wivo/b1
Alle in Nederland gevestigde ondernemingen en rechtspersonen moeten worden ingeschreven
in het handelsregister. Het handelsregister dient om derden bepaalde informatie te verstrekken
over ondernemingen en rechtspersonen. In de Handelsregisterwet en het Handelsregisterbesluit
wordt bepaald welke gegevens moeten worden gepubliceerd en in hoeverre derden op deze
informatie mogen afgaan. In december 2024 werd een Europese Richtlijn (Richtlijn (EU)
2025/25) aangenomen waarmee wordt beoogd de transparantie over vennootschappen binnen
de EU te vergroten o.a. door de koppeling van nationale handelsregisters te verbeteren en de
betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie te vergroten.
Literatuur:
M.J. Kroeze, L. Timmerman & J.B. Wezeman, De kern van het ondernemingsrecht:
• Hoofdstuk 1 (m.u.v. §1.11).
Aanvullende literatuur:
• Asser-Maeijer/Kroeze 2021 2-I* (De Rechtspersoon), nrs. 34, 39-42, 45, 170-172, 174,
186 (Canvas onder weekmodules).
Jurisprudentie:
Over de functie van het handelsregister:
• HR 3 februari 1984, NJ 1984, 386 Café ’t Brouwertje
• HR 28 juni 1996, NJ 1997, 58 Bodam Jachtservice (voorzover betrekking hebbend op
de werking van het Handelsregister, r.o. 3.3)
Voorbereiden:
Werkgroep opgaven week 1 (Canvas)